Bestraffing Kamerleden

Wanneer Kamerleden regels overtreden, kunnen zij net als andere burgers worden bestraft. Dit kan bij een ambtsmisdrijf door de Hoge Raad, maar ook op kleinere schaal door het ingrijpen van de Kamervoorzitter, het Presidium, de Kamer of de eigen politieke partij.

Ondanks de parlementaire onschendbaarheid, waardoor personen die deelnemen aan parlementaire debatten niet strafrechtelijk kunnen worden vervolgd of aangesproken voor hetgeen zij daar zeggen of voor wat ze aan het parlement schrijven, kunnen Kamerleden wel degelijk bestraft worden voor het overtreden van regels. Zo kan er sprake zijn van het overtreden van integriteitsregels, het verstoren van de orde in de Kamer of van het begaan van een ambtsmisdrijf zoals het bekendmaken van een staatsgeheim.

Inhoudsopgave van deze pagina:


1.

Ordeverstoring Kamer

In de Kamer is de Kamervoorzitter verantwoordelijk voor het houden van de orde. Dit doet zij aan de hand van het Reglement van Orde. Hierin staat onder andere wie wanneer mag spreken, hoe een besluit tot stand komt, wat de taken zijn van commissies, welke bevoegdheden de voorzitter heeft en aan welke regels bezoekers zich moeten houden. In de praktijk kunnen Kamerleden elkaar tijdens Kamerdebatten ook aanspreken bij overtreding van de Kamerregels. Goede kennis van het reglement onder Kamerleden is daarom van belang.

Kamerleden kunnen tijdens een Kamerdebat de orde verstoren door middel van opruiende uitspraken die niet inhoudelijk bijdragen aan het debat. De ophef die de uitspraken veroorzaken kan leiden tot ernstige ordeverstoringen die teveel afleiden van de inhoud. Het is dan aan de voorzitter om in te grijpen en een gepaste straf op te leggen. De voorzitter kan ervoor kiezen de vergadering te schorsen, het Kamerlid het woord te ontnemen of tijdelijk toegang ontzeggen tot de rest van het debat.

Voorbeeld

Op 21 september 2022 suggereerde Thierry Baudet tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen dat minister van Financiën Sigrid Kaag een agent zou zijn van de Britse inlichtingendienst. Toen Kamervoorzitter Vera Bergkamp Baudet tot orde riep, weigerde hij zijn woorden terug te nemen. Uit protest stapte het hele kabinet op. Uiteindelijk besloot de Kamervoorzitter om Baudet toegang tot verder deelname aan de beraadslagingen te ontzeggen, zij kreeg hiervoor steun van de regeringsfracties en de linkse oppositiefracties.

2.

Beledigend taalgebruik

In lijn met een ordeverstoring door opruiende uitspraken ligt de kwestie van onbehoorlijk taalgebruik. Dat Kamerleden niet vervolgd kunnen worden voor wat zij zeggen in de Kamer, houdt echter niet in dat alles geoorloofd is. Hier ligt een rol voor de Kamervoorzitter, die het recht heeft om bij onparlementair taalgebruik in te grijpen. Er is geen absolute norm voor wanneer deze grens bereikt is.

Dit kan per tijdsgewricht en onderwerp verschillen, maar wordt altijd beschouwd vanuit het gemeenschappelijke doel het vrije debat te dienen en het publieke aanzien van de Tweede Kamer hoog te houden. Wanneer uitspraken haaks staan op dit doel verzoekt de Kamervoorzitter het betreffende Kamerlid over het algemeen om zijn woorden terug te nemen. Wordt dit geweigerd, dan kan Kamervoorzitter besluiten het debat tijdelijk te schorsen en een Kamerlid het woord te ontnemen.

Voorbeeld

Op 6 juli 2022 ontnam voorzitter Paul van Meenen Gidi Markuszower het woord toen hij sprak over een ‘enge ministersploeg’. Van Meenen stelde dat dat beledigend was en verzocht Markuszower zijn woorden terug te nemen. Na een discussie en een schorsing herformuleerde Markuszower zijn woorden en werd het debat voortgezet.

Dat de mate van ingrijpen per Kamervoorzitter en debat verschilt, laat het volgende voorbeeld zien. Selçuk Öztürk noemde op 6 november 2019 oud-minister van Defensie Jeanine Hennis 'moordenaar' en 'lijkenverstopper'. Diverse Kamerleden reageerden verontwaardigd en maakten bezwaar, Kamervoorzitter Khadija Arib deed daarentegen een dringend beroep op hem om de woorden te vermijden, maar ontnam hem het woord niet.

3.

