Dr. W. (Willem) Drees

foto Dr. W. (Willem) Drees
Naar de grotere foto (verschijnt in een nieuw venster)
bron: Beeldbank Nationaal Archief

'Vadertje Drees'. Eén van de grootste twintigste-eeuwse politici, onder wiens leiding na de Bevrijding zowel de dekolonisatie als de wederopbouw plaatsvonden. Overtuigd sociaaldemocraat, maar wel zeer pragmatisch ingesteld ('niet alles kan, en zeker niet alles tegelijk'). Groeide op in Amsterdam en klom op van stenograaf, SDAP-wethouder van Den Haag en Kamerlid, tot minister en minister-president. Had als wethouder van Den Haag al voor 1940 een goede naam als bestuurder. In de oorlog enige tijd gijzelaar en centrale figuur in het politieke verzet. Bracht in 1947 als minister van Sociale Zaken de Noodwet Ouderdomsvoorziening tot stand, de voorloper van de AOW. Werd zowel daardoor, als door zijn leiderschap en soberheid een populair staatsman, ook buiten zijn eigen kring. Tien jaar premier van brede coalities waarvan PvdA en KVP de kern vormden. Had goede contacten met Beel. Brak in de jaren '70 met zijn partij, de PvdA, uit onvrede over de koers. Sober levende en altijd eenvoudig gebleven man, die een zeer hoge leeftijd bereikte.

SDAP, PvdA
functie(s) in de periode 1933-1958: lid Tweede Kamer, fractievoorzitter TK, minister, minister-president, lid College van Vertrouwensmannen, politiek leider

Contentssopgave van deze pagina:


1.

Personal data

Surnames
Willem (Willem)

Changes in name or title
  • W. Drees, from 5 July 1886 until 8 November 1948 (tot aan hem een eredoctoraat werd verleend)
  • Dr. W. Drees, from 8 November 1948

Place and date of birth
Amsterdam, 5 July 1886

Place and date of death
's-Gravenhage, 14 May 1988

2.

Party/Movement

Party/Parties
  • SDAP (Sociaal-Democratische Arbeiderspartij), from 1 July 1904 until 9 February 1946
  • PvdA (Partij van de Arbeid), from 9 February 1946 until 30 June 1971 (bedankte schriftelijk 24-05-1971)

Equally disposed party
DS'70, from 1971

3.

Main functions and occupations

  • wethouder (van financiën en openbare werken) van 's-Gravenhage, from 1 September 1931 until 10 September 1933
  • lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, from 9 May 1933 until 25 June 1945
  • fractievoorzitter SDAP Tweede Kamer der Staten-Generaal, from 5 September 1939 until 24 June 1945
  • voorzitter Politiek Convent, from October 1941 until May 1945 (politiek verzet in de 'illegaliteit')
  • lid College van Vertrouwensmannen, from 26 August 1944 until 26 May 1945 (door de regering aangewezen college dat na de bevrijding het gezag moest waarnemen)
  • minister van Sociale Zaken, from 25 June 1945 until 7 August 1948
  • viceminister-president, from 1 March 1946 until 7 August 1948
  • lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, from 4 June 1946 until 9 July 1946
  • lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, from 27 July 1948 until 10 August 1948
  • minister-president en minister van Algemene Zaken, from 7 August 1948 until 22 December 1958
  • minister van Uniezaken en Overzeese Rijksdelen ad interim, from 15 March 1951 until 31 March 1951 (in afwachting van de komst van ir. Peters)
  • minister van Financiën ad interim, from 1 July 1952 until 2 September 1952 (na het vertrek van P. Lieftinck)
  • lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, from 15 July 1952 until 2 September 1952
  • lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, from 3 July 1956 until 3 October 1956

Formal job title
  • minister van staat, from 22 December 1958 until 14 May 1988

Internment
  • geïnterneerd gijzelaarskamp te Buchenwald, from 7 October 1940 until 7 October 1941 (vrijgelaten in verband met maagkwaal)
  • geïnterneerd gijzelaarskamp te Sint Michielsgestel, from 4 May 1942 until 11 May 1942 (vrijgelaten in verband met gezondheid)

Responsibilities as minister/statesecretary
  • Was vanaf 1946 als minister van Sociale Zaken tevens belast met krankzinnigenzorg (voorheen resorterend onder Binnenlandse Zaken)

cabinet formation (4/6)
  • kabinetsformateur, from 27 June 1952 until 22 July 1952 (poging mislukt)
  • kabinetsformateur, from 29 August 1952 until 1 September 1952
  • kabinetsformateur, from 16 June 1956 until 24 June 1956 (poging mislukt)
  • kabinetsformateur, from 9 October 1956 until 11 October 1956

U ziet een selectie van de loopbaan. In de uitgebreide versie is de gehele loopbaan in te zien.

4.

Party political functions

In de uitgebreide versie is een overzicht van partijpolitieke functies opgenomen.

5.

