Artikel III-335: Taalgebruik door de instellingen
De regeling van het taalgebruik door de instellingen van de Unie wordt, onverminderd het statuut van het Hof van Justitie, bij een met eenparigheid van stemmen door de Raad aangenomen verordening vastgesteld.
De regeling van het taalgebruik door de instellingen van de Unie wordt, onverminderd het statuut van het Hof van Justitie, bij een met eenparigheid van stemmen door de Raad aangenomen verordening vastgesteld.
De Raad van Ministers stelt met eenparigheid van stemmen een Europese verordening vast houdende regeling van het taalgebruik door de instellingen van de Unie, onverminderd het statuut van het Hof van Justitie.
De Raad stelt met eenparigheid van stemmen een Europese verordening vast houdende regeling van het taalgebruik door de instellingen van de Unie, onverminderd het statuut van het Hof van Justitie van de Europese Unie.
De Raad stelt met eenparigheid van stemmen een Europese verordening vast houdende regeling van het taalgebruik door de instellingen van de Unie, onverminderd het statuut van het Hof van Justitie van de Europese Unie.