Uit de CHU afkomstig CDA-Tweede Kamerlid. Volgde een zangopleiding. In de Kamer vooral actief op het gebied van vrouwenemancipatie, vreemdelingenbeleid, justitie (jeugdrecht, gevangeniswezen), drugsverslaafden en de kunst. Woonde diverse internationale conferenties over emancipatie bij en leidde als eerste het Kamerbreed vrouwenoverleg - een overleg van vrouwelijke Kamerleden uit alle partijen over emancipatievraagstukken. Zelfbewust lid, dat echter vooral het woord voerde over dossiers zonder al te grote politieke gevoeligheid.
CDA
functie(s) in de periode 1977-1986: lid Tweede Kamer
CHU (Christelijk-Historische Unie), van 1958 tot 11 oktober 1980
CDA (Christen-Democratisch Appèl), vanaf 11 oktober 1980
Hoofdfuncties/beroepen
zonder beroep
lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 8 juni 1977 tot 3 juni 1986
Partijpolitieke functies
In de uitgebreide versie is een overzicht van partijpolitieke functies opgenomen.
Nevenfuncties (4/17)
kroonlid SVB (Sociale Verzekeringsbank)
lid bestuur Verzetsmuseum Amsterdam
lid bestuur SAAM (Solidariteit met de Argentijnse Moeders)
voorzitter commissie-Evenhuis (onderzoek naar positieve actie bij het ministerie van Verkeer en Waterstaat)
afgeleide functies, presidia etc.
ondervoorzitter vaste commissie voor het Emancipatiebeleid (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 30 september 1981 tot 3 juni 1986
voorzitter bijzondere commissie inzake Migratie van Surinamers en Antillianen (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 28 april 1982 tot 3 juni 1986
U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.
Opleiding
In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.
Activiteiten
als parlementariër
Hield zich in de Tweede Kamer vooral bezig met emancipatiebeleid, justitie (gevangeniswezen, vreemdelingen, antidiscriminatiewetgeving, jeugdhulpverlening, criminaliteitsbestrijding), cultuur, sociaal-cultureel werk en minderheden
opvallend stemgedrag (2/3)
In 1984 stemden zij en Kraaijeveld-Wouters als enigen van hun fractie vóór een (aangenomen) motie-Niessen/Dijkstal over de mogelijkheid van meerhoofdige schoolleiding
Behoorde in 1984 tot de acht leden van haar fractie die vóór een (verworpen) amendement-Dales c.s. stemden op het wetsvoorstel over invoering van gelijke uitkeringsrechten in de WWV voor mannen en vrouwen. Stemde daarna met zeven fractiegenoten tegen artikel III, dat werd verworpen, en tegen het wetsvoorstel dat eveneens werd verworpen.
In de uitgebreide versie is een overzicht van opvallend stemgedrag opgenomen.
Wetenswaardigheden
algemeen
Behoorde op 19 augustus 1981 tot de twaalf fractieleden die - tegen het advies van fractievoorzitter Van Agt - vóór het onderhandelingsresultaat tussen de fractievoorzitters van CDA, PvdA en D66 stemden
Was de eerste voorzitter van het Kamerbreed Vrouwen Overleg
uit de privésfeer
Haar ouders scheidden in 1922. Haar moeder hertrouwde in mei 1924 met Klaas Ooms.
Vegetariër
Publicaties van/over
literatuur/documentatie
H. Visser, "Wie is Wie in de Tweede Kamer?" (1983)
"Juist nu is het nodig dat vrouwen zelf lid worden van een politieke partij, in: A. Groen e.a. (red.), Vrouwen en het Binnenhof (1985)", 51
Familie/gezin
In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.