Dr. A.L. de Block
Hoogleraar en griffier van de Eerste Kamer die zijn loopbaan afsloot als waarnemend vicepresident van de Raad van State1. Werd in 1935 op 34-jarige leeftijd de eerste katholieke griffier van de Eerste Kamer, nadat hij op zijn 26ste al commies-griffier was geworden. Vanaf 1938 tevens buitengewoon hoogleraar staats- en administratiefrecht in Tilburg. Als griffier gewaardeerd door de Kamerleden, onder andere vanwege zijn bescheidenheid en wetenschappelijke inbreng. Liet het organisatorische werk in de Senaat veelal over het hoofd van de griffie. Na het vertrek van Beel2 in 1972 leidde hij een jaar als waarnemend president de Raad van State, waarvan hij sinds 1957 deel uitmaakte.
functie(s) in de periode 1935-1973: lid Raad van State, vicepresident Raad van State, Griffier Eerste Kamer
Inhoud
-
-griffier Eerste Kamer der Staten-Generaal, van 15 oktober 1935 tot 15 februari 1957
-
-buitengewoon hoogleraar staats- en administratief recht, Katholieke Economische Hogeschool te Tilburg, van 21 april 1938 tot februari 1957
-
-waarnemend chef kabinet van de secretaris-generaal, ministerie van Opvoeding, Wetenschap en Cultuurbescherming, van januari 1941 tot 1943
-
-lid Raad van State, van 15 februari 1957 tot 1 mei 1974 (benoemd bij K.B. van 17 januari 1957)
-
-waarnemend vicepresident Raad van State, van 1 juli 1972 tot 1 september 1973 (nadat Beel met pensioen was gegaan)
U ziet een selectie van de loopbaan. In de uitgebreide versie is de gehele loopbaan in te zien.
-
-lid bestuur Stichting voor internationale samenwerking van de Nederlandse universiteiten en hogescholen, vanaf maart 1952
-
-voorzitter LSCC (Landelijk Sociaal-Charitatief Centrum), van 1 januari 1953 tot 1 januari 1957
-
-lid Persraad, omstreeks 1954
-
-lid College van Curatoren Rijksuniversiteit Groningen, van 1 oktober 1960 tot 1 november 1963
U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.
-
-Trad in 1972 na de kabinetscrisis in juli en na de Tweede Kamerverkiezingen van november op als vaste adviseur van de koningin
uit de privésfeer
-
-Zijn moeder was een nicht van Alphons Ariëns, grondlegger van de katholieke arbeidersbeweging in Nederland
-
-Werkte in de bezettingstijd op het ministerie van Opvoeding, Wetenschap en Cultuurbescherming, onder de NSB-secretaris-generaal Van Dam. Maakte zich verdienstelijk door 670 Joden op de lijst-Van Dam te plaatsen die niet direct op transport werden gesteld naar vernietigingskampen, de zogenaamde Barneveld-Joden. Een groot deel van hen overleefde de oorlog.
Speciaal voor de verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn de biografieën van alle kansrijke (volgens de peilingen) kandidaten in uitgebreide vorm raadpleegbaar op parlement.com.
Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:
In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.
Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.
De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.
- 1.De Raad van State is een van de Hoge Colleges van Staat en heeft als voornaamste taak de regering en het parlement te adviseren over wetgeving en bestuur. Daarnaast is deze instantie de hoogste algemene bestuursrechter.
- 2.Katholieke staatsman. Eén van de belangrijkste politici van na 1945. Begon zijn loopbaan als gemeenteambtenaar. In 1945 werd hij minister van Binnenlandse Zaken en als zodanig speelde hij een voorname rol bij de naoorlogse zuiveringen. Was als premier en Hoge Vertegenwoordiger van de Kroon een vooraanstaande figuur in het moeizame proces van dekolonisatie. Voorstander van militair optreden (politionele acties) tegen de Republiek Indonesia. Na terugkeer uit Indië hoogleraar en in 1951 weer minister van Binnenlandse Zaken en in het kabinet-Drees III tevens vicepremier. Had een goede band met Drees. In de jaren vijftig en zestig als (in)formateur betrokken bij de vorming van diverse kabinetten, vooral van centrumrechtse signatuur. Belangrijk adviseur en vertrouweling van koningin Juliana. Gezagvol, inventief en doortastend politicus, die vaak als regelaar en 'bruggenbouwer' fungeerde. Ook een wat dorre formalistische jurist, die als bijnaam 'de Sfinx' had. In de persoonlijke omgang echter veel minzamer.