Artikel 2: Onpartijdigheid rechters van het Hof
Alvorens zijn ambt te aanvaarden, moet iedere rechter in openbare zitting de eed afleggen, dat hij zijn functie zal uitoefenen in volkomen onpartijdigheid en geheel overeenkomstig zijn geweten en dat hij niets van het geheim der beraadslagingen openbaar zal maken.