De SP en het dilemma van Troelstra

26 mei 2017, column J.Th.J. van den Berg

Het lijkt erop dat de boodschap van de SP, al ruim voor de verkiezingen uitgesproken, dat zij niet in zee wil met de VVD door velen verkeerd is begrepen. Het opmerkelijke aan die boodschap was, dat behalve de PVV alleen nog de VVD als coalitiepartner werd afgewezen, terwijl vroeger alle partijen van midden en rechts zoal niet formeel dan toch materieel werden afgewezen als partner. ‘Zeg nee’, daar begon ooit het nationale bestaan van de SP mee. Al schoof zij geleidelijk natuurlijk op tot op het punt dat zij zich dit jaar voor het eerst als een ‘normale’ potentiële regeringspartij presenteerde. Klein detail: niet met de VVD. Waarom niet?

Wie de SP door de jaren heen heeft gevolgd, kan daar niet verbaasd over zijn. Eerder past verbazing bij de zo ruime aanvaarding van een potentieel bondgenootschap met het CDA en D66. Zijn die op dit moment dan zoveel ‘linkser’ en ‘socialer’ dan de VVD? Maar natuurlijk, de SP begreep heel goed dat je, als je wilt meedoen, niet alles en iedereen bij voorbaat kan afwijzen.

Naar alle waarschijnlijkheid speelde voor de afwijzing van de VVD (en dus niet het CDA en/of D66) een andere factor mee. De beste manier om zich als partij van links te onderscheiden van de PvdA was door juist haar coalitiepartner sinds 2012, de VVD, radicaal af te wijzen. Had de PvdA haar kiezers in 2012 niet verraden door ondanks een antiliberale campagne toch met de VVD te gaan regeren? Daar hoefde je bij de SP niet bang voor te zijn; dat was de onderliggende boodschap. Een heel indrukwekkende kiezersschare leverde dat overigens niet op.

Onder die omstandigheden is het geen vraag of de SP na de verkiezingen misschien alsnog met de VVD zou meedoen. Stel dat zij dat zou doen, dan zou zij uitgerekend de ‘verraderlijke’ weg van de sociaaldemocraten volgen.

En toch...

Gegeven alle wederzijdse blokkades van partijen – de angst voor de wraakzuchtige kiezer – komt de SP, Emile Roemer in het bijzonder, alsnog voor een dilemma te staan. Het lijkt erop dat er geen meerderheid mogelijk is zonder zijn deelname. Waarvoor hij de belofte aan de kiezer zou moeten loslaten. Het is het dilemma waarmee de sociaaldemocraat Pieter Jelles Troelstra worstelde in 1913, toen hij voor het eerst zoveel Kamerzetels (zeventien van de honderd die de Tweede Kamer toen telde) had gehaald, dat de koningin hem ontbood op paleis Het Loo.

Moest hij de belofte aan zijn kiezers, dat hij niet zou regeren ‘met de klasse-vijand’ gestand doen? Dat zou moeilijk zijn, want de drie liberale partijen hadden wel een sterke positie verworven ten koste van christelijk rechts maar ze hadden geen meerderheid. Daarvoor was deelname nodig van de SDAP. Troelstra voelde daar heel weinig voor, een aantal medebestuurders van zijn partij dacht er echter anders over en wilde het gesprek met de vrijzinnig-democratische (vergelijkbaar met D66 nu) formateur Dirk Bos aangaan.

Gegeven deze onenigheid in eigen kring werd een partijcongres bijeengeroepen in Zwolle dat zou moeten beslissen. Uiteindelijk stemde dit congres met ruime meerderheid tegen regeringsdeelname, precies met het motief dat de kiezers niet voor de gek mochten worden gehouden. Troelstra kreeg gelijk, maar voor hoe lang?

In het kiessysteem van 1913 was nog een aantal herverkiezingen nodig, omdat kandidaten in twee districten tegelijk hadden gewonnen. Bij die herverkiezingen gebeurde iets heel pijnlijks: de SDAP verloor alsnog drie eerder verworven zetels. De kiezers hadden blijkbaar aan de eerdere belofte niet zo sterk gehecht en waren nu diep teleurgesteld over het (te starre?) ‘neen’ van Troelstra. Vervolgens duurde het nog zesentwintig jaar, voordat de SDAP tot meeregeren werd geroepen, al lag dat natuurlijk niet alleen aan dat ene weigerachtige congres. Zo moeilijk kan beslissen over deelname aan de macht zijn: in 1913 voor Troelstra, vandaag voor Emile Roemer.

Misschien moeten hij en zijn vrienden nog eens diep nadenken over hun kansen en hun dilemma open en eerlijk voorleggen aan het partijcongres. Roemers belofte was begrijpelijk, al was die strategisch niet sterk. Moet die onder alle omstandigheden overeind blijven? Een congres is in staat Roemer van zijn belofte te bevrijden.

Of het dan ook gebeurt?



Andere recente columns