Dr. I. (Ivo) Samkalden

foto Dr. I. (Ivo) Samkalden
Naar de grotere foto (verschijnt in een nieuw venster)
bron: Fotoarchief Eerste Kamer

Vooraanstaande PvdA-jurist en bestuurder. Was ambtenaar in Nederlands-Indië en hoogleraar agrarisch recht in Wageningen. Twee keer betrekkelijk kort minister van Justitie: in het vierde kabinet-Drees en in het kabinet-Cals. Kon daardoor wel wetgeving voorbereiden, maar minder tot stand brengen. Korte tijd invloedrijk lid van de PvdA-Tweede Kamerfractie en daarna senator. Na zijn laatste ministerschap werd hij burgemeester van Amsterdam, in welke functie hij te maken kreeg met allerlei openbare-ordeproblemen (o.a. rond de metro-aanleg) en met spanningen in het college van B&W. Krachtig en bekwaam bestuurder met enorme werkkracht, die bekendstond als een scherpzinnig jurist.

PvdA
in de periode 1956-1966: lid Tweede Kamer, lid Eerste Kamer, minister, burgemeester van Amsterdam

Inhoudsopgave van deze pagina:


1.

Personalia

voornamen (roepnaam)
Ivo (Ivo)

geboorteplaats en -datum
Rotterdam, 10 augustus 1912

overlijdensplaats en -datum
Amsterdam, 11 mei 1995

2.

Partij/stroming

partij(en)
PvdA (Partij van de Arbeid), vanaf 1946

3.

Hoofdfuncties/beroepen (12/20)

  • hoogleraar agrarisch recht, Landbouwhogeschool te Wageningen, van 6 mei 1952 tot 13 oktober 1956 (benoemd bij K.B. van 1 februari 1952)
  • lid Provinciale Staten van Gelderland, van 6 juli 1954 tot 13 oktober 1956
  • minister van Justitie, van 13 oktober 1956 tot 22 december 1958
  • lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 20 maart 1959 tot 1 september 1960
  • buitengewoon hoogleraar recht van de internationale organisaties, Rijksuniversiteit Leiden, van 20 oktober 1959 tot 1 september 1960
  • hoogleraar recht van de internationale organisaties, Rijksuniversiteit Leiden, van 1 september 1960 tot 14 april 1965
  • directeur Europa Instituut, Rijksuniversiteit Leiden, van 1 september 1960 tot 14 april 1965
  • lid Eerste Kamer der Staten-Generaal, van 20 september 1960 tot 14 april 1965
  • minister van Justitie, van 14 april 1965 tot 22 november 1966
  • minister van Binnenlandse Zaken ad interim, van 31 augustus 1966 tot 5 september 1966 (na het aftreden van minister Smallenbroek)
  • burgemeester van Amsterdam, van 1 augustus 1967 tot 1 juni 1977 (benoemd bij K.B. van 17 juni 1967)
  • bijzonder hoogleraar internationale instrumenten tot vrijheidsbescherming (Cleveringa-leerstoel), Rijksuniversiteit Leiden, van 1 september 1978 tot 1 september 1979

ambtstitel
  • minister van staat, van 22 januari 1985 tot 11 mei 1995

gevangenschap/internering
  • internering door de Japanners, van april 1942 tot september 1945
  • gevangenschap door de Republiek Indonesia, van oktober 1945 tot 13 november 1945

U ziet een selectie van de loopbaan. In de uitgebreide versie is de gehele loopbaan in te zien.

4.

Partijpolitieke functies

In de uitgebreide versie is een overzicht van partijpolitieke functies opgenomen.

5.

Nevenfuncties (2/19)

  • voorzitter Vrienden in Nederland van de Hebrew University of Jerusalem
  • lid College van Advies "P en H Groep"

afgeleide functies, presidia etc.
  • voorzitter bijzondere commissie voor de brief t.g.v. ontwerp-Benelux-Merkenregeling (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van juli 1959 tot september 1960
  • voorzitter bijzondere commissie voor het wetsontwerp Goedkeuring Verdrag inzake Staatlozen (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 10 maart 1960 tot 1 september 1960

comités van aanbeveling, erefuncties etc.
honorary member Board of Said University

U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.

6.

Opleiding

In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.

7.

