regeringsgezinden ten tijde van Willem I
functie(s) in de periode 1827-1850: lid Tweede Kamer, Provinciaal Gouverneur, Commissaris van de Koning(in), burgemeester van Amsterdam
Personalia
voornamen (roepnaam)
Fredrik
geboorteplaats en -datum
Bloemendaal, 28 september 1780
overlijdensplaats en -datum
Utrecht, 13 november 1853
Partij/stroming
stroming(en)
- regeringsgezind (ten tijde van Willem I en Willem II)
- conservatief
Hoofdfuncties/beroepen (7/13)
- lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 24 januari 1827 tot 20 oktober 1829 (voor Holland)
- lid Provinciale Staten van Holland, van 2 juni 1834 tot oktober 1838 (voor de steden, Amsterdam)
- lid Gedeputeerde Staten van Holland, van 7 juli 1836 tot oktober 1838
- lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 16 oktober 1838 tot 19 oktober 1840 (voor Holland)
- Gouverneur van Utrecht, van 1 oktober 1840 tot 1 augustus 1850 (benoemd bij K.B. van 15 september 1840)
- Commissaris des Konings in Utrecht, van 1 augustus 1850 tot 1 september 1850 (eervol ontslag bij K.B. van 22 augustus 1850)
- lid Provinciale Staten van Utrecht, van 20 september 1850 tot 10 mei 1853 (voor de steden, Utrecht)
U ziet een selectie van de loopbaan. In de uitgebreide versie is de gehele loopbaan in te zien.
Nevenfuncties (4/20)
- vicepresident Rasphuis
- lid Staatscommissie inzake de financiële gevolgen van de overeenkomst met België, van 9 mei 1839 tot januari 1841
- voorzitter commissie van beheer en toezicht op de droogmaking van de Haarlemmermeer, vanaf 20 mei 1839
- commissaris Hulp- en Waarborg-Pensioenfonds voor de ambtenaren tot de Rijksontvangsten, omstreeks 1842
U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.
Opleiding
In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.
Activiteiten
als parlementariër
- Behoorde in 1839 tot de 12 leden die vóór de (verworpen) ontwerp-Leningwet voor Nederlands-Indië stemden. Na deze verwerping trad minister Van den Bosch af.
- Stemde in 1840 als enige tegen het initiatiefwetsvoorstel-Van Asch van Wijck tot Grondwetswijziging inzake het ledental van Provinciale Staten
Wetenswaardigheden
algemeen
- Werd in 1823 als tweede op de voordracht voor het voorzitterschap van de Tweede Kamer geplaatst
- Nam in 1836 ontslag als burgemeester van Amsterdam na een conflict met Den Haag over zijn beleid met betrekking tot handhaving van de openbare orde. Bij een executieve verkoop van meubelen in 1835 vanwege belastingschulden waren deurwaarders mishandeld. Hij meende dat kritiek van het Kamerlid Warin op de gang van zaken tegen hem was gericht en vroeg ontslag; feitelijk had Warin kritiek geuit op de inspecteur van belastingen.
- Zijn benoeming tot Gouverneur in 1840 was een genoegdoening voor de affaire in 1835.
- Werd in 1850 tot Statenlid gekozen uit protest tegen zijn ontslag door Thorbecke als Commissaris des Konings
uit de privésfeer
- Zijn vader was koopman, bankier en assuradeur (firma "Harmen van de Poll & Co.")
Publicaties van/over
literatuur/documentatie
- "Levensbeschrijving van mijnen veelgeliefden vader mr. F. van de Poll door hemzelven beschreven" (omstreeks 1851)
- Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek, deel X, 740
- P. Hofland, "Leden van de raad. De Amsterdamse gemeenteraad 1814-1941"
Biografisch Woordenboek(en)
biografie opgenomen in het Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek
Familie/gezin
In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.