Vragen en antwoorden: Een instrument voor noodhulp binnen de Unie

De Europese Commissie heeft een verordening van de Raad voorgesteld voor het verstrekken van noodhulp als antwoord op uitzonderlijke crisissituaties of rampen binnen EU-lidstaten, die gepaard gaan met ernstige humanitaire gevolgen.

Waaruit bestaat het nieuwe voorstel? Hoe werkt het?

De Europese Commissie heeft een verordening van de Raad voorgesteld voor het verstrekken van noodhulp als antwoord op uitzonderlijke crisissituaties of rampen binnen EU-lidstaten, die gepaard gaan met ernstige humanitaire gevolgen. Het verlenen van noodhulp is gebaseerd op artikel 122, lid 1, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie. Hierdoor kan steun op de snelste en ruimst mogelijke manier worden verstrekt, in een geest van solidariteit tussen de lidstaten.

In het kader van de huidige vluchtelingencrisis in Europa zullen concrete ondersteunende maatregelen worden genomen door de Commissie op basis van voorstellen van uitvoerende organisaties die over de noodzakelijke deskundigheid beschikken, zoals VN-agentschappen, ngo's, internationale organisaties of gespecialiseerde diensten van de lidstaten.

De humanitaire operatie zal in aanvulling op en ter ondersteuning van de inspanningen van de bevoegde autoriteiten van het getroffen land tot stand komen, hetgeen een vaststaand beginsel voor alle hulpverleningsinspanningen bij rampen is.

Welke soort acties en bijstand worden met het nieuwe instrument ondersteund?

Noodhulp heeft tot doel een op behoeften toegesneden spoedreactie te bieden als aanvulling op of vervollediging van de reactie van de getroffen lidstaten. De steun bestaat uit het verlenen van bijstand en beschermingsoperaties die gericht zijn op het redden van levens, het verlichten van menselijk leed en het behoud van de menselijke waardigheid. Onder dergelijke operaties kunnen bijvoorbeeld volgende acties vallen: het verlenen van elementaire hulpvoorzieningen, diensten op het gebied van gezondheidszorg, onderwijs en bescherming, het verlenen van onderdak en aanverwante diensten, water en sanitaire voorzieningen, en andere vormen van nodige dringende hulpverlening. Om het hoofd te bieden aan de huidige vluchtelingencrisis kan noodhulp onder andere het verstrekken van voedsel, onderdak, geneesmiddelen en het voorzien in andere basisbehoeften omvatten voor de grote aantallen mannen, vrouwen en kinderen die in een land toestromen. Noodhulp is hiertoe evenwel niet beperkt.

In welk opzicht verschilt het voorstel van de Commissie van de externe humanitaire bijstand voor landen buiten de Europese Unie?

Het voorstel voor noodhulp beoogt een lacune te vullen aangezien de instrumenten die momenteel op Unie-niveau beschikbaar zijn, niet zijn ontworpen om te voorzien in humanitaire behoeften binnen het grondgebied van de EU. Zoals ook het geval is bij de externe humanitaire hulp van de EU, zal de onlangs voorgestelde bijstandverlening binnen de EU ook worden verstrekt op basis van behoeften, waarbij de internationale humanitaire beginselen strikt in acht worden genomen.

Is het voorgestelde instrument voor noodhulp beperkt tot de huidige vluchtelingencrisis?

De humanitaire bijstand zal nu worden toegespitst op de EU-lidstaten die worden geconfronteerd met een plotselinge en massale toestroom van onderdanen van derde landen op hun grondgebied.

Het voorgestelde instrument voor noodhulp is evenwel niet beperkt tot de huidige vluchtelingencrisis. Het instrument kan bijvoorbeeld worden ingezet bij andere ernstige noodsituaties met verstrekkende humanitaire gevolgen zoals nucleaire of chemische ongevallen, terroristische aanslagen of cyberaanvallen, en epidemieën.

Hoe lang zal dit instrument voor noodhulp operationeel zijn?

De inzet van het voorgestelde instrument is niet beperkt tot een specifieke termijn.

Over hoeveel middelen kan dit instrument beschikken?

Op basis van de beschikbare gegevens over de toestroom van vluchtelingen uit derde landen en aangezien redelijkerwijs kan worden aangenomen dat sommige van deze noden door andere entiteiten zullen worden gelenigd, heeft de Commissie geconcludeerd dat een initieel budget van 700 miljoen euro voor de periode 2016-2018 vereist zou zijn om de toenemende humanitaire behoeften in de Europese Unie aan te pakken, in het bijzonder in de EU-landen die op de Westelijke Balkanroute zijn gelegen. Op basis van de behoeftenanalyses die in samenwerking met verscheidene EU-lidstaten zijn uitgevoerd, zal de Commissie met grote urgentie een gewijzigde begroting voor 2016 met het oog op de invoering van het begrotingsonderdeel voor het instrument bij het Europees Parlement en de Raad indienen. Met deze middelen zouden de acties van de lidstaten worden ondersteund en aangevuld waarmee de huidige humanitaire behoeften van vluchtelingen kunnen worden gelenigd. De behoeften voor 2016 worden geraamd op 300 miljoen euro, met nog eens 200 miljoen euro voor respectievelijk 2017 en 2018.

Kan noodhulp worden verstrekt in rijkere lidstaten of alleen in lidstaten die met ernstige economische moeilijkheden worden geconfronteerd?

