Mr. J.A. Mutsaers

J.A. Mutsaers
bron: Verburg, M.E., Geschiedenis van het Ministerie van Justitie, deel 1, 1798-1898

Tilburgse katholieke rechter en politicus. Behoorde vóór 1848 tot de gematigde opposanten van Willem II, zonder zich echter aan te sluiten bij Thorbecke. Keerde zich dan ook tegen het voorstel van de Negenmannen in 1845. Advocaat, rechter en raadslid en verder gedeputeerde van Noord-Brabant. Minister van RK Eredienst in het kabinet-Donker Curtius/De Kempenaer en tegelijkertijd Tweede Kamerlid. In 1849 raadsheer in de Hoge Raad, maar na de Aprilbeweging wederom minister van RK-Eredienst in het kabinet-Van Hall/Donker Curtius. Nadien afwisselend minister en staatsraad.

moderaat of gematigd liberaal, conservatief (katholiek)
functie(s) in de periode 1841-1877: lid Tweede Kamer, minister, lid Raad van State

Inhoud

  1. Personalia
  2. Partij/stroming
  3. Hoofdfuncties/beroepen (11/16)
  4. Nevenfuncties
  5. Opleiding
  6. Activiteiten
  7. Wetenswaardigheden
  8. Publicaties van/over
  9. Familie/gezin

Personalia

voornamen (roepnaam)

Jacobus Arnoldus

geboorteplaats en -datum

Tilburg, 28 januari 1805

overlijdensplaats en -datum

's-Gravenhage, 2 februari 1880

Partij/stroming

stroming(en)

  • gematigd oppositioneel (onder Willem II)
  • conservatief (katholiek)

Hoofdfuncties/beroepen (11/16)

  • lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 18 oktober 1841 tot 13 februari 1849 (voor Noord-Brabant)
  • kantonrechter te Tilburg, van 1 augustus 1842 tot 24 november 1848
  • minister voor de Zaken der Rooms-Katholieke Eredienst, van 24 november 1848 tot 1 november 1849
  • lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 13 februari 1849 tot 20 augustus 1850 (voor het kiesdistrict Tilburg)
  • lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 7 oktober 1850 tot 16 november 1850 (voor het kiesdistrict Tilburg)
  • raadsheer Hoge Raad der Nederlanden, van 1 januari 1851 tot 1 januari 1854 (benoemd bij K.B. van 16 november 1850)
  • minister voor de Zaken der Rooms-Katholieke Eredienst, van 1 januari 1854 tot 1 augustus 1856 (beëdigd 31 december 1853)
  • lid Raad van State, van 1 augustus 1856 tot 23 februari 1860 (benoemd bij K.B. van 23 juni 1856)
  • minister voor de Zaken der Rooms-Katholieke Eredienst, van 23 februari 1860 tot 14 maart 1861
  • minister van Justitie ad interim, van 23 februari 1860 tot 9 maart 1860 (in afwachting van het aantreden van Godefroi)
  • lid Raad van State, van 1 april 1861 tot 1 maart 1877 (benoemd bij K.B. van 29 maart 1861; ontslag op verzoek)

ambtstitel

  • minister van staat, van 23 februari 1877 tot 2 februari 1880

U ziet een selectie van de loopbaan. In de uitgebreide versie is de gehele loopbaan in te zien.

Nevenfuncties

lid Staatscommissie herziening wetgeving eigendomsoverdracht van onroerende goederen (Staatscommissie-Boot), van 9 februari 1867 tot 27 juni 1870

afgeleide functies, presidia etc.

  • lid afdeling Binnenlandse Zaken (Raad van State)
  • lid afdeling Justitie (Raad van State)
  • lid afdeling Financiën (Raad van State)
  • lid afdeling Buitenlandse Zaken (Raad van State)

Opleiding

In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.

Activiteiten

als parlementariër

  • Sprak als Kamerlid enkele malen over onderwerpen op het gebied van het binnenlands bestuur. Voerde niet vaak het woord.
  • Behoorde in 1843 tot de 24 leden die vóór het (verworpen) wetsvoorstel tot regeling van 's Rijks openbare schuld stemden
  • Behoorde in 1844 tot de 25 leden die tegen de ontwerp-wet inzake de buitengewone belasting op bezittingen stemden. Het voorstel werd met 32 tegen 25 stemmen aangenomen.
  • Behoorde in 1844 tot de meerderheid die tegen een wetsvoorstel stemde over het doen van huiszoekingen in het kader van de accijns op vlees. Het wetsvoorstel werd met 27 tegen 26 stemmen verworpen.
  • Behoorde in 1847 tot de dertien leden die vóór het (verworpen) wetsvoorstel tot intrekking van de accijns op het gemaal van rogge stemden

Wetenswaardigheden

algemeen

  • Werd in september 1848 als derde op de voordracht voor het Tweede Kamervoorzitterschap geplaatst

uit de privésfeer

  • Zijn broer was lid van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

verkiezingen

  • Versloeg in 1841 het aftredende lid J.B.H. van Mortel. Kreeg in de Staten van Noord-Brabant in de tweede stemmingsronde 22 stemmen, tegen 19 voor Van de Mortel.
  • Werd in 1848 in het district Tilburg bij enkelvoudige kandidaatstelling gekozen
  • Werd in 1850 bij de algemene verkiezingen in de eerste stemmingsronde gekozen met bijna 80 procent van de stemmen

niet-aanvaarde politieke functies

  • minister van R.K. Eredienst, juni 1856 (geweigerd)
  • minister van Justitie, 1868 (na het overlijden van E.J.H. Borret)

pseudoniemen, bij-, koos- en schuilnamen

"den affekoat" (bijnaam in Tilburg)

Publicaties van/over

literatuur/documentatie

Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek, deel IX, 705

Biografisch Woordenboek(en)

biografie opgenomen in het Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek

Familie/gezin

In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.


Bent u als journalist of wetenschapper op zoek naar statistische gegevens over personen uit het biografisch archief, bijvoorbeeld gemiddelde leeftijd, ervaring, herkomst, beroep, m/v of zittingsduur? De redactie van PDC kan deze gegevens onder voorwaarden beschikbaar stellen voor wetenschappelijk onderzoek en journalistieke publicaties. Neem voor meer informatie contact op.

Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.