Achtergrond: lage kabinetssteun Eerste Kamer niet uniek, zetelverlies coalitie wel historisch
Als de prognose voor de zetelverdeling Eerste Kamer werkelijkheid wordt, dan zou de steun voor het kabinet daar wel eens heel laag kunnen zijn, namelijk 22 zetels. Dat is echter geen 'record'. Na de verkiezingen van 2015 konden VVD en PvdA in de Eerste Kamer slechts op 21 zetels rekenen.
Verlies
Het verlies van de regeringsfracties lijkt wel historisch groot te worden: tien zetels. In 2015 was dat verlies negen, in 2011 acht en in 1999 zes zetels. In 2003 en 2007 vielen Eerste Kamerverkiezingen en kabinetsformatie nagenoeg samen.
Nieuwkomers
BBB lijkt de grootste te worden met 17 zetels. Daarmee is zij de tevens de grootste nieuwkomer uit de geschiedenis. In 2019 was FVD dat met 12 zetels en in 2011 de PVV met 10 zetels.
Steun regeringsgezinde fracties in de Eerste Kamer
Jaar |
Steun |
Fracties |
Kabinet |
---|---|---|---|
1999 |
38 |
PvdA, VVD, D66 |
|
2003 |
41 |
CDA, VVD, D66 |
|
2007 |
39 |
CDA, PvdA, CU |
|
2011 |
27 |
CDA, VVD |
|
2015 |
21 |
VVD, PvdA |
|
2019 |
31 |
VVD, D66, CDA, CU |
|
2022* |
32 |
VVD, D66, CDA, CU |
|
2023** |
22 |
VVD, D66, CDA, CU |
Rutte IV |
-
*Bij aantreden kabinet-Rutte IV in januari 2022
** Op basis van voorlopige prognose Eerste Kamer op 20 maart 2023
In de periode 2010-2024 kon alleen het kabinet-Rutte III enige tijd (2017-2019) op een meerderheid rekenen, namelijk 38 zetels.