Commissie stelt bezuinigingen voor Europees ambtenarenapparaat voor

Europese Commissie - Persbericht

Brussel, 13 december 2011 - De Commissie heeft vandaag formeel een pakket hervormingen van het personeelsstatuut voorgesteld, waarmee tegen 2020 1 miljard euro zal worden bespaard, en op de langere termijn meer dan 1 miljard euro per jaar. Hierdoor zal de EU haar administratieve uitgaven tot 2020 kunnen bevriezen. Het voorstel voorziet in een verhoging van de pensioenleeftijd, een vermindering van het personeelsbestand met 5% en tegelijkertijd een verlenging van de werkweek, een verlaging van de salarissen voor bepaalde functies, een verhoging van een speciale solidariteitsheffing en een vereenvoudiging van de methode die wordt toegepast om de jaarlijkse aanpassing van de salarissen en pensioenen te berekenen.

Vicevoorzitter Maroš Šefcovic: "De Europese instellingen en hun personeelsleden staan voor grote uitdagingen. Ik ben er echter van overtuigd dat zij deze uitdagingen aankunnen door harder, langer en efficiënter te werken. In het voorstel is het juiste evenwicht gevonden tussen de nodige bezuinigingen enerzijds en het feit dat de instellingen hun beleid goed moeten kunnen voeren anderzijds.

De lidstaten hadden dit jaar gevraagd om de salarisaanpassing te schorsen vanwege de crisis, en dit voorstel is een passend politiek antwoord dat ook in juridisch opzicht correct is. De gevraagde schorsing was niet mogelijk, omdat er niet was voldaan aan de strenge juridische criteria die daarvoor gelden."

Wat omvat het voorstel?

  • Een personeelsinkrimping in alle instellingen in de periode 2013-2017, door vertrekkende personeelsleden niet te vervangen.
  • Een verlenging van de werkweek voor het personeel van alle instellingen van 37,5 tot 40 uur, zonder salariscompensatie.
  • De normale pensioenleeftijd wordt verhoogd van 63 tot 65 jaar. Het wordt gemakkelijker gemaakt om vrijwillig tot 67 jaar te werken.
  • Om rekening te houden met de huidige economische moeilijkheden, wordt de speciale heffing, een belasting die bovenop de inkomstenbelasting komt en die in 2013 zou wegvallen, niet alleen vervangen door een nieuwe "solidariteitsheffing", maar ook verhoogd van 5,5 tot 6%.
  • De regels inzake vroegtijdige pensionering zullen aanzienlijk worden beperkt (verhoging van de minimumleeftijd voor vroegtijdige pensionering van 55 tot 58 jaar, halvering van het aantal personeelsleden dat gebruik kan maken van de regeling zonder verlies van pensioenrechten).
  • Alleen de assistenten die het best presteren en binnen de categorie assistenten de meest verantwoordelijke functies bekleden, zullen toegang hebben tot de hoogste rangen en salarissen in deze loopbaan.
  • De salarissen van nieuwe personeelsleden die secretariaats- en kantoortaken uitvoeren, zullen ongeveer 18% lager liggen.
  • Andere maatregelen zijn onder meer: een nieuwe en vereenvoudigde methode voor de berekening van de aanpassing van de salarissen en de pensioenen op basis van de politieke beslissingen die alle 27 lidstaten nemen voor hun nationale ambtenaren, een nieuwe en vereenvoudigde uitzonderingsclausule om snel te kunnen reageren op een economische crisis, een vermindering van het maximumaantal verlofdagen voor de jaarlijkse reis van personeelsleden naar hun land van herkomst van zes naar drie dagen, een modernere manier om de afstand tot het land van herkomst te berekenen waardoor de individuele toelagen zullen worden verminderd, een verlenging van de maximumduur van de contracten met arbeidscontractanten van drie tot zes jaar, en meer samenhangende regels voor de personeelsleden in de EU-agentschappen.

Achtergrond

Eind juni werden de eerste voorstellen bekendgemaakt. Na zes maanden besprekingen en onderhandelingen met de vertegenwoordigers van het personeel, de lidstaten en de administraties van de andere instellingen werden deze echter gedeeltelijk gewijzigd.

Om de doelstellingen en het financieel effect van de voorstellen te handhaven zonder dat het voor de EU-instellingen onmogelijk wordt om hooggekwalificeerd personeel aan te werven en in dienst te houden, is er niets gewijzigd aan de belangrijkste onderdelen van het voorstel van juni.

Wat is er dan wel gewijzigd ten opzichte van het eerste voorstel?

  • Verhoging van de voorgestelde solidariteitsheffing die door het personeel moet worden betaald van 5,5 tot 6%.
  • Secretariaats- en kantoortaken worden nog steeds door ambtenaren uitgevoerd (en worden niet naar arbeidscontractanten overgeheveld zoals aanvankelijk voorgesteld). Er wordt echter een nieuwe loopbaanstructuur ingevoerd, waarbij het salaris en de carrièremogelijkheden zijn afgestemd op het niveau van verantwoordelijkheid.
  • De methode die wordt toegepast om de jaarlijkse aanpassing van de salarissen en de pensioenen te berekenen, wordt vereenvoudigd en wordt verlengd met tien jaar (in plaats van acht jaar).
  • Vanaf 1 januari 2013 wordt de ontwikkeling van de koopkracht van de nationale ambtenaren van alle 27 lidstaten gevolgd, wat de essentie van de methode is (dit ter vervanging van het eerste voorstel om alleen Zweden en Polen toe te voegen aan de bestaande steekproef van acht lidstaten).
  • De maximumduur van de contracten met arbeidscontractanten wordt verlengd van drie tot zes jaar (in plaats van vijf).

Het herziene pakket voorstellen wordt nu ingediend bij de Raad en het Europees Parlement voor verdere bespreking en goedkeuring volgens de gewone wetgevingsprocedure.

Voor meer informatie zie MEMO/11/907.

 

Contact:

Antonio Gravili (+32 2 295 43 17)

Marilyn Carruthers (+32 2 299 94 51)