De rookgordijnen van Rutte
Vertrouwen komt te voet en gaat te paard. Dat dacht ik woensdagmiddag toen Mark Rutte mij persoonlijk vroeg om hem te vertrouwen. Want laat ik eerlijk zijn. Ik kan prima opschieten met onze premier, en zijn optreden is vaak helder en oprecht. Maar deze week niet.
Het gegoochel met cijfers en het niet beantwoorden van duidelijke vragen deden mij eerder denken aan Hans Klok dan aan 'great communicator' Rutte. Hij vroeg om mijn vertrouwen maar erkende niet dat hij een rekenfout had gemaakt. Met excuses over 'ongelukkige communicatie' kon ik geen genoegen nemen. Er was niets ongelukkigs aan, de som deugde van geen kant. Ik had er best mee kunnen leven dat de premier een fout had gemaakt, dat doen we immers allemaal. Fouten van een premier kunnen vergeven worden als hij eerlijk en oprecht is, maar dat was hij niet. Nieuwe rookgordijnen werden opgetrokken om recht te praten wat krom was. Dat is geen leiderschap tonen, maar mensen bewust het bos in sturen.
Ik was echt niet de enige die vond dat Rutte de waarheid over 'Griekenland' onder het tapijt veegde. Veel partijen stelden dat de voorgestelde totaalbedragen, de verdeling tussen privaat en publiek geld en ook de voorgestelde risico's niet deugden. Ook zij vonden dat Rutte slechts het halve verhaal vertelde. Maar die misleiding werd niet afgestraft. Mijn motie werd niet gesteund, de rookgordijnen mogen, wat andere partijen betreft, blijven hangen. Het lijkt daarmee alsof we weer terug zijn in de tijd van het referendum over de Europese Grondwet. Partijen die eigenlijk geld en macht aan Brussel willen geven, durven dat nog altijd niet open en eerlijk aan de bevolking uit te leggen.
De oplossing van de schuldencrisis ligt niet in het afbreken van onze democratie. Wie voorstelt om een 'Europese Begrotingautoriteit' in te stellen, beseft niet dat daarmee onze zorg, het onderwijs en onze pensioenen getoetst en bestraft gaan worden door een ongekozen technocraat in Brussel. Zo'n 'financiële sterke man' in Brussel is een rechtstreekse bedreiging voor de democratie in Nederland en voor de zeggenschap van alle Nederlanders.
We hebben niet minder maar juist meer democratie nodig. De afgelopen dertig jaar is de Europese politiek louter dienstbaar geweest aan het bedrijfsleven. Banken kregen alle ruimte om te stunten met spaargeld. De zeggenschap van burgers werd ingeperkt om multinationals meer ruimte te geven op de samengevoegde Europese markt. Het Europa dat nu is opgetuigd is geen bond van burgers, maar een verbond van veelverdieners. Dat moeten we omdraaien naar een sociaal Europa dat in dienst staat van de burgers.
Om Griekenland te helpen moeten we snel werk maken van schuldsanering. Tegelijk is het nodig om in een Europees Actieplan met harde maatregelen te komen om de financiële markten weer in hun hok te stoppen. Een bank hoort dienstbaar te zijn aan de échte economie en niet andersom. Zolang speculanten met één muisklik hele landen onderuit kunnen halen, wordt de bevolking gegijzeld door het geld. Dát is het fundamentele probleem onder de crisis en dat los je niet op met minder maar juist met meer macht van gewone mensen over de financiële instellingen die deze crisis hebben veroorzaakt.
Emile Roemer
Deze column als eerste ontvangen? Geef je op voor de nieuwsbrief van Emile Roemer