Artikel 30: Politiële samenwerking, Europol

29
Artikel 30
31
  • 1. 
    Gezamenlijk optreden op het gebied van politiële samenwerking omvat:
    • a) 
      operationele samenwerking tussen de bevoegde autoriteiten, met inbegrip van de politie, de douane en andere gespecialiseerde instanties van de lidstaten belast met wetshandhaving met betrekking tot het voorkomen, opsporen en onderzoeken van strafbare feiten;
    • b) 
      de verzameling, opslag, verwerking, analyse en uitwisseling van relevante informatie, met inbegrip van informatie over meldingen van verdachte financiële transacties waarover instanties belast met wetshandhaving beschikken, met name via Europol, onder voorbehoud van passende bepalingen inzake de bescherming van persoonsgegevens;
    • c) 
      samenwerking en gezamenlijke initiatieven inzake opleiding, de uitwisseling van verbindingsfunctionarissen, detacheringen, het gebruik van apparatuur en forensisch onderzoek;
    • d) 
      de gezamenlijke beoordeling van bepaalde onderzoekstechnieken in verband met het opsporen van ernstige vormen van georganiseerde criminaliteit.
  • 2. 
    De Raad bevordert samenwerking via Europol en handelt binnen een termijn van vijf jaar na de inwerkingtreding van het Verdrag van Amsterdam in het bijzonder als volgt:
    • a) 
      hij stelt Europol in staat tot het vergemakkelijken en ondersteunen van de voorbereiding en het aanmoedigen van de coördinatie en uitvoering van specifieke onderzoeksacties door de bevoegde autoriteiten van de lidstaten, inclusief operationele acties van gezamenlijke teams waarvan vertegenwoordigers van Europol ter ondersteuning deel uitmaken;
    • b) 
      hij neemt maatregelen aan waardoor Europol de bevoegde autoriteiten van de lidstaten kan vragen hun onderzoek in specifieke zaken te verrichten en te coördineren en specifieke expertise te ontwikkelen die ter beschikking van de lidstaten kan worden gesteld om hen te assisteren bij het onderzoeken van zaken van georganiseerde criminaliteit;
    • c) 
      hij bevordert verbindingsregelingen tussen functionarissen belast met opsporing/vervolging die zich specialiseren in de bestrijding van de georganiseerde criminaliteit in nauwe samenwerking met Europol;
    • d) 
      hij richt een netwerk op voor onderzoek, documentatie en statistiek met betrekking tot grensoverschrijdende criminaliteit.