De noodhulp kan ter beschikking worden gesteld van partners die actief zijn in lidstaten waarvan de responscapaciteit als gevolg van uitzonderlijke crisissituaties of rampen niet meer toereikend is, hetgeen dan gepaard gaat met ernstige humanitaire gevolgen.

De toewijzing, reikwijdte en omvang van de noodhulp zal gebaseerd zijn op de concrete noden in individuele lidstaten.

Dit is in overeenstemming met de gangbare praktijk van de EU met betrekking tot humanitaire bijstand buiten de EU, waarbij bijstand wordt verstrekt om te voldoen aan humanitaire behoeften, zoals die zijn vastgesteld in de desbetreffende behoeftenanalyses.

Kunnen Europese burgers ook een beroep doen op deze steun?

Met het EU-Fonds voor Europese hulp aan de meest behoeftigen (FEAD) wordt rechtstreekse steun verleend aan acties van EU-lidstaten om materiële hulp te bieden aan de meest hulpbehoevenden. Nationale autoriteiten kunnen ook niet-materiële bijstand ondersteunen, die gericht is op de sociale inclusie van de meest behoeftigen.

Wie is belast met de uitvoering van de responsmaatregelen bij noodsituaties?

De responsmaatregelen bij noodsituaties zullen worden uitgevoerd door humanitaire organisaties, onder meer VN-agentschappen, internationale organisaties en niet-gouvernementele organisaties. Nauwe samenwerking met de nationale autoriteiten is natuurlijk van belang om doeltreffendheid van deze respons te verbeteren.

Waarom geen beroep doen op het AMIF of het ISF?

In afwachting van de inwerkingtreding van de voorgestelde verordening blijft de Commissie humanitaire noden in de lidstaten leningen door een beroep te doen op het Fonds voor asiel, migratie en integratie (AMIF) en het Fonds voor interne veiligheid (ISF). Hoewel deze fondsen in eerste instantie zijn ontworpen om structurele maatregelen op de lange termijn te ondersteunen die toegespitst zijn op de versterking van de permanente capaciteiten van de EU-lidstaten op het vlak van migratie en veiligheid, kunnen het AMIF en het ISF in noodsituaties ook worden gebruikt om een brede waaier van kortetermijnbehoeften te lenigen (inclusief humanitaire noden), in het bijzonder via het mechanisme voor noodhulp van deze fondsen.

Bij recente gebeurtenissen is gebleken dat de inzet van het AMIF en het ISF niet toereikend is en dat voor de besteding van noodfinanciering door een lidstaat een verzoek moet worden ingediend, waarna door een deskundigengroep een besluit moet worden genomen. De procedure verloopt vrij snel, maar is toch niet snel genoeg om echte humanitaire crisissituaties aan te pakken. Bovendien blijven de nationale autoriteiten verantwoordelijk voor de terbeschikkingstelling van de middelen uit het AMIF en het ISF en moeten zij over de capaciteit beschikken om deze middelen te beheren. Voor humanitaire hulpverlening binnen de EU moeten de bestaande instrumenten dus worden aangevuld met een specifiek mechanisme voor noodhulp.

Welke resultaten heeft het EU-mechanisme voor civiele bescherming tot nu toe geboekt bij de aanpak van de vluchtelingencrisis?

Het mechanisme voor civiele bescherming kan worden ingezet om zowel binnen als buiten de Europese Unie materiële ondersteuning te verlenen. Het mechanisme voorziet evenwel niet in financiering en doet veeleer een beroep op vrijwillige aanbiedingen van materiële bijstand van de lidstaten, die momenteel allemaal met sterk gelijklopende problemen worden geconfronteerd.

De transportkosten voor het verlenen van dergelijke materiële bijstand worden tot 85% gefinancierd met middelen uit de EU-begroting. Zodra het materiaal is geleverd, is evenwel geen mechanisme voorhanden waarmee bijvoorbeeld ervoor gezorgd kan worden dat tenten worden opgezet of dat mobiele woonheden van elektriciteit worden voorzien.

Sinds september 2015 hebben Kroatië, Griekenland, Slovenië en Servië een beroep gedaan op het EU-mechanisme voor civiele bescherming. Als reactie op deze verzoeken om hulp zijn bijna 780 000 individuele artikelen ter beschikking gesteld door 15 EU-lidstaten, namelijk Oostenrijk, Cyprus, Tsjechië, Denemarken, Frankrijk, Duitsland, Hongarije, Ierland, Letland, Luxemburg, Nederland, Roemenië, Slowakije, Spanje en het Verenigd Koninkrijk. Daaraan voorafgaand heeft ook Hongarije in 2015 een beroep gedaan op het mechanisme. Dit verzoek is afgesloten door Hongarije aangezien aan zijn noden is voldaan.

De verstrekte bijstand omvat onder meer beschermende kleding, tenten, bedden, sanitaire voorzieningen en medische apparatuur.

Voor nadere informatie

IP/16/482: Commissie stelt nieuw noodhulpinstrument voor met het oog op snellere crisisrespons binnen de EU

Voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de verstrekking van noodhulp binnen de Unie

Mededeling van de Commissie

Visueel factsheet

Website van Christos Stylianides, Commissioner for Humanitarian Aid & Crisis Management: http://ec.europa.eu/commission/2014-2019/stylianides_en

MEMO/16/483

 

Contactpersoon voor de pers:

Voor het publiek: Europe Direct per telefoon 00 800 67 89 10 11 of e-mail