Prof.Dr.Ir. J.J.C. (Joris) Voorhoeve
Hoogleraar en wetenschapper, die in 1986 Ed Nijpels opvolgde als fractieleider van de VVD. Was directeur van de Telders-stichting, het wetenschappelijk bureau van de VVD, en daarna hoogleraar internationale betrekkingen. Werd in 1982 Tweede Kamerlid en was aanvankelijk buitenland-woordvoerder. Lijsttrekker in 1989. Op hem bleef het stempel staan van een in de politiek verdwaalde professor. Deelde de politieke leiding van de VVD met vicepremier De Korte, wat onduidelijk was. Trad af op Koninginnedag 1990 en werd opgevolgd door Frits Bolkestein. Stapte over naar de wetenschap, als directeur van Instituut Clingendael. Keerde in 1994 terug als minister van Defensie en kreeg daar te maken met het Srebenica-drama. Na zijn ministerschap Tweede Kamerlid, hoogleraar en lid van de Raad van State. Stapte in 2010 over van de VVD naar D66.
VVD
functie(s) in de periode 1982-2011: lid Tweede Kamer, fractievoorzitter TK, minister, lid Raad van State, staatsraad, politiek leider
Inhoudsopgave van deze pagina:
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 16 september 1982 tot 10 januari 1991
-
-fractievoorzitter VVD Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 9 juli 1986 tot 30 april 1990
-
-minister van Defensie, van 22 augustus 1994 tot 3 augustus 1998
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 19 mei 1998 tot 1 december 1999
-
-staatsraad in buitengewone dienst, Raad van State, van 1 oktober 2006 tot 1 september 2010
-
-deeltijd-hoogleraar internationale veiligheidstudies, NLDA (Nederlandse Defensie Academie), van 1 oktober 2006 tot 1 september 2010
-
-staatsraad, Raad van State, van 1 september 2010 tot 1 januari 2011
-
-lector internationale vrede, recht en veiligheid, Haagse Hogeschool, van 14 januari 2011 tot 15 maart 2018
U ziet een selectie van de loopbaan. In de uitgebreide versie is de gehele loopbaan in te zien.
-
-directeur Sen Foundation, Stichting voor Onderzoek en Onderwijs inzake Internationale Samenwerking, vanaf 2009 (onbezoldigd)
vorige (2/22)
-
-co-voorzitter GPPAC (Global Partnership for the Prevention of Armed Conflict) te 's-Gravenhage, van 2007 tot 2018
-
-lid en vicevoorzitter AIV (Adviesraad Internationale Vraagstukken), van februari 2009 tot 1 april 2021 (tevens voorzitter commissie Vrede en Veiligheid)
U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.
afgeleide functies, presidia etc. (2/3)
-
-voorzitter vaste commissie voor Defensie (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 22 mei 1990 tot 10 januari 1991
-
-lid Afdeling Advisering (Raad van State), vanaf 1 september 2010
comités van aanbeveling, erefuncties etc.
erelid NGIZ (Nederlands Genootschap voor Internationale Zaken)
U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.
-
-Interpelleerde op 16 december 1982 samen met Aad Wagenaar (RPF) minister Rietkerk over de invloed van met name de Sovjet-Unie op de kernwapendiscussie in Nederland en over de effecten daarvan op de vredesbeweging
-
-Interpelleerde op 5 april 1990 minister Hirsch Ballin over criminaliteitsbestrijding
-
-Na zijn aftreden als fractievoorzitter woordvoerder ontwikkelingssamenwerking en internationale milieuvraagstukken. Hield zich toen ook bezig met natuurbeleid.
In de uitgebreide versie is een overzicht van opvallend stemgedrag opgenomen.
als bewindspersoon (beleidsmatig) (3/4)
-
-Schrapte in 1995 bij Rijkswet (Stb. 1) artikel 62 uit het Statuut van het Koninkrijk, waardoor de voorgenomen onafhankelijkheid van Aruba per 1 januari 1996 verviel. Aruba behield wel de mogelijkheid om later het Koninkrijksverband te verlaten. In een protocol worden afspraken tussen Nederland en Aruba vastgelegd over rechtshandhaving, financieel-economisch beleid en budgettaire zaken.
-
-Had de politieke verantwoordelijkheid voor het optreden van Nederlandse VN-militairen ('blauwhelmen') in Bosnië en Kroatië. Met name de gedwongen ontruiming van het 'veilige gebied' rond Srebenica door de militairen en de daarop volgende etnische zuivering (excuties van burgers), leidde tot vele vragen, die de minister in oktober 1995 in een rapportage beantwoordde. Verklaarde in juni 2005 in het interview met NRC Handelsblad in 1995 te hebben willen aftreden. Minister-president Kok en VVD-leider Bolkestein hielden dat tegen. (22.181)
-
-Verdedigde in 1997 en 1998 in beide Kamers samen met minister Dijkstal met succes het voorstel (eerste lezing) tot herziening van de grondwettelijke bepalingen over de verdediging (artikel 100 over inlichtingen aan het parlement over deelname aan vredesmissies)
als bewindspersoon (wetgeving)
-
-Bracht in 1996 samen met minister Dijkstal de Coördinatiewet uitzonderingstoestanden (Stb. 365) tot stand. Deze wet geeft uitvoering aan artikel 103 van de Grondwet en regelt de beperkte en de algemene noodtoestand. Daarnaast kwam er een nieuwe Oorlogswet voor Nederland en nieuwe Wet buitengewone bevoegdheden burgelijk gezag. Via een Invoeringswet werd andere noodwetgeving aangepast aan de vernieuwde wetgeving (23.788 & 23.789 & 23.790 & 23.791)
U ziet een selectie van activiteiten. In de uitgebreide versie is het gehele overzicht van activiteiten in te zien.
-
-Zijn positie van fractievoorzitter werd verzwakt door de onduidelijkheid over het politieke leiderschap van de VVD die hij met viceminister-president Rudolf de Korte deelde. De Korte en Voorhoeve duidden de situatie aan als 'duolisme'. Verdeelde leiding was mede oorzaak van de kabinetscrisis van mei 1989.
-
-Was in april 1989 als enige van de VVD-fractie bereid het kabinetsvoorstel over de afschaffing van het reiskostenforfait te aanvaarden. Toen bleek dat de gehele fractie zijn lijn niet wilde volgen, overwoog hij zijn positie ter discussie te stellen. Uiteindelijk legde hij zich echter neer bij de wens van de fractie, die vervolgens de confrontatie met het kabinet aanging.
-
-Wilde in juli 1996 aftreden na het verongelukken van het militaire transportvliegtuig "Hercules" op vliegveld Eindhoven, waarbij 34 inzittenden omkwamen. Er was geen sprake geweest van adequaat levensreddend optreden van de hulpdiensten en hij voelde zich daarvoor verantwoordelijk. Minister-president Kok en vicepremier Dijkstal weerhielden hem van aftreden.
uit de privésfeer
-
-Een zus van hem was gehuwd met een zoon van ir. S.H. Visser, minister
pseudoniemen, bij-, koos- en schuilnamen
Joris-drietitel (door journalisten gegeven bijnaam)
U ziet een selectie van wetenswaardigheden. In de uitgebreide versie is een overzicht van wetenswaardigheden opgenomen.
Speciaal voor de verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn de biografieën van alle kansrijke (volgens de peilingen) kandidaten in uitgebreide vorm raadpleegbaar op parlement.com.
Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:
In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.
Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.
De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.