De puinhopen van Leterme
België kent - men gelooft zijn ogen niet - een federale Minister van Vereenvoudigen. De liberale bewindsman wordt echter niet geacht de Belgische politieke en constitutionele verhoudingen te vereenvoudigen. Dat zou te veel van de man zijn gevergd. Hij houdt zich primair bezig met administratieve lastenverlichting.
De vereenvoudiging, of liever: radicalisering, van de federale constitutie van België is intrinsiek al een buitengewoon ingewikkelde taak. Het is bovendien een politiek welhaast onmogelijk karwei, omdat de Vlaamse verlangens diametraal tegenover die van de Franstaligen staan. Nu al 450 dagen sinds de verkiezingen van juni 2007 is het niet gelukt tot een vorm van vergelijk te komen, op enige kleinigheden na.
De Vlaamse christen-democraat, Yves Leterme, werd kort voor Pasen dan wel premier, maar pas nadat hij tweemaal als formateur tegen de muur was gelopen en de hulp had moeten toestaan van de liberale oud-premier Guy Verhofstadt om het zover te brengen. Tegen half juli moest er alsnog een plan tot "staatshervorming" (lees: verdere federalisering) liggen. Opnieuw faalde Leterme en dus moest hij, nu als premier, naar de koning om het ontslag van zijn kabinet aan te bieden.
De koning besloot tot ontslagweigering (ongetwijfeld met instemming van Leterme) en vervolgens werd de staatshervorming uit het regeringsprogramma gehaald. Drie "koninklijke bemiddelaars", geen Vlamingen, gingen aan het werk om te kijken of er een formule te vinden was om zowel het voort regeren te verzekeren als de staatshervorming een reële kans te geven. De gedachte was om de laatste over te hevelen van de federale regering naar de gewestelijke regeringen (formeel: de taalgemeenschappen) in de hoop dat die meer succes zouden hebben. De formule van de bemiddelaars bleek aanvaardbaar voor alle betrokken partijen, waarschijnlijk vooral omdat ze bestond uit ondoorgrondelijk proza, zowel in het Frans als in het Nederlands. Of toch niet?
Als een olifant in de porseleinkast kwam de Waalse liberale minister van Financiën en vicepremier, Didier Reynders, wiens ijdelheid zijn bekwaamheid verre overtreft, met nadere voorwaarden die voor de Vlaamse zijde onaanvaardbaar waren. Daar is sindsdien weliswaar niets meer van vernomen - Reynders' eigen partijgenoten begrepen hem niet eens - maar het kwaad was al geschied.
De NV-A, de Vlaams nationalistische partner van de christen-democraten in één parlementaire fractie, zegde de steun aan de federale regering op en weigerde de deelname aan de "Dialoog der Gemeenschappen" over de staatshervorming. Van de schrik dreigden ook de Vlaamse christen-democraten niet meer mee te willen doen. Het leek er in het weekend op dat Leterme de alliantie met de NV-A belangrijker vond dan de voorgestelde dialoog over de staatshervorming. Als zo vaak weifelde Leterme.
Toen greep de minister-president van de Vlaamse deelregering en partijvriend van Leterme, Kris Peeters, in. Nadat hij van de Franstalige collegae de verzekering had gekregen dat zij het (na meer dan een jaar Waals getraineer) echt meenden met de dialoog, zette hij de onbuigzame NV-A uit zijn eigen regering en dwong hij zowel Leterme als zijn christen-democratische vrienden tot deelname aan de staatshervorming-van-onderop. Zo kon daarmee een begin worden gemaakt, maar kon tegelijk de federale regering eindelijk echt aan het werk.
De partij van Leterme en Peeters (de CD&V) ging daarmee, licht tandenknarsend akkoord. Zij ziet immers ook wel dat een staatshervorming moeilijk denkbaar is zonder Waalse medewerking. Zij ziet vooral dat in tijden van een dramatische financiële crisis een regering iets beters te doen heeft dan ruziënd rollebollen over straat.
De prijs voor de vorig jaar nog zo ambitieuze en electoraal succesvolle Vlaamse christen-democraten is echter hoog: geen staatshervorming op korte termijn; de alliantie van CD&V en NV-A aan diggelen; een regering die aan Vlaamse kant geen politieke meerderheid meer heeft; een intussen afgebrande Eerste Minister die van zijn Vlaamse deelstaatpremier moest leren hoe je crises aanpakt. De puinhopen van Yves Leterme, kortom.
Paradoxale uitkomst wordt wellicht, dat nu systematisch en gestaag aan een onmiskenbaar noodzakelijke staatshervorming kan worden gewerkt, maar dat het laatste restje cohesie en leiderschap uit de federale coalitie is weggezogen. Van de succesnummers van 2007, Leterme en Reynders, is immers weinig meer over. Daar kan de Minister van "Vereenvoudigen" niets meer aan veranderen.