Kabinet-Rutte III was geen kabinet van grote wetgeving
DEN HAAG (PDC) - Door het kabinet-Rutte III zijn 435 eigen wetsvoorstellen en 105 wetsvoorstellen van het voorgaande kabinet in het Staatsblad gebracht. Daaronder waren overigens een dertigtal noodwetten in verband met corona. Het kabinet diende zelf 568 wetsvoorstellen in. Dat aantal is aanmerkelijk lager dan van het kabinet-Rutte II (646).
Belangrijker dan die cijfers is het geringe aantal wetten dat als structurele hervorming of heel ingrijpend kan worden gezien. De afschaffing van het raadgevend referendum leidde tot veel commotie, maar dit sinds 2015 bestaande referendum had slechts een korte geschiedenis en kan moeilijk als belangrijke hervorming worden beschouwd.
De belangrijkste 'eigen' wetten van Rutte III waren de
-
-wet minimalisering gaswinning Groningen
-
-wet experiment gesloten coffeeshopketen
-
-wet straffen en beschermen (beperking voorwaardelijke invrijheidstelling)
-
-wet arbeidsmarkt in balans (in feite een aanpassing van de wet werk en zekerheid)
-
-wet ondersteunen van de opgave windenergie op zee
-
-wet verbod op kolen bij elektriciteitsproductie
-
-wet minimumprijs bij CO2-opwekking
-
-wet CO2-heffing industrie
-
-wet temporisering van de verhoging van de AOW-leeftijd
-
-wet stikstofreductie en natuurverbetering
Gesteld kan feitelijk worden dat de belangrijkste wet onder Rutte III de Klimaatwet was. Dat was evenwel een initiatiefwetsvoorstel, waar de regeringsfracties steun aan gaven.
Bron: PDC