Mobilisatie van de tegenstem

12 juli 2024, column J.Th.J. van den Berg

De Franse president, Emmanuel Macron, mag voor niet helemaal goed snik zijn gehouden toen hij de Assemblée Nationale een maand geleden ontbond, maar dat was dan een vergissing. Natuurlijk heeft hij ook geluk gehad met de uitslag van de verkiezingen, maar hij heeft wel degelijk goed gezien dat een snelle reactie op de desastreuze Europese verkiezingsuitslag gunstig zou kunnen uitpakken. Hij had bovendien gelijk in die zin dat, als hij tegenwicht wilde leveren tegen de opkomst van Marine le Pen, hij snel en daadkrachtig moest handelen.

Resultaat: het Rassemblement National haalde op geen stukken na de meerderheid die het voor zich zag; het links-populistische alternatief van Jean-Luc Mélenchon bakte er in samenwerkend links ook veel minder van dan verwacht. Macrons eigen ‘Ensemble’ verloor weliswaar, maar aanzienlijk minder dan gevreesd. Wat ten slotte al zichtbaar werd bij de Europese verkiezingen: de Parti Socialiste is bezig aan een opvallend herstel, mede dankzij gematigde figuren als de jonge Europarlementariër, Raphael Glucksmann.

Het vormen van een nieuwe regering wordt een uiterst ingewikkeld karwei, maar ook daar moet Macron over één ding heel tevreden zijn: zijn eigen partijformatie is voor een nieuwe regering onmisbaar of, met de bekende Belgische uitdrukking, ‘incontournable’. Het had allemaal veel slechter gekund en dat was ook wat de buitenwacht – niet het minst de Europese omgeving – had gevreesd. Ironisch is dat een Duitse journaliste schreef dat de Fransen nu moesten leren om met ingewikkelde coalities te werken. Dat klinkt uit Duitse mond een tikje pedant, hoe juist het ook is. Want als er in één land kreunend en steunend wordt gewerkt met een coalitie van drie, dan is het in Duitsland. Uiteindelijk komen de vereiste – ook belangrijke - interventies er wel uit, zoals nu de begroting voor 2025, maar vraag niet met hoeveel luid uitgesproken pijn en leed dat gepaard gaat.

President Macron zal een constructie moeten zien te maken met zijn eigen club en met dat deel van links dat bereid is tot samenwerking met hem terwille van een meerderheid in de Assemblée. Het staat lang niet vast dat dit lukt. Hij kan ook ‘over rechts’ met de conservatieve Républicains maar dat levert weer geen meerderheid op. Links uit elkaar spelen is niet eenvoudig, maar ondenkbaar is het niet. Het Nouveau Front Populaire is een electorale gelegenheidsconstructie, die waarschijnlijk weinig houdbaarheid zal tonen als het erop aankomt.

De moeizame vorming van regeringen in Europa – in Frankrijk en Duitsland maar ook in Spanje, België en, niet te vergeten, ons eigen land – duidt op een eigenaardige trek in het kiesgedrag in ons werelddeel. Er wordt niet zozeer ergens voor gestemd, maar vooral tegen: tegen het populisme of juist tegen technocratisch bestuur. Kiezers weten waar zij tegen zijn. Vooral daar waar een radicaal-rechtse meerderheid dreigt, blijkt het mogelijk om juist de niet-populistische meerderheid onder de kiezers naar de stembus te krijgen. Maar onder die anti-populistische meerderheid gaat een totaal versnipperd geheel schuil dat niet gemakkelijk tot effectieve samenwerking in staat is. En, de verkiezingsstrijd gaat gepaard met nogal heftige polarisatie.

Hoewel de Britse verkiezingen anders suggereren – Labour won immers overtuigend - is de situatie daar niet veel beter. De verdeeldheid zit er binnen de grote partijen en ook daar is de polarisatie nogal heftig. Wat vooral opvalt: de meerderheid voor Labour is eerst en vooral een meerderheid tegen de Conservatieven en de chaos die zij hebben geschapen vanaf het referendum over de Brexit in 2016.

Ook daar een meerderheid tegen populisme en radicaal-rechts, maar zonder dromen over een links perspectief. Grootste kwaliteiten van Keir Starmer: hij garandeert stabiliteit en saaiheid. Daar kunnen kiezers overigens sterke behoefte aan hebben, zeker in het Verenigd Koninkrijk. Wie met lede ogen het treurige debat over de regeringsverklaring in Nederland heeft gezien, zal ook wel met enig heimwee hebben gedacht aan de saaie en stabiele jaren onder Wim Kok, alweer bijna een kwart eeuw geleden.

Geen bewuste keuze voor links dus, noch in het Verenigd Koninkrijk, noch in Frankrijk. Maar, het biedt linkse partijen wel ongedachte kansen, zo lang zij zich realiseren dat het vertrouwen in hen voorlopig niet overhoudt. Bij saaiheid en stabiliteit kan het niet blijven, daarvoor zijn de problemen te groot en te urgent.



Andere recente columns