Regeringsleiders moeten interne markt impuls geven

Vandaag komen topmensen uit het Europese bedrijfsleven in Amsterdam bij elkaar. Eén vraag staat centraal: hoe halen we meer uit de Europese interne markt? De toegevoegde waarde van de interne markt is groot. Het vrije verkeer van personen, diensten, goederen en kapitaal in de grootste economie ter wereld — 30 miljoen bedrijven, goed voor €14.000 mrd — zorgt voor keuzevrijheid en lagere prijzen voor een half miljard mensen. Het biedt kansen aan het bedrijfsleven en het geeft mensen de mogelijkheid om te wonen, werken en studeren waar ze willen.

Positieve effecten

Onze telefoonrekeningen zijn dankzij EU-regelgeving flink naar beneden gegaan en vanaf juni 2017 behoort het kostbare ‘roamen’ in het buitenland tot het verleden. De administratieve rompslomp om in het buitenland aan de slag te gaan wordt kleiner. Bedrijven kunnen in de hele EU meedingen naar publieke contracten, een sector waarin jaarlijks €2.300 mrd omgaat. En Erasmusstudenten keren na een jaar buitenland met erkende diploma’s terug. Allemaal positieve effecten van de interne markt.

Niet achterover leunen

Maar we moeten niet achterover leunen. De Europese economie mag dan weer groeien — in het eerste kwartaal van dit jaar sneller dan de Amerikaanse — maar het kan en moet beter. Nog steeds vindt een op de vijf jongeren geen baan. Het is tijd om over te schakelen naar een hogere versnelling. Het Europees Parlement heeft in zijn rapport over ‘the cost of non-Europe’ becijferd dat vervolmaking van de interne markt meer dan een biljoen euro extra kan opleveren voor de Europese economie. Dat zijn miljoenen banen. We kunnen het ons niet veroorloven die te laten liggen.

Offline grenzen

We moeten de digitale economie snel van het slot halen. We zijn er in geslaagd om offline de grenzen te slechten. Dan is het onacceptabel dat ze online weer in het scherm oppoppen als mensen een buitenlandse webshop bezoeken. Consumenten moeten in de EU overal en op elk apparaat toegang hebben tot elke dienst. De Europese Commissie heeft daarvoor voorstellen gedaan. Maar dat is nog slechts het begin. In de goedereneconomie is ook nog veel winst te boeken. Torenhoge internationale posttarieven houden veel retailers tegen om hun vleugels uit te slaan. Een klein pakket versturen naar het buitenland kan vijf keer duurder zijn dan naar het binnenland. Ook dat moet veranderen.

Commerciële vrijheid

Velen dromen ervan een eigen bedrijf te starten, maar zetten nooit de eerste stap. De opkomende deeleconomie, waarin we bijvoorbeeld auto’s delen en aan crowdfunding doen, kan drempels wegnemen. De mogelijkheden voor nieuwe producten en diensten zijn enorm. Beleidsmakers moeten de juiste balans vinden tussen commerciële vrijheid en consumentenbescherming.

Europa is rijk aan talent, ideeën en innovatie. Maar vernieuwend ondernemerschap heeft een markt nodig die groot genoeg is, met eenvoudige, heldere regels die niet hinderen, maar helpen. Daarnaast hebben jonge bedrijven financiering nodig, om het eerste succes te boeken en te kunnen groeien. Het EU-investeringsfonds EFSI van €315 miljard geeft 150.000 kleine bedrijven een steun in de rug. In het eerste jaar heeft dit fonds al €100 miljard aan extra investeringen opgeleverd. Daarom wil de Commissie hiermee doorgaan, ook na de oorspronkelijke einddatum in 2018.

Versterking van Interne Markt

Dit zijn enkele van de meest urgente opdrachten op weg naar een interne markt die werkt voor iedereen - bedrijven en consumenten -, overal en op elk niveau. Later deze maand komen de Europese regeringsleiders bij elkaar. We roepen hen op deze en alle andere recente voorstellen van de Europese Commissie voor versterking van de Interne Markt krachtig te ondersteunen.

Opmaken stand van zaken

Wij vragen de leden van de Europese Raad twee dingen, die recht doen aan de urgente opdracht om de interne markt te versterken. Ten eerste om met elkaar af te spreken dat over alle plannen en voorstellen die er op dit gebied liggen uiterlijk eind 2018 overeenstemming wordt bereikt. En ten tweede dat de Europese Raad elk jaar in juni de stand van zaken opmaakt en toeziet op de voortgang. Er staat ons veel te doen in korte tijd. Maar we mogen Europa en de inwoners van Europa niet laten wachten.

Jean-Claude Juncker is voorzitter van de Europese Commissie. Mark Rutte is minister-president en voorzitter van de Raad van de Europese Unie