Mythe en historie

13 december 2013, column J.Th.J. van den Berg

‘The Pursuit of Italy’ is een prachtig boek van de Engelse auteur David Gilmour over de geschiedenis van Italië en zijn staatkundige eenwording 1). Gilmour is een groot liefhebber en in veel opzichten ook bewonderaar van Italië. Wat het boek in het bijzonder interessant maakt, is zijn poging te laten zien dat de Italiaanse eenwording beladen is met mythevorming, die her en der ernstig in strijd is met de historische feiten. Niettemin blijken de mythes tegen die feiten heel wel opgewassen. Zo wordt, om slechts een voorbeeld te noemen, Giuseppe Verdi nog steeds gezien als de grote vaderlandse operacomponist, die de eenwording als het ware muzikaal begeleid heeft. De waarheid is een tikje prozaïscher, want als de veiligheid en het honorarium groter waren, gaf Verdi de voorkeur aan premières in Parijs.

Heel even ben je geneigd te denken: ‘Ach, die Italianen toch’, totdat tot je doordringt dat sterke mythen niet het voorrecht zijn van Italië en zijn bewoners, maar in de geschiedenis van de natievorming in de westerse wereld een algemeen verschijnsel vormen. Daarvan is Nederland niet uitgezonderd. Blijkbaar heeft ook ons land behoefte aan mythen over onze natievorming, die land en volk tot vaderland hebben gemaakt.

Wij mogen het dit jaar weer beleven met de herdenking van ‘tweehonderd jaar koninkrijk’, te beginnen met de heropvoering , op 30 november, van de landing van erfprins Willem Frederik, de latere koning Willem I, op het strand van Scheveningen. Het helpt eigenlijk nauwelijks om daar de historische feiten tegenover te stellen. Je loopt daarmee zelfs een goede kans aangekeken te worden, alsof je het feestje wil komen bederven.

Het is de moeite waard op twee manieren naar deze nationale mythologie te kijken.

De bekendste is natuurlijk om haar tegen het licht van het historisch onderzoek te houden en waar te nemen wat er allemaal niet aan ‘klopt’. Als wij willen gedenken dat Nederland een moderne eenheidsstaat werd, dan komt 1795 en de vorming van de Bataafse Republiek veel eerder in aanmerking. Als wij de vorming van een op een constitutie gebouwde staat willen herdenken, dan ligt het jaar 1798 meer in de rede, het jaar waarin de eerste Nederlandse grondwet tot stand kwam. Ook het koninkrijk is ouder: dat kennen wij sedert 1806, met de beëdiging van koning Lodewijk Napoleon. Wat wij voor 1813 overhouden, is het herstel van nationale onafhankelijkheid na de Franse inlijving door keizer Napoleon en de terugkeer van het Huis van Oranje-Nassau in de Nederlandse staatkunde, na bijna twintig jaar afwezigheid.

Zoals ik eerder al heb beschreven op deze plek 2), is dat onmiskenbaar een gedenkwaardig moment. Om er zo ongeveer het begin van de vaderlandse geschiedenis in te leggen, is op zijn zachtst gezegd overdreven. Toch houdt de mythe, met feesten omgeven, zonder problemen stand.

Dat stimuleert tot de tweede manier van kijken. Wat is het toch, dat deze mythologie niet alleen heeft gevormd? Wie heeft daar meer of minder sterk aan bijgedragen? Maar ook, wie en wat heeft ervoor gezorgd dat zij tot de dag van vandaag stand heeft kunnen houden? Dat is waarschijnlijk niet alleen een vraag voor historici, maar ook voor sociale wetenschapsbeoefenaren, de antropologen voorop. Dat soort onderzoek moet grotendeels nog beginnen.

Voor één vermoeden is in elk geval plaats: in Nederland gaat het niet alleen om verwerving en opnieuw verwerving van onafhankelijkheid, maar ook om de gedachte dat geen van beide het kunnen stellen zonder leidende positie voor het Huis van Oranje. Het historische ‘ongeluk’ van eenheidsstaat, grondwetgeving en zelfs koningschap is, dat ze tot stand zijn gekomen bij ontstentenis van Oranje. En dus doen wij in onze mythen liever alsof dat allemaal pas tussen 1813 en 1815 is gebeurd. De vaderlandse geschiedenis kan immers geen voortgang maken zonder Oranje?

Soms wordt met de geschiedenis wel heel erg een loopje wordt genomen, zoals op de website van het Nationale Comité ‘Tweehonderd Jaar Koninkrijk’. Wat lezen wij op de homepage als motto: ‘Nederland is jarig. 200 jaar! Vrij en verbonden door gelijke rechten en plichten. Laten we dat samen vieren.’ Drie beweringen, drie flagrante onjuistheden. Zo veel onzin heeft zelfs onze nationale mythologie niet nodig.


1) David Gilmour, The Pursuit of Italy: A History of a Land, Its Regions and Their Peoples, London: Allen Lane, 2011; in Penguin Books 2012.

2)Zie column: ‘Het belang van 1813’, 26 juli 2013.



Andere recente columns