Bedreiging

Naast beledigend kan taalgebruik ook als bedreigend worden ervaren en bedoeld. In tegenstelling tot belediging, is bedreiging formeel niet opgenomen in het Reglement van Orde. Het toevoegen ervan is wel op 16 februari 2022 voorgesteld door Jan Paternotte en Gert-Jan Segers. Zij stellen dat bedreigingen de vrijheid van meningsuiting onwenselijk kunnen beperken. Het risico bestaat dat Kamerleden zich niet volledig meer durven uitdrukken tijdens Kamerdebatten. Op grond van de huidige regels kan echter al wel worden ingegrepen bij bedreigingen, hierbij gelden dezelfde richtlijnen als bij belediging.

Voorbeeld

Op 17 november 2021 zei Pepijn Van Houwelingen na een felle woordenwisseling tegen Sjoerd Sjoerdsma: "Uw tijd komt nog wel, want er komen tribunalen." Na een verlengde lunchpauze vroeg plaatsvervangend Kamervoorzitter Ockje Tellegen Van Houwelingen zijn woorden aan het adres van Sjoerdsma te nuanceren. Daarop herformuleerde hij zijn uitspraak door uit te leggen dat zijn woorden niet bedoeld waren als persoonlijk dreigement aan Sjoerdsma of wie dan ook. Daarna kon het debat worden voortgezet.

4.

Nevenfuncties

In het Reglement van Orde staan ook regels over het burgerinitiatief, voor integriteit en voor de registratie van neveninkomsten, geschenken en reizen van Kamerleden. Voor Eerste en Tweede Kamerleden bestaat het risico dat hen belangenverstrengeling wordt verweten vanwege nevenfuncties.

Vaker ontstaat er ophef ten gevolge van een bepaalde nevenactiviteit. Als een bedrijf of organisatie waar een Kamerlid actief is in opspraak komt, kan dat al snel ook tot negatieve publiciteit voor dat Kamerlid leiden. Sinds 1976 houdt de griffier een openbaar register van betaalde en niet betaalde nevenfuncties van leden van de Tweede Kamer bij. De melding van nevenfuncties hiervoor is verplicht en als een Kamerlid weigert kan het Presidium daar consequenties aan verbinden.

Voorbeeld

In oktober 2022 heeft Thierry Baudet heeft de gedragscode van de Kamer overtreden door zijn bestuurslidmaatschap van een BV niet te laten vastleggen in het register van nevenactiviteiten. Als het gevolg hiervan heeft de Kamer hem een schorsing van zeven dagen opgelegd. In december 2023 volgde een tweede schorsing, eveneens voor Baudet. Ook zijn fractiegenoten Van Houwelingen en Van Meijeren werden om dezelfde reden geschorst.

5.

Omgang met personeel/collega's

Volksvertegenwoordigers worden gekozen en genieten daarom een uitzonderlijke positie. Toch werken zij samen in fracties en commissies en hebben zij naaste medewerkers met wie zij dagelijks samenwerken. Kamerleden zijn dan ook niet onschendbaar en de juiste behandeling van medewerkers staat hoog in het vaandel. Hierin speelt ook de reputatie van de partij en de Tweede Kamer een grote rol. Wanneer blijkt dat er sprake is van ongewenst gedrag van een Kamerlid, kan hier een onderzoek naar worden ingesteld door het Presidium of de partij, afhankelijk van de werkomgeving waarin het ongewenste gedrag plaatsvindt.

Voorbeeld

Op 28 september 2022 kwam naar buiten dat er een onderzoek werd ingesteld door het Presidium naar Khadija Arib na meldingen over machtsmisbruik en een schrikbewind. Het onderzoek was ingesteld door het Presidium omdat het specifiek ging over haar periode als Kamervoorzitter (2016-2021). Het was ingesteld op basis van advies van de landsadvocaat, die stelde dat er sprake was van een breder, structureel probleem. Het onderzoek werd kritisch ontvangen. Als reactie op het aangekondigde onderzoek besloot Arib op te stappen als Kamerlid en haar zetel in de PvdA-fractie op te geven.

6.

Geheimhouding

Veel Kamervergaderingen zijn openbaar en via een livestream te volgen, maar dit geldt niet voor alle vergaderingen. Onder ongeoorloofd gedrag valt in het Reglement van Orde dan ook het niet in acht nemen van de geheimhouding ten aanzien van de gedachtewisseling in een besloten vergadering. Als een Kamerlid tijdens een openbaar debat informatie deelt uit een besloten vergadering, kan de Kamervoorzitter hem waarschuwen en oproepen de woorden terug te nemen.

Geheimhouding reikt echter verder dan de Kamervergaderingen zelf. Wanneer een Kamerlid informatie lekt die valt onder de geheimhoudingsplicht kan de Kamer op voorstel van het Presidium besluiten om het Kamerlid uit te sluiten van vergaderingen of commissies voor maximaal één maand of uitsluiten van kennisneming van vertrouwelijke stukken voor ten hoogste de verdere duur van de zitting.

