EU verleent steun voor onderwijs in noodsituaties aan 2,3 miljoen kinderen in 42 landen

De Europese Commissie heeft vandaag een humanitair hulppakket van 52 miljoen euro aangekondigd, waarmee zij in 2016 educatieve projecten voor kinderen in noodsituaties zal ondersteunen.

De Europese Commissie heeft vandaag een humanitair hulppakket van 52 miljoen euro aangekondigd, waarmee zij in 2016 educatieve projecten voor kinderen in noodsituaties zal ondersteunen. Het hulppakket is in overeenstemming met de belofte van de Commissie om 4% van haar budget voor humanitaire hulp aan onderwijsprojecten te besteden.

Met de steun worden meer dan 2,3 miljoen kinderen in 42 landen overal ter wereld geholpen. Het pakket is met name bedoeld voor regio’s waar kinderen veel risico lopen dat zij niet naar school kunnen of dat hun onderwijs wordt onderbroken: het Midden-Oosten (vooral Syrië en Irak), Oost-, Midden- en West-Afrika, Azië, Oekraïne, Midden-Amerika en Colombia.

EU-commissaris voor Humanitaire Hulp en Crisisbeheersing Christos Stylianides: “We komen vandaag ruimschoots onze belofte na om de steun aan onderwijs in noodsituaties te verviervoudigen, van 1% tot 4% van het budget voor humanitaire hulp: we gaan van 11 miljoen euro in 2015 naar 52 miljoen euro in 2016. We investeren in het onderwijs aan kinderen in conflictgebieden en andere noodsituaties, omdat we daarmee kunnen voorkomen dat er een verloren generatie ontstaat. Dat is een investering in de toekomst. Ik ben blij te kunnen zeggen dat de Europese Unie op dit gebied inmiddels een leidende rol speelt. Ik wil ook mijn dank uitspreken aan het Europees Parlement, dat zich met succes heeft ingespannen om extra EU-middelen te mobiliseren en ons daarin blijft steunen. Ik dring er bij alle humanitaire donoren op aan om ons voorbeeld te volgen.”

Met de financiering die vandaag is aangekondigd, ondersteunen we de toegang tot onderwijs in noodsituaties, ook wat betreft voorlichting over het risico van mijnen, elementaire vaardigheden en beroepsonderwijs, recreatieve activiteiten en psychosociale ondersteuning. Met deze financiering kunnen kinderen leermiddelen krijgen en kunnen nieuwe onderwijsfaciliteiten worden opgezet. Ook leerkrachten, ouders en verzorgers kunnen profiteren van de opleidingen die deze steun mogelijk maakt.

De hulp wordt verstrekt via niet-gouvernementele organisaties, agentschappen van de Verenigde Naties en internationale organisaties. Unicef zal bijvoorbeeld bijdragen aan de verbetering van de leeromgeving voor kinderen in Aleppo (Syrië), door zonnepanelen ter beschikking te stellen aan scholen die veel last hebben van stroomonderbrekingen. Syrische kinderen krijgen toegang tot digitale leermiddelen, zoals betaalbare computers en tablets. In Ethiopië krijgen kinderen in vluchtelingenkampen door de hulp van Save the Children gemakkelijker toegang tot hoogwaardige leermogelijkheden door opleiding van leerkrachten en bouw of renovatie van veilige scholen.

Achtergrond

De Commissie verstrekt sinds 2012 meer financiële steun aan onderwijsprojecten voor kinderen in conflictgebieden. EU-commissaris Stylianides heeft in 2015 beloofd om de humanitaire financiering van de EU voor onderwijs in noodsituaties vóór het einde van het mandaat van de Commissie-Juncker tot 4% te verhogen. Dankzij de steun van het Europees Parlement en de lidstaten van de EU is deze verhoging al vanaf 2016 een feit.

Tot dusver is meer dan 23 miljoen euro uitgetrokken voor onderwijsprojecten in noodsituaties, met een bijdrage van 500 000 euro van Luxemburg en 250 000 van Oostenrijk in 2014. Daarvan hebben tot dusver meer dan 1,519 miljoen kinderen in 26 landen geprofiteerd. Dankzij de 52 miljoen euro die dit jaar wordt vrijgemaakt, kunnen we tot het einde van het jaar meer dan 3,8 miljoen kinderen in 46 landen helpen.

Begunstigde landen

Afghanistan, Armenië, Georgië, Burkina Faso, Kameroen, Tsjaad, Niger, Nigeria, Centraal-Afrikaanse Republiek, Colombia, Democratische Republiek Congo, Djibouti, Ecuador, Egypte, El Salvador, Ethiopië, Guatemala, Honduras, India, Iran, Irak, Kenia, Libanon, Libië, Madagaskar, Mali, Mauritanië, Myanmar, Pakistan, bezet Palestijns gebied, Filipijnen, Somalië, Zuid-Sudan, Sudan, Syrië, Tanzania, Burundi, Rwanda, Uganda, Oekraïne en Jemen.

Humanitaire partnerorganisaties die de projecten zullen uitvoeren

ACTED, Adra, Concern Worldwide, COOPI Cooperazione Internazionale, Croix Rouge, DanChurchAid, Danish Refugee Council (DRC), Finn Church Aid (FCA), Handicap International, HOPE’87, International Medical Corps, Internationale Organisatie voor Migratie (IOM), International Rescue Committee (IRC), Lutherse Wereldfederatie, Norwegian Refugee Council, Plan International, Plan Spain, SOS Kinderdorf, Save the Children, Terre des hommes, Triangle, Hoge Commissaris van de Verenigde Naties voor de vluchtelingen (UNHCR), Kinderfonds van de Verenigde Naties (Unicef) en War Child.

Meer informatie

Q&A over EU-steun voor onderwijs aan kinderen in noodsituaties

Factsheet over onderwijs in noodsituaties

Directoraat-generaal humanitaire hulp en civiele bescherming van de Europese Commissie

IP/16/1224