Quorum
Het quorum is het minimale aantal leden dat aanwezig moet zijn om besluiten te mogen nemen. In de Tweede Kamer1 is dat 76 en in de Eerste Kamer2 38.
Het quorum blijkt uit het aantal handtekeningen op de presentielijst. Er kunnen daardoor feitelijk minder dan 76 leden aanwezig zijn om te kunnen vergaderen. Vooral bij avondvergaderingen komt dat geregeld voor.
Inhoud
Als aan het begin van een vergadering onvoldoende leden present zijn, dan worden de namen van de afwezigen (eventueel met reden van afwezigheid) opgelezen. Dat heet het appel nominal.
Voorbeeld van het ontbreken van het quorum waren er in juni 2012. De vergadering van 20 juni was gepland voor 9.00 uur, maar kon pas om 9.25 uur beginnen. Een dag later herhaalde dit zich op vrijwel identieke tijdstippen.
In september 2002 zei voorzitter Weisglas3: "De vergadering is een kwartier te laat geopend, omdat er geen quorum was. Dat komt ongetwijfeld door de grote problemen die er vanochtend op een aantal plaatsen in het verkeer waren. Desalniettemin vraag ik op deze manier aan iedereen die het gebouw van de Kamer binnenkomt om meteen te tekenen, omdat wij anders niet met de vergadering kunnen beginnen."
Op maandag 1 november 2004 hadden bij het begin van de vergadering slechts 51 leden getekend. Voorzitter Weisglas stelde voor het plenaire debat over de begroting Buitenlandse Zaken om te zetten in een begrotingsoverleg (waarvoor geen quorum gold). De namen van de afwezigen werden niet voorgelezen, maar wel vermeld in de Handelingen.
Dat het quorum bij het begin van de vergadering ontbrak kwam in de Eerste Kamer nauwelijks voor, maar het gebeurde op 30 mei 2022. De geplande vergadering (op een maandag) kon toen zelfs niet doorgaan. In maart 1940 kon de vergadering pas later aanvangen, omdat er op het aanvangstijdstip te weinig leden waren.
In het interbellum kwam het enkele keren voor dat door onvoltalligheid bij de stemming de vergadering moest worden gesloten. Ook uitstel van de vergadering kwam toen enkele keren voor, de laatste keer in maart 1940.
Sinds de actualisering van het Reglement van Orde4 in juni 2023 kunnen Kamerleden in het geval van bijzondere omstandigheden ook digitaal hun wens deel te nemen kenbaar maken. Zij hoeven dan niet aanwezig te zijn in het Kamergebouw.
Het is in de Tweede Kamer voorgekomen dat bij een hoofdelijke stemming alsnog bleek dat er onvoldoende leden aanwezig waren. De vergadering wordt dan (vrijwel altijd) onmiddellijk gesloten. In 1969 werd echter geschorst, omdat de verwachting was dat er op een later moment wel voldoende leden zouden zijn. Dat was ook het geval.
Op 12 augustus 2020 kon de uitslag van een stemming bij handopsteken over een motie niet worden vastgesteld. De indiener van de motie, PVV-fractievoorzitter Geert Wilders5, vroeg onmiddellijk hoofdelijke stemming aan. Nog voordat er tot stemming kan worden overgegaan constateerde voorzitter Khadija Arib dat er te weinig leden in het gebouw waren en sloot na een kort debat over het ontbreken van het quorum, de vergadering.
Op 5 juli 2016 vroeg VVD-lid Anne Mulder6 om hoofdelijke stemming over een door Louis Bontes7 (Groep-Bontes/Van Klaveren) tegen minister-president Rutte ingediende motie van wantrouwen. Over moties van wantrouwen wordt altijd onmiddellijk na een debat gestemd, in dit geval na een debat over de uitkomst van de Europese Top. Er bleken toen nog slechts zeventien leden aanwezig te zijn.
In februari 1979 forceerde PvdA-Tweede Kamerlid Marcel van Dam8 door een hoofdelijke stemming dat de behandeling van de begroting van Volkshuisvesting niet kon worden afgerond. Zijn fractie was ontstemd over de wijze waarop minister Beelaerts van Blokland9 antwoord had gegeven en over het feit dat hij andere vragen weigerde te beantwoorden.
Meer over
- 1.De Tweede Kamer is deel van de volksvertegenwoordiging. Zij speelt een belangrijke rol bij de totstandkoming van wetten, controleert de regering en beslist over de vraag of een kabinet (of bewindspersoon) genoeg vertrouwen heeft.
- 2.De Eerste Kamer is deel van de volksvertegenwoordiging en heeft met name een rol op wetgevend gebied. Over een wetsvoorstel moet, als de Tweede Kamer het heeft aangenomen, ook door de Eerste Kamer worden gestemd. De Eerste Kamer kan een wetsvoorstel nog tegenhouden.
- 3.Liberaal Tweede Kamerlid, dat na twintig jaar te zijn opgetreden als buitenlandwoordvoerder van de VVD in mei 2002 tot Kamervoorzitter werd gekozen. Daaraan was een tot dan toe ongebruikelijke persoonlijke actie vooraf gegaan waarbij hij de kandidaat van zijn eigen fractie versloeg. Voor 1982 diplomaat en secretaris van de minister voor Ontwikkelingssamenwerking. Scherp debater die gehecht was aan parlementaire stijl en correct taalgebruik. Voelde zich zeer betrokken bij de ontwikkelingen in Suriname. Als voorzitter maakte hij zich sterk voor het burgerinitiatief, waarbij hij zelfs tegen de fractielijn inging. Verdediger van de politieke moraal en van het aanzien van de politiek. Stond bekend als een bekwame, charmante behartiger van zijn eigen publiciteit.