Activiteiten

als parlementariër (3/4)
  • Was in 1960 woordvoerder bij het debat over het wetsvoorstel tot goedkeuring van het Benelux-verdrag
  • Hield zich als Eerste Kamerlid onder meer bezig met justitie, Europese samenwerking en overzeese rijksdelen. Voerde tevens in 1961 het woord bij de behandeling van het wetsvoorstel Wet erkenningen tuinbouw en in 1962 van de ontwerp-Provinciewet.
  • Interpelleerde op 22 januari 1963 minister Luns over de benoeming van D.P. Spierenburg tot hoofd van de permanente vertegenwoordiging bij de E.E.G. en Euratom

In de uitgebreide versie is een overzicht van opvallend stemgedrag opgenomen.


als bewindspersoon (beleidsmatig) (3/5)
  • Legde op 16 juni 1966 samen met minister Smallenbroek in de Tweede Kamer een verklaring af over de rellen in Amsterdam
  • Diende in 1966 een wetsvoorstel tot wijziging van de Onteigeningswet in (regeling grondprijzen). Dit voorstel werd later ingetrokken. (8.941)
  • Bracht in 1966 samen met minister De Jong de Nota over een nieuw militair strafprocesrecht uit. Hierin worden vraagpunten geformuleerd over een algehele herziening van het militair strafprocesrecht, zoals: moet er een afzonderlijke militaire rechter blijven bestaan, hoe moet de organisatie van de krijgsraden zijn en welke rechtsmiddelen moeten er zijn. (8.706)

als bewindspersoon (wetgeving) (3/6)
  • Bracht in 1958 samen met minister Mansholt (ondertekening vond plaats door diens opvolger Vondeling) een nieuwe Pachtwet (Stb. 37) tot stand, die het Pachtbesluit 1941 vervangt. Deze wet bepaalt dat een pachtovereenkomst ter goedkeuring moet worden overlegd aan de Grondkamer, die onderzoekt of de prijs in redelijke verhouding staat tot de bedrijfsuitkomsten. De duur van de pacht is twaalf jaar bij een hoeve en zes jaar bij land. Verlenging met zes jaar is mogelijk. Pachters krijgen een voorkeursrecht bij overgang van eigendom. Eventuele rechtsgeschillen worden voorgelegd aan een Pachtkamer bij een kantongerecht. Het wetsvoorstel was in 1955 ingediend en toen medeondertekend door minister Donker. (3.884)
  • Bracht in 1958 wetten (Stbb. 590 en 591) tot vaststelling van Boek 1 (personen- en familierecht) van het nieuwe Burgerlijke Wetboek tot stand. De wetsvoorstellen waren in 1954 ingediend door minister Donker. (3.768 & 3.769)
  • Bracht in 1966 de Wet vakantie met behoud van loon (Stb. 290) tot stand. Hierdoor wordt een recht op een minimum aantal vakantiedagen wettelijk vastgelegd. Het voorstel was in 1963 door minister Beerman ingediend. (7.168)

U ziet een selectie van activiteiten. In de uitgebreide versie is het gehele overzicht van activiteiten in te zien.

8.

Wetenswaardigheden

algemeen
  • Was als ambtenaar op het ministerie van Landbouw de rechterhand van minister Mansholt
  • Had als burgemeester van Amsterdam te maken met verstoringen van de openbare orde ("Dam-slapers", bezetting van het Maagdenhuis, rellen in de Nieuwmarktbuurt) en met de metroaanleg
  • Was tussen oktober 1971 en maart 1972 door ziekte uitgeschakeld als burgemeester van Amsterdam

uit de privésfeer (3/4)
  • Zijn broer stierf in 1943 in Mauthausen
  • Zijn echtgenote was apotheker
  • Zijn vader was op latere leeftijd werkloos

anekdotes en citaten
  • Op 16 juni 1966 beloonde de Tweede Kamer hem na afloop van zijn antwoord in het debat over de rellen in Amsterdam met applaus. Hij verdedigde zowel het optreden van de politie als de bescherming die de rechtstaat bood als daarover toch klachten waren.

verkiezingen
  • Werd in 1960 en 1963 tot Eerste Kamerlid gekozen door Groep II: Gelderland, Overijssel, Groningen en Drenthe

niet-aanvaarde politieke functies
  • lid Eerste Kamer, november 1956 (niet aanvaard vanwege ministerschap)
  • vicepresident van de Raad van State, juli 1972 (geweigerd)

U ziet een selectie van wetenswaardigheden. In de uitgebreide versie is een overzicht van wetenswaardigheden opgenomen.

9.

Publicaties van/over

literatuur/documentatie
  • H. de Liagre Böhl, "Samkalden, Ivo (1912-1995)", in: Biografisch Woordenboek van Nederland, deel VI (digitale versie)
  • Winkler Prins Jaarboek 1957
  • M. van Empel, "Ivo Samkalden. Een rechtlijnig democraat" (2019)

Biografisch Woordenboek(en)
biografie opgenomen in het Biografisch Woordenboek van Nederland

10.

Familie/gezin

In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.

11.

Uitgebreide versie

Speciaal voor de verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn de biografieën van alle kansrijke (volgens de peilingen) kandidaten in uitgebreide vorm raadpleegbaar op parlement.com.

Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:

In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.


Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.

De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.