De Nederlandse spagaat in Europa: streng, empathisch of allebei?
DEN HAAG (PDC) - ‘De Hoekstrarel’, zoals de Nederlandse houding in Europa de afgelopen maanden is genoemd, past naadloos binnen de Nederlandse traditie van polderen in de EU. Dit beargumenteerde Mendeltje van Keulen (lector aan de Haagse Hogeschool) tijdens het Actualiteitendebat van woensdag 1 juli 2020, waar zij in gesprek ging met Paul Tang (Europarlementariër, PvdA) en Pim van Ballekom (Eerste Kamerlid, VVD). In dit live uitgezonden debat, dat werd gemodereerd door Stéphane Alonso (NRC), discussieerden zij over de Nederlandse diplomatie tijdens de Europese coronacrisis. Het debat werd georganiseerd door het Montesquieu Instituut, in samenwerking met Nieuwspoort, ProDemos en Filmhuis Den Haag.
Volgens Van Keulen bestaat ‘het’ Nederlandse EU-standpunt helemaal niet. Noordelijke en zuidelijke EU-lidstaten hebben de afgelopen tijd elkaars standpunten geframed, waarbij Nederland niet goed uit de bus kwam. In werkelijkheid is Nederland een betrouwbare EU-partner, die in dagelijkse onderhandelingen zeker compromissen sluit, aldus Van Keulen. Die Nederlandse poldertraditie zal echter niet zoveel bereiken, stelde Tang daarentegen, zolang opmerkingen als die van minister Wopke Hoekstra worden gemaakt. Hij pleitte daarom voor meer empathie vanuit Nederland, als cruciaal element in Europese coalitievorming.
Van Ballekom had wel begrip voor de uitlatingen van minister Hoekstra. Nederland heeft al decennialang geïnvesteerd in Europa, maar met weinig resultaat, zo stelde hij. Lidstaten blijken niet bereid om hun economieën te hervormen en weigeren de economische beleidsrichtlijnen van de Europese Commissie na te leven. Daardoor heeft Van Ballekom ook weinig vertrouwen in de uitkomsten van de huidige herstelplannen. Tang ziet het herstelfonds juist als een enorme kans voor Nederland. Dit is het uitgelezen moment, zo stelde hij, om zowel andere lidstaten te helpen als de Europese begroting en economie te moderniseren.
Zitten we niet in een spagaat, vroeg moderator Alonso, tussen de roep om Europees ingrijpen en de angst voor verlies van nationale soevereiniteit? Volgens Van Ballekom worden het herstelplan en de crisis vooral aangegrepen door de Commissie om haar bevoegdheden mee uit te breiden. Van Keulen pleitte echter opnieuw voor nuance: in de discussie over bevoegdheden moet iedereen een beetje geven en een beetje nemen, om uiteindelijk tot een wankel compromis te komen. Hierbij sloot Tang zich aan, al is Europa in zijn ogen soms wel een ‘heel lelijk compromis’.
Nederland hoeft geen goodwill te herwinnen in Europa, antwoordde Van Keulen op een vraag van een kijker, want die goodwill is niet verloren. Tang benadrukte echter opnieuw het belang van meer empathisch optreden in Europa, terwijl Van Ballekom stelde dat allereerst de richtlijnen uit de Europese verdragen moeten worden nagekomen. De panelleden hadden zo elk hun eigen visie op de manier waarop Nederland en Europa moeten omgaan met de huidige en toekomstige crises.