Haken en ogen aan idee van 151e Tweede-Kamerlid
Aan het idee om de Tweede-Kamervoorzitter het 151e lid te maken, zitten volgens het presidium van de Tweede Kamer de nodige haken en ogen. Het idee is gelanceerd door SP-Kamerlid Agnes Kant. Zij stelt dat kleine fracties moeilijk de Kamervoorzitter kunnen leveren, omdat deze fracties geen enkel lid kunnen missen voor de normale Kamerwerkzaamheden. Door de voorzitter 151e lid te maken en diens plek door een 'gewoon lid' op te vullen, kan aan dat bezwaar worden tegemoet gekomen.
Op verzoek van de Tweede Kamer zijn door de minister van BZK de voor- en nadelen van het idee op een rij gezet. Behalve het wegnemen van het nadeel voor kleine fracties wordt positief beoordeeld dat de voorzitter onafhankelijker kan zijn. Als belangrijkste nadeel wordt gezien dat het op kiezersbedrog lijkt als een iemand die gekozen is om een politiek programma uit te voeren, die taak niet op zich neemt. Dat bezwaar zou nog sterker wegen als diegene met voorkeurstemmen is gekozen.
Probleem is verder dat als de voorzitter niet blijkt te voldoen en de Kamer na verloop van tijd een ander benoemt, de afgetreden voorzitter niet kan terugkeren. De plek in de fractie is dan immers al door een ander bezet.
De Tweede Kamer moet volgens het presidium afwegen wat zij het zwaarst wil laten wegen. Voor invoering van het '151e lid' is grondwetsherziening nodig. Het kabinet zou, als de Kamer dat wenst, daartoe met voorstellen moeten komen. Uitvoering van het idee is op zijn vroegst in 2011 mogelijk.
bron: brief presidium, kamerstuk 28738, nr. 7