KVP
functie(s) in de periode 1971-1973: staatssecretaris
Personalia
voornamen (roepnaam)
Johannes Jacobus Marinus (Jan)
geboorteplaats en -datum
Amsterdam, 18 augustus 1936
overlijdensplaats en -datum
Heemstede, 27 september 2025
Partij/stroming
partij(en)
KVP (Katholieke Volkspartij)
Hoofdfuncties/beroepen (5/8)
- secretaris Raad van het Grootwinkelbedrijf, van 1 januari 1969 tot 16 juli 1971
- staatssecretaris van Economische Zaken (onder andere belast met het midden- en kleinbedrijf en toerisme), van 17 juli 1971 tot 11 mei 1973
- secretaris/directeur interne en externe betrekkingen, N.V. Koninklijke Bijenkorf Beheer, van 15 augustus 1973 tot 1 juli 1982
- algemeen secretaris Kamer van Koophandel en Fabrieken te Amsterdam, van 1 juli 1982 tot 1 januari 1984
- hoofddirecteur VVAA-groep B.V. te Utrecht, vanaf 1 januari 1985 (de verzekeringsorganisatie van de Nederlandsche Vereeniging van Artsen-Automobilisten)
takenpakket (staatssecretaris)
- Was als staatssecretaris belast met aangelegenheden betreffende 1. het midden- en kleinbedrijf; 2. detailhandel, ambacht en dienstverlening; 3. toerisme; 4. het ijkwezen; 5. het accountantswezen en 6. de Kamers van Koophandel
U ziet een selectie van de loopbaan. In de uitgebreide versie is de gehele loopbaan in te zien.
Nevenfuncties
- lid bestuur Stichting Wolcon (herstructurering wolindustrie), van 1974 tot 1977
- vicevoorzitter Raad voor de Casinospelen, van 1974 tot 1980
- voorzitter Stuurgroep Dienstenonderzoek, van 1980 tot 1984
- lid Raad van Commissarissen N.V. Luchthaven Schiphol, van september 1983 tot 1985
Opleiding
In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.
Activiteiten
als bewindspersoon (beleidsmatig)
- Richtte zich in zijn beleid op integratie van de belangen van het midden- en kleinbedrijf in het totale regeringsbeleid
als bewindspersoon (wetgeving)
- Bracht in 1971 een Vestigingswet detailhandel in het Staatsblad (Stb. 569). Hierdoor komt er een apart wettelijk regime met eisen voor vestiging van winkels, zoals vakbekwaamheid en handelskennis. Er zijn niet langer afzonderlijke vestigingsbesluiten en er is slechts één algemene vergunning nodig. Het wetsvoorstel was in 1970 ingediend door staatssecretaris Van Son en door hem in 1971 met succes in de Tweede Kamer verdedigd. (10.739)
- Bracht in 1972 samen met staatssecretaris Van Veenendaal de Wet op het Consumptief geldkrediet (Stb. 399) tot stand. In de nieuwe wet, die de Geldschieterswet vervangt, blijven de uitgangspunten van die wet gehandhaafd. Er wordt wel een concessiestelsel ingevoerd voor het houden van particuliere voorschotbanken. De concessieverlening wordt centraal geregeld, waarbij B&W worden gehoord. Er wordt een grensbedrag van f 10.000,- dat als krediet mag worden verstrekt, ingevoerd. Het wetsvoorstel was in 1968 ingediend door staatssecretaris Van de Poel. (9.952)
- Bracht in 1972 de Wet op de Accountants-administratieconsulenten (Stb. 748) tot stand, die wettelijke eisen stelt en beroepsbescherming biedt aan de niet-registeraccountants (accountants voor het midden- en kleinbedrijf). Het voorstel was in 1968 ingediend door staatssecretaris Van Son. (9935)
Wetenswaardigheden
verkiezingen
- Stond in 1971 op de vijftiende (onverkiesbare) plaats op de KVP-kandidatenlijsten voor de Tweede Kamerverkiezingen in de kieskringen Tilburg en Den Bosch
niet-aanvaarde politieke functies
- staatssecretaris van Economische Zaken, mei 1973 (geweigerd)
Publicaties van/over
literatuur/documentatie
W.C. Frizsche, "Drs. J.J.M. Oostenbrink. Staatssecretaris voor het Midden- en Kleinbedrijf", scriptie Staatkundig-Historische Studiën, RU Leiden (1988)
Familie/gezin
In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.