Parlementair onderzoek godsdienstige sekten
In 1984 werd het rapport "Overheid en nieuwe religieuze bewegingen" gepresenteerd. Dit rapport was een onderzoek van bijna vier jaar in opdracht van de vaste Commissie voor de Volksgezondheid. Dit rapport was anders dan normaal: naast een kamerstuk was het tevens een academisch proefschrift. Het was een onderzoek naar de belangrijkste religieuze sekten in Nederland en hun mogelijke gevaren voor de geestelijke volksgezondheid.
Contentssopgave van deze pagina:
-
-Dien Cornelissen (CDA)
-
-Ineke Haas-Berger (PvdA), voorzitter
-
-Ina Müller-van Ast (PvdA)
-
-Erica Terpstra (VVD)
-
-Gerrit Mik (D'66)
Het doel van de commissie was het verkrijgen van inzicht in de activiteiten van de betrokken bewegingen, zodat een oordeel mogelijk zou worden over de taak die de overheid in dit verband zou dienen. Het onderzoek is niet uitgegaan van de nadelige effecten van de activiteiten van bepaalde bewegingen. De werkzaamheden van de commissie hebben achter gesloten deur plaatsgevonden en daarom hebben zij zich ook onthouden van publieke uitlatingen.
De commissie had zich bij de evaluatie gericht op de geschiedenis, ontwikkeling en opvattingen van de religieuze bewegingen; de organisatorische opzet op zowel internationaal als nationaal niveau en de juridische structuur; de ontwikkeling van de aanhang, de werving en evangelisaties, en de relatie tussen de leden en de beweging; de activiteiten; en de financiële omstandigheden en de financiële betrokkenheid van de overheid.
De conclusie van de commissie luidde dat nieuwe religieuze bewegingen in het algemeen geen groot gevaar voor de geestelijke volksgezondheid vormden.
Lees het rapport.
Meer over