Controle Tweede Kamer

Een belangrijke taak van de Tweede Kamer is het beoordelen van besluiten van het kabinet (en van individuele bewindspersonen) en van voorgenomen beleid. Bij die controlerende taak wordt gebruikgemaakt van het recht op inlichtingen, een recht dat ieder individueel Tweede Kamerlid heeft en dat is vastgelegd in de Grondwet. De regering is verplicht om ieder individueel Kamerlid de inlichtingen te geven waar hij of zij om vraagt. Alleen als het belang van de staat in het geding is, mag de regering weigeren de informatie te verschaffen. Via het recht van onderzoek kan de Kamer zelf een nader onderzoek instellen.

Daarnaast kan de Kamer een andere organisatie vragen een onderzoek in te stellen. Het komt overigens na zo'n extern onderzoek toch ook wel voor dat de Kamer dan besluit zelf een onderzoek of enquęte in te stellen. Verder kan de Tweede Kamer zelf informatie inwinnen van burgers en organisaties via hoorzittingen en door het afleggen van werkbezoeken.

De uitkomsten van controle kunnen ertoe leiden dat de Tweede Kamer 'ingrijpt' in een bepaald beleid. Zij kan bijvoorbeeld het kabinet of bewindspersoon verzoeken om bepaalde maatregelen te nemen of een afkeurende uitspraak te doen over het functioneren van het kabinet of een bewindspersoon. Het financiële beleid en de effecten van maatregelen hebben speciale aandacht van de Kamer.

Het inlichtingenrecht kent verschillende vormen:

Inhoudsopgave van deze pagina:


1.

Vragenrecht

2.

Interpellatie en debatten

3.

Onderzoek en enquęte

4.

Andere vormen van controle

5.

Instrument


Meer over