Nederland zet belangrijke stap in koppeling nationaal en Europees kwalificatiekader onderwijs
Op donderdag 11 mei heeft minister Van Bijsterveldt (OCW) het advies over het nationaal kwalificatiekader (NLQF) van de commissie Leijnse in ontvangst genomen. In dit advies zijn negen leerniveaus beschreven van wat iemand na een leerproces moet kennen en kunnen. Een instroom niveau voor basiseducatie voor volwassenen en niveau 1 t/m 8 variërend van vmbo- tot universitair niveau. Met dit kwalificatiekader kunnen diploma’s van verschillende landen beter met elkaar worden vergeleken.
De NLQF niveaus zijn in dit advies gekoppeld aan het Europese kwalificatiekader. Volgens de minister heeft Nederland hiermee een belangrijke stap gezet. Vier landen in Europa hebben deze koppeling al gerealiseerd. Momenteel bereiden nog 20 EU-landen zich voor op de aansluiting op het Europese kwalificatiekader. Uiteindelijk moeten erkende diploma’s uit de aangesloten landen worden voorzien van een ‘kwalificatiekeurmerk’. Zonder ingewikkelde administratieve lasten kunnen diploma’s eenvoudig op niveau worden vergeleken. Dit zal de internationale uitwisseling van studenten en werknemers binnen de Europese Unie bevorderen.
Het kwalificatiekader beschrijft de leerresultaten nadat iemand een leerproces, zoals een opleiding of cursus, succesvol heeft afgerond. Het kwalificatiekader kan werken als een goede stimulans voor “leven lang leren” omdat het hiermee mogelijk wordt om leerniveaus van alle erkende opleidingen of cursussen te vergelijken, ook van opleidingen van particuliere onderwijsinstellingen. Dit maakt een studie- of opleidingskeuze een stuk transparanter.
Overigens wijzigt het NLQF niets aan het bestaande onderwijsstelsel. Het geeft ook geen recht op titels of doorstroming naar een vervolgopleiding. Binnenkort kan de Tweede Kamer de beleidsreactie van de Minister tegemoet zien.