Other positions

  • voorzitter adviescommissie schadevergoeding Nazi-slachtoffers, from September 1961 (in het kader van het Algemeen Verdrag met de Bondsrepubliek Duitsland)
  • voorzitter College van Curatoren oorlogsmuseum Overloon, from September 1961 until May 1968

Derived functions (2/7)
  • lid Centrale Afdeling (Tweede Kamer der Staten-Generaal), from September 1939 until May 1940
  • voorzitter begrotingscommissie voor hoofdstuk V (Binnenlandse Zaken) 1939 (Tweede Kamer der Staten-Generaal)

Honorary positions (2/3)
  • erevoorzitter The International Committee for the Prevention of Alcoholism
  • erevoorzitter Federatie voor Stenografie Groote, 1940

U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.

6.

Education

In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.

7.

Activities

as Member of the Parliament
  • Was woordvoerder sociale zaken van de SDAP-Tweede Kamerfractie. Hield zich verder onder meer bezig met gemeentefinanciën, volkshuisvesting, binnenlandse zaken en ambtenarenzaken.

Activities as prime minister or president (3/8)
  • Ook tussen 1949 en 1951 bleef de Indonesische kwestie, met name door de positie van Nieuw-Guinea, een belangrijke rol spelen.
  • De buitenlandse politiek van de kabinetten waarin hij leiding gaf, werd gekenmerkt door trouw aan het Atlantisch Bondgenootschap, loyale steun aan de Verenigde Staten (onder andere in de Korea-oorlog) en het streven naar Europese samenwerking, uitmondend in het Verdrag van Rome (1957). Met name het Russische ingrijpen in Tsjecho-Slowakije in 1948 werden diverse maatregelen genomen ter vergroting van de binnenlandse veiligheid. Tevens werd de opbouw van de civiele verdediging (instelling BB) ter hand genomen.
  • Verving verschillende malen tijdelijk collegae; onder andere die van Buitenlandse Zaken, Financiën, Oorlog en Sociale Zaken. Verdedigde in 1950 als minister van Buitenlandse Zaken a.i. in de Tweede Kamer het wetsvoorstel tot goedkeuring van een samenwerkingsverdrag met de VS op defensiegebied.

Policy-making activities as minister (3/6)
  • Stelde in 1947 een commissie in onder voorzitterschap van prof.dr. M.J.H. Cobbenhagen, die moest adviseren over bezitsspreiding
  • Het door hem in 1947 ingediende wetsvoorstel Zweminrichtingenwet werd ingetrokken vanwege bezwaren tegen aanneming van amendementen-Stokman over gemeentelijke voorschriften voor gemengd zwemmen en over afscherming van het zwembad vanaf de openbare weg (400)
  • Diende in 1948 een ontwerp-Wet op de ondernemingsraden in. Dit wetsvoorstel werd door zijn opvolger Joekes in 1950 in het Staatsblad gebracht. (884)

Legislative activities as minister (3/6)
  • Bracht in 1947 de Noodwet-Ouderdomsvoorziening (Stb. H 155) tot stand, waardoor alle mannelijke Nederlanders, alsmede vrouwelijke ongehuwde Nederlanders, vanaf hun 65ste een ouderdomsuitkering krijgen. De wekelijkse uitkering hing af van de gemeentegrootte (gehuwden f 15,20 tot f 18,00; ongehuwden f 15,20 tot f 10,12). Eigen inkomsten mochten voor de helft worden behouden en steun van kinderen of instellingen werd niet gekort. De wet trad op 1 oktober 1947 in werking. (362)
  • Bracht in 1947 de Wet plaatsing van minder-valide arbeidskrachten (Stb. H 283) tot stand. Hierdoor werden overheidsbedrijven en particuliere ondernemingen verplicht een aantal minder-validen in dienst te nemen. De verplichting gold niet voor bedrijven met minder dan twintig werknemers. Er was geen strafbepaling opgenomen om naleving van de wet af te dwingen. (444)
  • Bracht in 1950 als minister van Buitenlandse Zaken a.i. samen met minister Schokking een wet tot stand tot Goedkeuring van het Verdrag tot wederzijdse hulpverlening inzake de verdediging tussen Nederland en de Verenigde Staten, ondertekend te Washington op 27 januari 1950 (1.545)

als (in)formateur (3/6)
  • Kreeg op 29 augustus 1952 de opdracht tot vorming van een kabinet. Nadat eerder informateur Staf problemen rond de portefeuilleverdeling had opgelost, kon Drees op 1 september de formatie-opdracht aanvaarden.
  • Kreeg op 16 juni 1956 de opdracht tot het vormen van een kabinet dat geacht mocht worden het vertrouwen van het parlement te genieten. Streefde naar een vijfpartijenkabinet en ontwierp daarvoor op 17 juli een ontwerp-programma. De KVP-fractie reageerde hierop een dag later met vijf eisen, die voor Drees niet aanvaardbaar waren. Na een mislukte bemiddeling door Zijlstra vroeg Drees op 24 juli ontheffing van de opdracht.
  • Kreeg op 9 oktober 1956 de opdracht tot vorming van een kabinet. Op basis van de resultaten van de informatie-Burger zocht hij de kandidaten aan voor een nieuw kabinet. Op 11 oktober kon hij daarna de formatie-opdracht aanvaarden.