Voorbeeld

Op 15 september 2009 bleek dat Kamerlid Paul Tang de Macro-economische Verkenningen, een begrotingsstuk van de Miljoenennota, had gelekt naar de redactie van RTL nieuws. De Eerste en Tweede Kamer hadden de stukken ontvangen op voorwaarde van geheimhouding ter voorbereiding op het jaarlijks debat over de troonrede en de Miljoenennota. Na het lek bleek al snel dat het watermerk van de PvdA zichtbaar was op het stuk, niet veel later gaf Tang toe dat hij het lek was. Zijn straf kreeg Tang van de PvdA-fractie: hij mocht een maand lang niet het woord voeren op zijn terrein.

7.

Ambtsmisdrijf

Een voorbeeld van een ambtsmisdrijf is het bekendmaken van een staatsgeheim of het aannemen van steekpenningen. In het geval dat de Tweede Kamer een opdracht tot vervolging wil geven kan dit indien ten minste vijf Kamerleden een schriftelijke aanklacht indienen wegens een vermoedelijk ambtsdelict. Vervolgens beslist de Tweede Kamer of zij die aanklacht in overweging neemt. Indien dit het geval is wordt er een commissie van onderzoek ingesteld die is belast met het opsporen en verzamelen van alle inlichtingen en bewijzen. Kamerleden, ministers en de staatssecretarissen staan, ook na hun aftreden, voor ambtsdelicten en ambtsovertredingen terecht voor de Hoge Raad.

Voorbeeld

In januari 2016 kreeg de commissie onderzoek lek-CIVD onderzoek opdracht om inlichtingen en bewijzen opsporen en verzamelen over een mogelijk lek in de Tweede Kamercommissie voor de Inlichtingen- en veiligheidsdiensten. In eerste instantie lag het dossier bij het Openbaar Ministerie, maar toen bleek dat het OM niet bevoegd was het in gang gezette onderzoek af te maken, werd het dossier overgedragen aan de commissie, die daarna nog drie maanden voor het onderzoek had.

Naast het bestaande dossier heeft zij afschriften van documenten en schriftelijke inlichtingen gevorderd, bij onder meer het Presidium, de CIVD en verschillende ministeries. Na afsluiting van het onderzoek moest de commissie concluderen dat het niet was gelukt te achterhalen hoe de informatie openbaar was geworden. Wel concludeerden zij dat de wettelijke procedure voor de vervolging van ambtmisdrijven in de huidige vorm niet werkzaam is.

8.

Schending partijregels

Naast het Reglement van Orde en de integriteitsregels zijn er ook partijregels die Kamerleden (die verbonden zijn aan een partij) in acht moeten nemen. Deze regels verschillen per partij en zijn over het algemeen vastgelegd in het huishoudelijk reglement. In dit reglement zijn afspraken rondom lidmaatschap en contributie, maar ook gedragsregels vastgelegd. Wanneer een Kamerlid deze regels schendt, is het aan het bestuur van de partij om hier gepaste consequenties aan te verbinden.

Voorbeeld

Op 27 februari 2015 kondigde Mark Verheijen zijn vertrek uit de Tweede Kamer aan. Hij lag onder vuur omdat hij als gedeputeerde in Limburg verkeerde declaraties zou hebben ingediend. Naar aanleiding van de beschuldigingen besloot een interne commissie van de VVD dat de beschuldigingen niet pasten binnen het integriteitskader van de partij. Als gevolg zag Verheijen geen andere optie dan zijn vertrek uit de Kamer. Hij stelde dat een Kamerlid alleen kan functioneren als zijn integriteit niet ter discussie staat. Desondanks bleven de aantijgingen achteraf niet overeind.

Dat verschillende partijen een andere aanpak hanteren blijkt uit het volgende voorbeeld. In juni 2021 werd Dion Graus door een voormalige fractiemedewerker beschuldigd van seksuele intimidatie en machtsmisbruik. De melding volgde na een eerder beschuldiging in februari datzelfde jaar, toen een andere fractiemedewerker (Graus' ex-vrouw) vergelijkbare beschuldigingen had gemaakt.

Kamervoorzitter Arib gaf aan geen bevoegdheden te hebben om die beschuldigingen te onderzoeken, achter de schermen bleek dat zij Graus wel degelijk voor een periode toegang tot het Kamergebouw had ontzegd. Die maatregelen vervielen toen Bergkamp als nieuwe voorzitter aantrad. In tegenstelling tot Verheijen bij de VVD genoot Graus de volledige steun van zijn partij, de PVV. Formeel zijn Graus geen straffen opgelegd.