Dr. A. Vrolik
Wis- en scheikundige, die carrière maakte bij de Munt. Zoon van een Amsterdamse hoogleraar. Was minister van Financiën in het kabinet-Van Hall/Donker Curtius en het kabinet-Van der Brugghen. Weigerde als minister de Tweede Kamer een specificatie te geven van de uitgaven voor onvoorziene zaken en werd in 1858 door de Tweede Kamer ten val gebracht. Was na zijn ministerschap als conservatief enkele keren zonder succes kandidaat voor de Tweede Kamer.
Conservatieven
functie(s) in de periode 1854-1858: minister
Inhoudsopgave van deze pagina:
-
-inspecteur-essayeur-generaal aan 's Rijks munt en lid Muntcollege, van 1840 tot 1 januari 1851
-
-voorzitter-lid Muntcollege te Utrecht, van 1 januari 1851 tot 31 maart 1854 (tevens inspecteur-essayeur-generaal der munt)
-
-minister van Financiën, van 31 maart 1854 tot 18 maart 1858
-
-lid gemeenteraad van 's-Gravenhage, van 20 juni 1860 tot 1 november 1863
-
-lid Raad van Bestuur N.V. Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen, van januari 1861 tot 1 januari 1869
U ziet een selectie van de loopbaan. In de uitgebreide versie is de gehele loopbaan in te zien.
-
-lid commissie van beheer der nalatenschap van Z.M. koning Willem II, omstreeks 1874
-
-lid College van Curatoren Hogeschool te Leiden, van 1876 tot 1882
afgeleide functies, presidia etc.
tijdelijk voorzitter van de ministerraad, van 2 januari 1857 tot 1 april 1857
U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.
-
-Diende in 1857 een wetsvoorstel in om de Wet op de personele belasting te wijzigen, waardoor de lasten in de grote steden zou worden verminderd en over personeel geen rijksopcenten zouden worden geheven. Beoogd werd tevens de gemeentelijke belastingautonomie te vergroten door onder meer invoering van gemeentelijke opcenten op sterke drank. Ter compensatie van de verminderde rijksinkomsten stelde hij voor de successierechten te verhogen.
als bewindspersoon (wetgeving)
-
-Bracht in 1855 de wet tot afschaffing van de accijns op het gemaal tot stand. Hierdoor verviel een op onder andere de broodprijzen drukkende belasting.
-
-Weigerde in 1856 aan de Tweede Kamer een specificatie van uitgaven van het hoofdstuk 'Onvoorziene Uitgaven' over 1856 te overleggen. De Tweede Kamer nam daarna pas in een tweede stemming met twee stemmen verschil de begroting 'Onvoorziene Uitgaven' voor 1857 aan.
-
-Diende zijn ontslag in nadat de Tweede Kamer op 17 februari 1858 van artikel 1 van zijn wetsvoorstel tot wijziging van de personele belasting met 38 tegen 28 stemmen had verworpen en na aanneming van een motie-Van Rappard waarin zijn beleid inzake de spoorwegen werd afgekeurd. Korte tijd later trad het gehele kabinet af.
uit de privésfeer (3/5)
-
-Een zus van hem was gehuwd met een broer van Floris Adriaan van Hall, minister en Tweede Kamerlid
-
-Zijn stiefmoeder was een dochter van J.H. van Swinden, lid Notabelenvergadering
-
-Zijn vader was hoogleraar geneeskunde aan het athenaeum te Amsterdam. Zijn broer Willem was dat eveneens.
verkiezingen
-
-Was in 1859 en 1860 Tweede Kamerkandidaat in de districten Amsterdam en Amersfoort, maar werd niet gekozen
-
-Werd in 1860 bij de periodieke verkiezingen in het district 's-Gravenhage verslagen door jhr. W.Th. Gevers Deynoot (lib.)
-
-Werd in 1862 bij de periodieke verkiezingen in het district 's-Gravenhage verslagen door J. Kappeyne van de Coppello (lib.)
U ziet een selectie van wetenswaardigheden. In de uitgebreide versie is een overzicht van wetenswaardigheden opgenomen.
-
-F.W. van Eeden, in "Eigen Haard" 1894, 404
-
-Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek, deel III, 1365
-
-H.P.G. Quack, "Herinneringen uit de levensjaren" (1913)
-
-"Een honderdjarig jubilé", in "Eigen Haard 1877", 235-37
Biografisch Woordenboek(en)
biografie opgenomen in het Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek
Speciaal voor de verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn de biografieën van alle kansrijke (volgens de peilingen) kandidaten in uitgebreide vorm raadpleegbaar op parlement.com.
Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:
In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.
Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.
De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.