U ziet een selectie van activiteiten. In de uitgebreide versie is het gehele overzicht van activiteiten in te zien.

8.

Miscellaneous

algemeen (3/10)
  • Bracht in 1965 samen met P.J. Oud een advies uit over de ministeriële verantwoordelijkheid voor het koninklijk huis
  • Brak in 1971 met zijn partij, uit onvrede over de samenwerking met andere linkse partijen en de in zijn ogen te radicale koers van de PvdA
  • Bleef ook na zijn vertrek uit de PvdA - ondanks doofheid en slechtziendheid - een actief volger van de politiek en gaf tot op hoge leeftijd van tijd tot tijd nog commentaar

Private life (3/12)
  • Op 4 juli 1986 vond de onthulling plaats van een gedenksteen in zijn geboortehuis aan het Haarlemmerplein in Amsterdam
  • Na zijn overlijden werd op 25 mei 1988 in de Tweede Kamer een speciale herdenking aan hem gewijd, waarbij de ministers van staat, oud-bewindslieden uit de kabinetten-Drees, de oud-minister-presidenten De Jong en Biesheuvel en enkele tijdgenoten van Drees aanwezig waren
  • In Den Haag werd nabij het gebouw van de Tweede Kamer een monument te zijner nagedachtenis geplaatst. Dit monument stond aanvankelijk nabij het stadhuis aan de Groenmarkt.

Anecdotes and citations
  • Over hem doen allerlei anekdotes de ronde over zijn spreekwoordelijke zuinigheid, zoals die dat hij tijdens een bezoek van Amerikaanse inspecteurs voor de Marshall-hulp zijn gasten op mariekaakjes zou hebben getracteerd (wat voor de gasten reden zou zijn geweest om overtuigd te zijn van een zuinig financieel beleid in Nederland). Hoewel die anekdotes veelal niet op waarheid berusten, klopt het beeld van zuinigheid wel.
  • Zou, nadat tijdens een receptie de dochter van de Italiaanse premier De Gasperi tegen hem had gezegd dat het zo fijn was dat er nu zes katholieke ministers van Buitenlandse Zaken kwamen in de E.E.G., geconcludeerd hebben dat het maar beter was als Nederland (in 1952) geen katholieke minister van Buitenlandse Zaken kreeg.
  • Zou tijdens de lange kabinetsformatie van 1956 tegen de bezorgde koningin hebben gezegd: "Majesteit, uiteindelijk komt er altijd weer een kabinet".

Non-acceptance of political functions
  • kabinetsformateur, 20 May 1955 (bij de Huurwetcrisis; weigerde als 'rapporteur' op te treden vanwege verzet van de KVP tegen een lijmpoging)
  • vicepresident Raad van State, 1955 (wees een verzoek van o.a. Beel af, omdat zijn partij hem vroeg nog één keer lijsttrekker te zijn)

Pseudonyms and nicknames (3/8)
  • Oom Willem (schuilnaam tijdens de Tweede Wereldoorlog)
  • "Vadertje Drees" (benaming in de volksmond)
  • "De vader van de ouden van dagen" (benaming in de volksmond)

U ziet een selectie van wetenswaardigheden. In de uitgebreide versie is een overzicht van wetenswaardigheden opgenomen.

9.

Publications

Publications (6/31)
  • H. Daalder, "Drees en Soestdijk - De zaak-Hoffmans en andere crises 1948-1958" (2006)
  • J. Gaemers, "De rode wethouder. Willem Drees, 1886-1988. De jaren 1886-1940" (2006)
  • J. Koers, "Dr. Willem Drees (1886-1988). De drie Willems, Nederland's Patriciaat en de Nederlandse identiteit", in: Jaarboek van het Centraal Bureau voor Genealogie 2009, 175-186
  • H. Daalder en J. Gaemers, "Willem Drees 1948-1988. Premier en elder statesman, de jaren 1948-1988" (2014)
  • J. Gaemers, "Willem Drees. Daadkracht en idealisme" (2021)
  • Ned. Patriciaat, 1975

Biografisch Woordenboek(en)
  • biografie opgenomen in het Biografisch Woordenboek van Nederland
  • biografie opgenomen in het Biografisch Woordenboek van het Socialisme en de Arbeidersbeweging in Nederland

In de uitgebreide versie is een overzicht van publicaties opgenomen.

10.

Family

In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.

11.

Extended version

Speciaal voor de verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn de biografieën van alle kansrijke (volgens de peilingen) kandidaten in uitgebreide vorm raadpleegbaar op parlement.com.

Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:

In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.