Wellink voelde zich roepende in de woestijn
President Nout Wellink van De Nederlandse Bank (DNB) voelde zich bij het waarschuwen voor de grote risico's die de financiële sector kenmerkte, een roepende in de woestijn. Dat zei hij in zijn verhoor door de onderzoekscommissie-De Wit.
Wellink stelde dat hij in diverse internationale monetaire fora had aangedrongen op grotere druk om banken te bewegen minder risico's te nemen. Ook in zijn jaarberichten, in speeches en in interviews had hij daar steeds aandacht voor gevraagd. De financiële sector trok zich van dat alles weinig aan en keek alleen naar de korte termijn.
Hij constateerde dat DNB door de kredietcrisis aan gezag en vertrouwen heeft verloren en erkende voorts dat hij de negatieve invloed van de bonuscultuur op het risicovolle gedrag had onderschat. Wellink vindt een 'mea culpa' echter niet op zijn plaats. De DNB had zich te houden aan regels en kon veel minder ver gaan bij het toezicht dan vaak wordt verondersteld. De bankpresident vindt dat de kapitaalseisen aan banken moeten worden verhoogd. Desnoods moet Nederland daarin verder gaan dan andere landen.
Ook de voormalige directeur toezicht van DNB, Arnold Schilder, schetste een beeld van beperkte toezichtsmogelijkheden. Hij beschuldigde bovendien de IJslandse toezichthouder DNB te hebben voorgelogen over de solvabiliteit van Icesave.
bronnen: ANP en Het Financieele Dagblad, 2 februari 2010
verwant nieuws