F.H.P. (Boy) Trip

foto F.H.P. (Boy) Trip
Naar de grotere foto (verschijnt in een nieuw venster)
bron: Fotoarchief Eerste Kamer

PPR-minister en -senator. Was afkomstig uit het bedrijfsleven en daarna bestuursvoorzitter van de universiteit van Utrecht. Weigerde in 1972 nog een plaats in het schaduwkabinet, maar trad wel toe tot het kabinet-Den Uyl. Was daarin als minister van Wetenschapsbeleid de minst opvallende minister. Met Van Doorn had hij wel de nodige invloed op de besluitvorming, onder andere bij het besluit de Oosterschelde niet af te sluiten. Legde zijn wetenschapsbeleid vast in een nota, die brede steun kreeg. Na zijn ministerschap senator. Rustige, beminnelijke man die goed lag in parlement en kabinet.

PPR
functie(s) in de periode 1973-1981: lid Eerste Kamer, minister

Inhoudsopgave van deze pagina:


1.

Personalia

voornamen (roepnaam)
Fokele Hendrik Pieter (Boy)

geboorteplaats en -datum
Amersfoort, 10 oktober 1921

overlijdensplaats en -datum
Amsterdam, 26 januari 1990

2.

Partij/stroming

partij(en)
  • KVP (Katholieke Volkspartij), tot 1966 (na de 'Nacht van Schmelzer' bedankt als lid)
  • PPR (Politieke Partij Radikalen)

3.

Hoofdfuncties/beroepen (6/10)

  • voorzitter Raad van Bestuur Nederlandse vestiging van IFF (International Flavors en Fragrances) te Zaandam, vanaf 1958
  • voorzitter Raad van Bestuur van alle Europese vestigingen van de IFF (International Flavors en Fragrances), tot 1972
  • voorzitter College van Bestuur, Rijksuniversiteit Utrecht, van 1 september 1972 tot 11 mei 1973
  • minister zonder portefeuille, belast met wetenschapsbeleid (minister voor Wetenschapsbeleid), van 11 mei 1973 tot 19 december 1977
  • lid Eerste Kamer der Staten-Generaal, van 20 september 1977 tot 10 juni 1981
  • voorzitter bestuur Academisch Ziekenhuis, Universiteit van Amsterdam, van 1 juli 1982 tot 26 januari 1990

U ziet een selectie van de loopbaan. In de uitgebreide versie is de gehele loopbaan in te zien.

4.

Nevenfuncties (2/12)

  • lid bestuur IVN (Instituut voor Natuurbeschermingseducatie), tot 26 januari 1990
  • voorzitter Raad voor Informatica en Telecommunicatie te Amsterdam, omstreeks 1988

afgeleide functies, presidia etc.
plaatsvervangend voorzitter vaste commissie voor Volksgezondheid en Milieuhygiëne (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van 5 oktober 1977 tot 10 juni 1981

U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.

5.

Opleiding

In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.

6.

Activiteiten

als parlementariër
  • Was woordvoerder defensie, economische zaken en volksgezondheid en milieuhygiëne van de PPR-Eerste Kamerfractie
  • Was in 1981 met Mol (PvdA) en Vis (D'66) mede-indiener van een voorstel tot het houden van een parlementaire enquête naar contracten over de verwerking van radioactief afval uit Nederland in Frankrijk en Groot-Brittannië. Het voorstel werd verworpen.

als bewindspersoon (beleidsmatig)
  • Bracht in december 1974 de Nota Wetenschapsbeleid uit. Hierin wordt een beeld geschetst van de ontwikkeling van de wetenschap en van het wetenschapsbeleid in Nederland. Aan de orde komen onder meer geldmiddelen, wetenschappelijke mankracht, de rol van universiteiten en hogescholen, tweedegeldstroom en onderzoek en ontwikkelingswerk van het bedrijfsleven. Doelstellingen van het beleid zijn: afstemming van onderzoek op de prioriteiten in de samenleving, kwaliteitsbevordering, bevordering van doelmatigheid en democratisering. De taak van de minister voor Wetenschapsbeleid is coördinerend, het zuiver-wetenschappelijk onderzoek valt onder de staatssecretaris van Onderwijs en Wetenschappen (in het kabinet-Den Uyl: staatssecretaris Klein). In de nota wordt specifiek aandacht besteed aan onderzoek op gebied van oceanen, kosmische ruimte, landbouw, bouwen en wonen en scheepsbouw. Verder worden nationale onderzoekprogramma's (energie, milieuhygiëne, arbeidsmarkt en demografie) belicht. (13.221)
  • Bracht in 1977 de Nota Sectorraden Wetenschapsbeleid uit. Hierin wordt het beleid rond de geleidelijke invoering van sectorraden voor de meerjarenplanning voor wetenschappelijk onderzoek uiteengezet. De nota geeft uitwerking aan een discussienota uit 1976, die door derden van commentaar en advies was voorzien. (14.623)
  • Bracht in 1977 de Nota inzake de hoofdlijnen van de organisatie van TNO uit (14.810)

7.

Wetenswaardigheden

uit de privésfeer
  • Bij de Ocrietfabriek (sanitair) mede-uitvinder van het lavet (genoemd naar LAupman, Van Eerde, Trip)
  • Zijn ouders waren tot omstreeks 1925 Nederlands Hervormd
  • Was bevriend met Pieter Bogaers, die ook in Laren woonde

verkiezingen
  • Werd in 1977 gekozen door Groep IV: Zuid-Holland

8.

Publicaties van/over

literatuur/documentatie
  • Ton Elias, "Een minister die nog iets wil meemaken", De Tijd, 16 juni 1973
  • Hans Goslinga, "Een kortharige radikaal met lange adem", Trouw, 16 april 1974
  • De Volkskrant, 27 januari 1990
  • Trouw, 29 januari 1990

9.

Familie/gezin

In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.

10.

Uitgebreide versie

Speciaal voor de verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn de biografieën van alle kansrijke (volgens de peilingen) kandidaten in uitgebreide vorm raadpleegbaar op parlement.com.

Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:

In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.


Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.

De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.