'pragmatisch' liberaal
functie(s) in de periode 1858-1873: minister, lid Raad van State, burgemeester van Amsterdam
Personalia
voornamen (roepnaam)
Cornelis Hendrik Boudewijn
geboorteplaats en -datum
Arnhem, 15 september 1815
overlijdensplaats en -datum
's-Gravenhage, 5 november 1892
Partij/stroming
stroming(en)
- moderaat (voor 1848)
- lid Kiezers-Vereeniging te Amsterdam
- lid Vrijzinnige-Kiezersvereeniging
Hoofdfuncties/beroepen (6/9)
- lid gemeenteraad van Amsterdam, van 15 oktober 1851 tot 18 maart 1858
- burgemeester van Amsterdam, van 1 februari 1855 tot 18 maart 1858 (benoemd bij K.B. van 10 januari 1855)
- lid Provinciale Staten van Noord-Holland, van 6 november 1855 tot 18 maart 1858 (voor het kiesdistrict Amsterdam)
- minister van Justitie, van 18 maart 1858 tot 23 februari 1860 (benoemd bij K.B. van 12 maart 1858)
- tijdelijk minister van Hervormde en andere Erediensten, uitgezonderd die der Rooms-Katholieke, van 18 maart 1858 tot 3 april 1858
- lid Raad van State, van 1 maart 1860 tot 1 juli 1888 (benoemd bij K.B. van 29 februari 1860; geïnstalleerd 9 maart)
U ziet een selectie van de loopbaan. In de uitgebreide versie is de gehele loopbaan in te zien.
Nevenfuncties (4/10)
- voorzitter Staatscommissie herziening wetgeving op de eigendomsoverdracht van onroerende goederen, het hypotheekstelsel en notariaat, van februari 1867 tot 27 juni 1870
- lid Raad van Commissarissen "De Nederlandsche Bank", van 14 mei 1869 tot 5 november 1892
- voorzitter examencommissie voor de betrekking commies van staat, vanaf 1870
- lid Raad van Toezicht Paleis van Volksvlijt te Amsterdam, omstreeks 1875
afgeleide functies, presidia etc. (4/7)
- lid afdeling Justitie (Raad van State)
- lid afdeling Financiën (Raad van State)
- lid afdeling Buitenlandse Zaken (Raad van State)
- lid afdeling Binnenlandse zaken, Waterstaat, handel en nijverheid (Raad van State)
U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.
Opleiding
In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.
Activiteiten
als bewindspersoon (beleidsmatig)
- In 1859 verwierp de Tweede Kamer artikel 57 van zijn ontwerp-Wet op de rechterlijke organisatie, waarna hij dit voorstel introk
als bewindspersoon (wetgeving)
- Bracht in 1859 samen met minister Van Tets van Goudriaan de Wet op het gebruik van spoorwegen tot stand. Deze bepaalde onder meer dat de exploitant van een spoorwegdienst verantwoordelijk was voor eventuele schade. Verder moest door de ondernemer worden toegestaan dat zijn spoorweg werd doorsneden door wegen en dat andere spoordiensten er gebruik van mochten maken. Er konden regels worden gesteld aan het toezicht op de spoordienst en aan zaken als de diensten op stations, de samenstelling van treinen, de snelheid en de bedienden.
Wetenswaardigheden
algemeen
- Tijdens zijn burgemeesterschap werd Amsterdam aangesloten op het Europese spoorwegnet
uit de privésfeer
- Na de vroege dood van zijn moeder werd hij opgevoed door een oom en tante
- Tijdens zijn studie medeoprichter van "De rederijkerskamer", onder anderen samen met vriend Beets, Beijnen en Gewin
- Zijn broer was hoogleraar klassieke talen in Amsterdam
Publicaties van/over
literatuur/documentatie
- Levensbericht door G. van Tienhoven, in: Levensberichten van leden van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde, 1892/3, 157
- Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek, deel I, 411
- H. van Felius en H.J. Metselaars, "Noordhollandse Statenleden 1840-1919"
- P. Hofland, "Leden van de raad. De Amsterdamse gemeenteraad 1814-1941"
- Ned. Patriciaat, 1956
Biografisch Woordenboek(en)
biografie opgenomen in het Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek
publicaties over en van letterkundigen
biografie
Familie/gezin
In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.