- 4.Het Reglement van Orde bevat regels over de gang van zaken en organisatie in de Eerste Kamer. Wie mag wanneer spreken, hoe komt een besluit tot stand, wat zijn de taken van commissies, welke bevoegdheden heeft de voorzitter en op welke momenten kunnen Kamerleden vragen stellen.
- 5.Geert Wilders (1963) is sinds november 2006 politiek leider van de PVV. Hij is sinds 25 augustus 1998 (met een korte onderbreking in 2002) Tweede Kamerlid. Aanvankelijk was hij dat voor de VVD, maar op 2 september 2004 werd hij een onafhankelijk Kamerlid. In 2023 was hij voor de zesde keer lijsttrekker. De heer Wilders was medewerker van de afdeling Verdragen bij de Ziekenfondsraad, wetstechnisch medewerker van de Sociale Verzekeringsraad en beleidsmedewerker en speechschrijver van de VVD-Tweede Kamerfractie. In 2010 zat hij enige tijd in de gemeenteraad van Den Haag.
- 6.Haagse VVD-politicus die ruim tien jaar Tweede Kamerlid was. Werd daarna wethouder van 's-Gravenhage. Was eerder gemeenteraadslid (tevens fractievoorzitter) in Den Haag. Was onder meer ambtenaar bij Financiën en BZK en medewerker van de VVD-Tweede Kamerfractie en daarna adviseur public affairs bij een Haags adviesbureau. Verder diende hij als 'blauwhelm' bij de VN-vredesmacht in Bosnië. Als Kamerlid lid van de parlementaire enquêtecommissie woningcorporaties en voorts onder meer woordvoerder zorg en Europese zaken, rapporteur over de Brexit en voorzitter van de vaste commissies voor Financiën. Beschikte over droge humor en leidde met soepele hand commissievergaderingen.
- 7.Politicus op de rechtervleugel, die zich liet typeren als 'politieman in hart en nieren'. Zat een jaar voor de PVV in het Europees Parlement en was daarna (sinds 2010) vier jaar lid van de PVV-Tweede Kamerfractie. Na een breuk vormde hij in april 2014 de fractie-Bontes/Van Klaveren, waarvan hij voorzitter was. Werkte aanvankelijk bij scheepswerven, maar was vervolgens geruime tijd in dienst bij de politie. De laatste periode was hij districtscommandant haven in de veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond. In de Kamer een lid dat in ronde bewoordingen, met Rotterdamse tongval, aandacht vroeg voor veiligheid en bestrijding van criminaliteit, maar dat zich tevens roerde in debatten over de nasleep van het drama met de MH17.
- 8.Sociaaldemocraat die bekendheid kreeg als VARA-ombudsman en daarna vooraanstaand PvdA-politicus en omroepbestuurder werd. In het kabinet-Den Uyl bevorderde hij als staatssecretaris de bouw van woningen voor jongeren en alleenstaanden (Van Dameenheden). Daarna voerde hij fel oppositie tegen het huurbeleid van zijn opvolger Brokx en het woningbeleid van minister Beelaerts. Was een jaar minister in het kabinet-Van Agt II. Speelde, opnieuw Kamerlid zijnde, een prominente rol als vicevoorzitter van de enquêtecommissie RSV. Sloot zijn loopbaan af als voorzitter van de VARA. Gewiekst debater, sofistisch ondervrager in het programma 'De achterkant van het gelijk' en kritisch Volkskrant-columnist, die steeds meer afstand nam van de PvdA en daarmee later brak.
- 9.Jonkheer uit een bekend, deftig Hollands regentengeslacht. Doorliep een burgemeestersloopbaan en werd als deskundige op het gebied van de ruimtelijke ordening minister in het eerste kabinet-Van Agt. Tijdens zijn ministerschap werd de Verstedelijkingsnota behandeld die de aanzet gaf tot ontwikkeling van groeikernen als Alphen aan den Rijn, Lelystad en Hoorn. Kreeg vanwege zijn bouwbeleid veel kritiek te verduren van politieke tegenstanders als Marcel van Dam en Hans Kombrink. Na zijn ministerschap wederom burgemeester (in Apeldoorn) en Commissaris van de Koningin in Utrecht. Rappe prater, die wel als energiek te boek stond, maar als minister niet altijd even doortastend was.
- 10.De vergadering van alle 150 Tweede Kamerleden noemen we de plenaire vergadering. Deze wordt geleid door de Tweede Kamervoorzitter en wordt gehouden in de grote vergaderzaal. Er is een publieke tribune. Daarnaast zijn de plenaire vergaderingen live op internet te volgen. Alle plenaire vergaderingen zijn dus openbaar.
- 11.De vergadering van alle 75 Eerste Kamerleden noemen we de plenaire vergadering. Deze wordt geleid door de Eerste Kamervoorzitter en wordt gehouden in de historische plenaire zaal. De vergaderzaal bevat een publieke tribune en vergaderingen zijn online te volgen. Alle plenaire vergaderingen zijn openbaar. De vergaderingen worden in de regel gehouden op dinsdagen, maar bij (hoge) uitzondering kan er ook op maandagavond en woensdag vergaderd worden.