Majesteit is geen boksbal

10 september 2010, column J.Th.J. van den Berg

Mark Rutte moest op 7 september bij de koningin komen en aldaar twee uur als een scholier nablijven om uit te leggen hoe het kon dat hij de ene dag, bij haar op bezoek, was komen vertellen waarom hij verlangde naar een informateurschap om zelf een proeve van een regeerakkoord te schrijven, maar dat hij dit een dag later toch maar aan voormalig informateur Opstelten wilde overlaten.

Op 4 september had informateur I.W. Opstelten eindverslag ingediend bij de koningin. Dat eindigde met de zin: "Gegeven deze situatie moet ik de conclusie trekken dat een spoedige totstandkoming van een stabiel kabinet van VVD en CDA dat met de steun van de PVV kan rekenen op een vruchtbare samenwerking met de Staten-Generaal, niet mogelijk blijkt."

Op basis van die conclusie was de koningin maandag 6 september begonnen zowel haar vaste adviseurs als de fractievoorzitters in de Tweede Kamer te raadplegen. Op dat ogenblik leek er een parlementaire meerderheid te bestaan voor de gedachte dat de liberale leider Rutte nu zelf zou worden benoemd tot informateur, teneinde de genoemde proeve te schrijven en daarvoor steun te zoeken bij zoveel fracties, dat langs die weg een parlementaire meerderheid zou kunnen ontstaan. Over die aanpak was al veel onzekerheid en twijfel: hoe kan iemand een enigszins coherent programma schrijven, als hij vooraf geen idee heeft met wie hij dat wil uitvoeren? Hangt Rutte zichzelf zo niet in de strop?

Voordat de koningin toekwam aan beantwoording van die vraag, bleek op 7 september dat Geert Wilders zich had bedacht en liever toch de onderhandelingen over een door hem gesteund kabinet wilde hervatten. Nu op maandag voormalig onderhandelaar dr. A. Klink zich had teruggetrokken uit de Kamerfractie van het CDA, was de zwaarste tegenstander van de rechtse coalitie volgens Wilders verdwenen en was er alle reden om de vorming van een rechts kabinet te hervatten. Dat er nog twee potentiële tegenstanders in de fractie van het CDA over waren, was blijkbaar irrelevant.

Achteraf lijkt het er op, dat Wilders van zijn weigering van 3 september om verder mee te doen spijt had gekregen. Dat Wilders op zijn schreden terugkeerde, getuigde misschien niet van standvastig beleid maar begrijpelijk was het wel, zeker na Klinks vertrek. De gretige reactie van Rutte laat zich ook nog verklaren. De overeenkomstige gretigheid van Maxime Verhagen iets minder, maar die wist hij tijdens het Kamerdebat over het eindverslag van Opstelten alsnog verklaarbaar te maken: de weerzin tegen de PvdA bleek een overheersend motief. Gebrek aan liefde voor de PvdA verenigt op dit moment vrijwel het hele CDA, ook de zwaarste tegenstanders van een coalitie met de PVV.

Maar waarom de liefde al werd verklaard en de conclusies al waren getrokken, voordat de koningin van de gewijzigde constellatie correct op de hoogte was gesteld blijft onbegrijpelijk. Natuurlijk, als de Kamer dat wil, kan zij onmiddellijk de kabinetsformatie naar zich toetrekken onder dankzegging aan de koningin voor bewezen diensten. Maar juist dat wil zij niet, onder aanvoering overigens van CDA en VVD, die prijs stellen op voortzetting van de koninklijke procedure.

Zolang, als afgeleide van de uiteindelijke benoeming van de ministers door de Koningin (zie mijn column 'Alleen het koninklijk Besluit beslist'), het initiatief in de formatie bij de koningin wordt gelegd, moeten de consequenties worden genomen. Die bestaan daarin dat de koningin op gepaste en tijdige wijze op de hoogte wordt gehouden en zodanig advies verkrijgt dat zij in onschendbaarheid een besluit kan nemen dat haar niet in politiek vaarwater brengt. Dat kan niet betekenen dat de koningin maar televisie moet kijken om op de hoogte blijven.

De slonzigheid in de omgang met diverse informateurs, in het bijzonder met oud-premier Ruud Lubbers; de voorkeur voor ‘vriendjes’ als informateur (Rosenthal, Opstelten, Wallage) in plaats van meer onafhankelijke informateurs; het openlijke affront van de koningin: het duidt allemaal op gebrek aan respect voor de zorgvuldige procedures waarvan democratische politiek en dus elke politicus het uiteindelijk moet hebben. De koningin is geen boksbal, die men naar believen alle kanten uit kan slaan.



Andere recente columns