Neelie, Nederland geen Europese provincie!
Of het nu aan de komkommertijd ligt, of dat de tijd er toch al rijp voor was, maar opeens lijkt er weer een meer fundamentele discussie losgebarsten over Nederland en de Europese Unie, kortweg ‘Brussel’. Op 9 juli stond Eurocommissaris Kroes in de Telegraaf met een interview, waarin ze haar partijgenoot Rutte de mantel uitveegde over zijn ‘europragmatisme’: hij moest de Nederlanders nog maar eens uitleggen dat Nederland dik aan Brussel heeft verdiend. En ophouden met dat gezeur over een stijging van de Europese begroting met zo’n 5%. Altijd leuk, als liberalen onder elkaar ruzie hebben, maar de opmerkingen van Kroes zijn natuurlijk niet nieuw.
Veel interessanter was een artikel in de Volkskrant de dag ervoor. Ik doel hier op het ingezonden stuk van Marcel van Hamersveld. Hij pleit voor behoud van de nationale staten en het stoppen met overdracht van steeds meer bevoegdheden aan Brussel. De Europese Commissie noemt hij een politbureau dat helemaal niet gericht is op het dienen van de burgers, maar haar eigen agenda dwingend oplegt aan ons allemaal, of wij dat nu willen of niet.
De houding van Kroes bevestigt eigenlijk al direct het gelijk van Van Hamersveld. Zij luistert niet naar wat gewone mensen zeggen, maar wil gewoon haar wil opleggen, ook als de meeste Nederlanders het niet met haar eens zijn. De SP heeft in een animatie uitgebeeld hoe het allemaal zo is gekomen. Het filmpje eindigt met de vraag: gaan we naar een superstaat Europa of richten we ons op samenwerking waarin de burger centraal staat en het ook voor het zeggen heeft? Kroes wil het eerste, de SP staat voor het laatste.
Los van de machtshonger is er nog wat anders aan de hand met de Brusselse Eurocommissarissen. Kroes noemde in het interview als belangrijkste voordeel dat we nu een interne markt in Europa hebben en dat die Nederland €2.000 per persoon per jaar oplevert. Ik weet niet of u iets gemerkt heeft van die €2.000, maar als u geen eigenaar bent van een groot bedrijf, zou me dat verbazen. Van die interne markt profiteren namelijk eerst en vooral de grote bedrijven die gemakkelijker hun producten over heel Europa kunnen verkopen. Maar ondertussen is de armoede in Europa alleen maar toegenomen en worden publieke voorzieningen uitgekleed. Die maatschappelijke kosten rekent Kroes niet mee: zij was en is een echte neoliberaal, net als de meeste van haar collega’s.
De interne markt was het begin, later volgde de afschaffing van de grenscontroles en nu weer het Europese economische bestuur waarmee Brussel vat wil krijgen op zowat het gehele sociaal-economische beleid van de lidstaten. Stelselmatig haalt Brussel macht weg bij de nationale regeringen en geeft die aan de Brusselse bureaucraten met op de achtergrond de managers en speculanten die nergens zo goed bediend worden als in Brussel.
De gevolgen van al die stappen zijn nooit van tevoren aan de burger uitgelegd: dat je door de grenscontroles af te schaffen het vreemdelingenbeleid en zelfs het strafrecht aan Europa overlevert, dat wisten alleen de insiders. Aan de burgers werd alleen uitgelegd dat je nu zo fijn vrij kon reizen in Europa. Dat met de invoering van de euro in feite ook het sociaal-economische beleid aan Brussel werd overgeleverd, dat zei alleen de SP. Maar de ministers wisten het wél: toen een journalist van het Financieel Dagblad aan Gerrit Zalm informeel vroeg of je de euro wel kon invoeren zonder centraal aangestuurd economisch beleid, antwoordde hij fijntjes: ‘Ach, dat komt vanzelf wel, eerst een stukje hier, dan een stukje daar’. Maar dat zei hij niet publiekelijk: in plaats daarvan hield hij lachend zo’n euro omhoog en vertelde ons hoe leuk het was dat je nu niet meer geld hoefde te wisselen als je binnen de eurozone op reis ging.
Het hele verhaal hoor je bijna nooit.
Onlangs was de Franse Eurocommissaris Barnier wél eerlijk: hij vond het tijd voor een federatief Europa, de Verenigde Staten van Europa. Lidstaten verworden tot provincies of op zijn hoogst zoiets als de Duitse ‘Länder’. Zelfs dat is trouwens niet helemaal waar: de Länder in Duitsland hoeven hun begrotingen helemaal niet aan Berlijn voor te leggen, zoals onder het economisch bestuur de lidstaten moeten doen. En ook de Staten in Amerika hoeven dat niet te doen richting Washington. Toch is dat nu wel degelijk afgesproken door de Europese regeringsleiders. Je vraagt je af of de eurofielen de lat inmiddels al niet hoger hebben gelegd en of zij zelfs een VS van Europa niet te weinig vinden: misschien liever een eenheidsstaat of een sovjet-unie?
Kroes en haar collega’s zijn uit op oeverloze macht. Zelfs een financieel-economische crisis die door het casinokapitalisme is veroorzaakt, proberen ze te gebruiken om meer macht voor henzelf en het door hen bepleite marktdenken te krijgen: ‘never waste a good crisis’, is het Brusselse gezegde.
In 2011 pikken burgers dit niet meer. Natuurlijk, veel mensen hebben angst door eerst de bankencrisis en nu de schuldencrisis die zich de afgelopen weken vooral op Griekenland concentreerde. Maar diezelfde mensen zien Brussel niet als oplossing. Als de Eurocommissarissen eens echt naar de mensen zouden luisteren, zouden ze horen dat deze gewoon dichtbij willen regelen wat dichtbij kan en schoon genoeg hebben van alle misleiding en het machtsdenken door en van de eurofielen. Zij willen best en soms zelfs graag samenwerken om grote, grensoverschrijdende problemen aan te pakken. Maar Nederland een provincie van Europa? Dat niet! De SP zegt hen dit na. Nu alleen nog zorgen dat er in Brussel mensen komen te zitten die wél kunnen luisteren naar wat de burger te zeggen heeft, in plaats van te dansen naar de pijpen van machts- en marktdenkers.