Debat over de Vreemdelingenwet 2000 (2000)

Dit is een artikel in de serie Wandelingen door de Handelingen, een kijkje in de Nederlandse parlementaire geschiedenis aan de hand van spraakmakende debatten. 

Op 14 juni 2000 stemde de Tweede Kamer in met de Vreemdelingenwet 2000. Ondanks dat de PvdA, D66 en VVD van het kabinet-Kok II ver van elkaar af stonden op dit onderwerp, was het de coalitie gelukt tot een compromis te komen. Daarvoor werden wel afspraken gemaakt tussen de coalitiefracties, tot frustratie van de oppositiepartijen.

Inhoud

  1. Achtergrond
  2. Aanloop
  3. Afloop
  4. Handelingen 6 juni 2000

Achtergrond

In 1994 trad een nieuwe Vreemdelingenwet in werking met als doel het aantal en de duur van asielprocedures te verkorten. Een jaar later werd al geconcludeerd dat het aantal procedures nog steeds hoog was en deze lang van duur waren. Het aantal nam in de jaren daarna nog verder toe.

Tijdens de kabinetsformatie van 1998 werd daarom de basis gelegd voor een nieuwe vreemdelingenwet. De voorstellen daarvoor zijn gemaakt door fractiewoordvoerders Bert Middel (PvdA), Jan Rijpstra (VVD) en Boris Dittrich (D66). In het regeerakkoord van Kok II schreven ze dat het restrictieve toelatingsbeleid ('streng' en 'rechtvaardig') moest blijven bestaan, maar ingezet moest worden op snelheid en soberheid.

Aanloop

Op 16 september 1999 diende staatssecretaris van Justitie Job Cohen (PvdA) de Vreemdelingenwet 2000 in bij de Tweede Kamer. Om de procedures simpeler te maken werd onder meer het driestatusstelsel, waarbij verschillende categorieën asielzoekers apart behandeld werden, afgeschaft. Ook werd het de politie makkelijker gemaakt om actief vreemdelingentoezicht uit te oefenen.

Een wisseling van woordvoerderschap (Henk Kamp verving Rijpstra) en een verdere toename aan asielaanvragen leidde er toe dat VVD met aanvullende (strengere) eisen kwam. Meerdere crisisoverleggen vonden plaats in het Torentje om tot compromissen te komen. De onenigheid liep door tijdens de wetgevingsoverleggen, vlak voor de plenaire behandeling.

Door de onenigheid dreigden de coalitiepartijen elk andere amendementen in te dienen of te steunen. Om dit te voorkomen en zekerheid te bieden aan het kabinet, stelde de PvdA voor om alleen gezamenlijk amendementen en moties te steunen, of anders niet. D66 en VVD gingen daarmee akkoord en samen werkten ze uit welke ze gingen steunen.

Afloop

Na afloop van het crisisoverleg zei Middel dat de discussie tussen de coalitiepartners feitelijk was afgerond en dat gedetailleerd vast lag wie met welk wijzigingsvoorstel mocht instemmen. Oppositiepartijen hekelden de "regenteske houding", "achterkamertjespolitiek" en gebrek aan dualisme. Ze vroegen zich daardoor af of het zinvol was om het debat te voeren. Een aangevraagd ordedebat over afspraken tussen de coalitie partijen vooraf aan de wetsbehandeling werd afgewezen door de coalitie.

De coalitiepartijen vroegen ruime spreektijd aan voor de plenaire wetsbehandeling van 6 juni 2000, waardoor het debat over meerdere dagen verspreid moest worden. Het vraagstuk over coalitieafspraken kwam in interruptiedebatjes vaak naar voren, zoals onderaan deze pagina te lezen is. De coalitiepartijen steunden uiteindelijk twee amendementen van de SGP en de RPF/GPV. Oppositiepartijen CDA, GL en SP stemden tegen de wet.

Handelingen 6 juni 2000

Mevrouw Halsema (GroenLinks): Voorzitter! In het ordedebatje voorafgaand aan deze behandeling is door de heer Rouvoet al het een en ander gezegd over vermeende afspraken tussen de coalitiepartijen. De heer Kamp heeft toen het woord gevoerd en het is mij niet geheel duidelijk of hij het woord heeft gevoerd namens de coalitie of op eigen titel. Als hij het namens de coalitie heeft gedaan, bevestigt dat enigszins onze indruk dat de heer Kamp de hoofdwoordvoerder is als het om de Vreemdelingenwet gaat. Inmiddels heeft de heer Dittrich zelf aangegeven dat hij openstaat voor debat. Ik moet zeggen dat wij zeer benieuwd zijn naar de houding van de PvdA, aangezien zij tot nu toe stil is geweest over het al dan niet bestaan van afspraken, terwijl het citaat dat aanleiding gaf tot zoveel rumoer afkomstig was van de heer Middel, namelijk dat het debat feitelijk zou zijn voorgekookt.

De heer Middel (PvdA): Voorzitter! Om de stilte maar even te doorbreken: de PvdA had vanmiddag geen enkele behoefte om een zogenaamd ordedebatje te voeren los van de inhoud van de Vreemdelingenwet. Vorm en inhoud wensen wij in één geheel te zien en dat betekent dat ik namens mijn fractie ook over de vorm zal spreken als de inhoud aan de orde komt. Dat doen mevrouw Albayrak en ik in één keer. Als mevrouw Halsema dat op een andere manier wil, is dat haar keuze, maar wij hoeven daar niet aan mee te doen. Daarom hebben wij vanmiddag niets gezegd. Wat de heer Kamp doet, doet hij namens de VVD-fractie en wat ik straks doe, doe ik namens de PvdA-fractie.

Mevrouw Halsema: Dat respecteer ik en ik begrijp het ook dat de PvdA nog geen uitsluitsel wil geven over al dan niet gedane afspraken en wat deze betekenen.

De heer Middel: Ik zei toch zojuist dat wij de vorm niet los willen zien van de inhoud? Als ik straks over de inhoud spreek, spreek ik ook over de vorm!

Handelingen Tweede Kamer 1999/2000