functie(s) in de periode 1909-1954: staatsraad in buitengewone dienst, Commissaris van de Koning(in)
Personalia
voornamen (roepnaam)
Pieter Albert Vincent
geboorteplaats en -datum
Beetsterzwaag (gem. Opsterland), 22 oktober 1870
overlijdensplaats en -datum
Olterterp (gem. Opsterland), 5 augustus 1954
Partij/stroming
stroming(en)
conservatief, christelijk-historisch
partij(en)
NHP (Nationaal-Historische Partij), van 1904 tot 1912
Hoofdfuncties/beroepen (5/6)
- advocaat en procureur te Leeuwarden, van 1894 tot januari 1901
- ambtenaar (rang: commies) ministerie van Justitie, van januari 1901 tot 16 april 1903
- lid Centrale Raad van Beroep (voor de Ongevallenwet), van 16 april 1903 tot 1 september 1909 (benoemd bij K.B. van 28 februari 1903)
- commissaris van de Koningin in Friesland, van 1 september 1909 tot 19 november 1945 (benoemd bij K.B. van 13 juli 1909; sinds mei 1945 "gestaakt")
- staatsraad in buitengewone dienst, Raad van State, van 30 augustus 1938 tot 5 augustus 1954
U ziet een selectie van de loopbaan. In de uitgebreide versie is de gehele loopbaan in te zien.
Nevenfuncties
- voorzitter Fries Genootschap voor Geschied-, Oudheid- en Taalkunde
- lid Raad van Commissarissen "Algemeene Friesche Levensverzekeringsmaatschappij"
- lid bestuur Nationaal Fonds voor Bijzondere Nooden, vanaf 30 mei 1936
Opleiding
In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.
Wetenswaardigheden
algemeen
- Werd in 1914 benoemd tot lid van de (eventuele) Raad van Voogdij voor het geval Juliana als minderjarige tot het koningschap zou worden geroepen
- Stimuleerde de bouw van stoomgemalen en het verhogen van dijken. De aftakking tussen Leeuwarden en Harlingen van het vaarwater van Groningen naar de Waddenzee is naar hem vernoemd: het Van Harinxma-kanaal.
- Zette zich in voor elektrificatie van de provincie
- Werd na de oorlog op aandrang van het verzet in Friesland door het College van Vertrouwensmannen 'gestaakt' (op non-actief gezet in afwachting van zuivering). Hij noemde dat een revolutionaire daad, legde zich niet bij de beslissing neer en bleef gewoon zijn kamer betrekken op het Provinciehuis. Hij stelde bovengronds verzet te hebben gepleegd. Een commissie o.l.v. oud-minister Van Boeijen oordeelde echter dat hij zich te weinig principieel had opgesteld en steeds toegeeflijker was geworden. Zeventien Friese burgemeesters kwamen tevergeefs met een adres waarin werd verzocht hem te handhaven. Uiteindelijk kreeg hij (eervol) ontslag.
uit de privésfeer
- Richtte in 1883 de cricketclub (en latere voetbalclub) "Frisia" op
- Bevriend met H. Colijn, die bij hem logeerde als hij in Friesland was
- Een broer van hem was burgemeester van Holten
- Een zus van hem was gehuwd met een zoon van W.J. van Welderen baron Rengers, Tweede en Eerste Kamerlid
- Zijn zus overleed vijf dagen voor hem
Publicaties van/over
literatuur/documentatie
- M. Schroor, "Mr. Pieter Albertus Vincent baron van Harinxma thoe Slooten (1870-1954). De laatste gouverneur van Friesland", in: "Fryslân", 6 (2000)
- Persoonlijkheden in het Koninkrijk der Nederlanden in woord en beeld (1938)
Familie/gezin
In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.