Toch nog een bestuurlijke vernieuwing
Geluk bij een ongeluk: Tweede Kamer gaat kabinetsformatie beter regelen.
Het was onbedoeld. Maar op de valreep heeft minister Kajsa Ollongren [D66, Binnenlandse Zaken] toch nog de stoot gegeven tot een bestuurlijke vernieuwing: een verbeterde inleiding tot kabinetsformaties.
Sinds het aantreden van Rutte’s derde kabinet was Ollongren verantwoordelijk voor staatsrechtelijke vernieuwingen, ooit de kroonjuweel van haar partij. Er is echter, ondanks voorzetten van een heuse staatscommissie onder leiding van VVD-coryfee Johan Remkes, bar weinig van terecht gekomen. Maar in de blessuretijd lijkt er toch nog iets te gebeuren.
Na de deconfiture rond de verkenners Jorritsma en Ollongren zijn de geesten in de Tweede Kamer rijp om de kabinetsformatie beter te regelen, zo bleek tijdens het ontluisterende debat over de mislukte formatiestart. Noem het een geluk bij een ongeluk.
Na lang gedram nam de Kamer, in naam van democratie, transparantie en nog zo wat, in 2012 het initiatief over van de Koning. Het paste toch niet meer in deze tijd om de informateur te benoemen door het staatshoofd, ook al gebeurde het na inspraak van de fractievoorzitters. Dat er zoiets als het Geheim van het Noordeinde of Huis ten Bosch bestond, moest iedere rechtgeaarde democraat een gruwel zijn.
Die koerswending heeft niet helemaal opgeleverd wat er van verwacht werd. Veel transparanter zijn kabinetsformaties er na 2012 niet op geworden.
De democratisering liep uit op een parlementarisering, wat toch net iets anders is. Meer, in elk geval openlijker, verpolitiekte de start van de kabinetsformatie, al door de ‘oude’ Drees de ‘zwakke stee van ons staatsbestel’ genoemd. Onverbloemder worden vertrouwelingen van de grootste partij er op uit gestuurd om de weg naar een nieuw kabinet te effenen. Na 17 maart werd dat zichtbaarder dan ooit. Een senator en een minister traden aan als verkenner. Om het politieke evenwicht te bewaken, kon niet met iemand van één partij worden volstaan. Nadat de positie van die eerste twee verkenners onmogelijk was geworden, traden twee zittende ministers aan.
Het is te simpel om alles wat misging op dat conto te schrijven. Maar dat de openingszetten van de kabinetsformatie niet werden gedaan door mensen die op enige, gepaste, bedaarde afstand van het Binnenhof stonden, heeft ongetwijfeld aan de misère bijgedragen.
De faux pas van Kajsa Ollongren maakt het mogelijk om in elk geval die beginnersfouten te corrigeren - en een strak, helder kader voor de gang van zaken bij een kabinetsformatie op te stellen. Nee, de Tweede Kamer behoeft niet met hangende pootjes terug naar de Koning. Maar na alles wat is gebeurd, is de Kamer aan zichzelf wel verplicht om het anders en beter te doen.
Jan Schinkelshoek, voormalig lid van de Tweede Kamer [CDA], is adviseur van het Montesquieu Instituut.