Parlementaire enquête naar de aanpak van de coronapandemie
Op 4 november 2021 besloot de Tweede Kamer een parlementaire enquête te organiseren over de aanpak van de coronapandemie. Het doel van deze enquête is tweeledig: enerzijds is de enquête bedoeld om te leren van de ervaringen uit de corona-aanpak, anderzijds wil de Tweede Kamer aan de hand van de enquête een evaluatie plegen van alle aspecten van het beleid, de keuzes en van de betrokken actoren.
Het besluit tot de enquête kwam voort uit motie 29 295 nr. 1470, met Aukje de Vries (VVD) als eerste ondertekenaar. De Tweede Kamer nam de motie unaniem aan. Een commissie moet de enquête voorbereiden en de onderzoeksopdracht afbakenen.
Op 28 juni 2022 stelde de Tweede Kamer deze commissie in. In juni 2023 werd besloten tot uitstel tot na het verschijnen van een derde rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid. Na de verkiezingen van 22 november 2023 nam de Kamer in december een motie aan om een enquêtecommissie Corona in te stellen en dat gebeurde op 30 januari 2024. Voorzitter werd VVD'er Daan de Kort.
Achtergrond
De coronapandemie hield Nederland vanaf februari 2020 in haar greep. De pandemie leidde ertoe dat er in de politiek moeilijke keuzes gemaakt moesten worden, veelal op basis van beperkte kennis over het virus. Coronamaatregelen behelsden niet alleen het voorkomen van verspreiding van het virus, maar ook het in stand houden van de zorg en het opvangen van de economische gevolgen van de pandemie.
Bij de totstandkoming van dit beleid waren verschillende actoren betrokken: niet alleen de regering en Staten-Generaal, maar bijvoorbeeld ook het Outbreak Management Team (OMT), het RIVM, verschillende adviesorganen, het veiligheidsberaad/de veiligheidsregio's en ziekenhuizen.
Het doel van deze parlementaire enquête is het beleid en de rol van al deze actoren te onderzoeken, zodat lessen kunnen worden getrokken voor de toekomst.
Inhoudsopgave van deze pagina:
In april 2023 brachten leden van de voorbereidende enquêtecommissie naar buiten dat het onderzoek meerdere jaren in beslag zal nemen. Naar verwachting zou de commissie tot mei 2025 bezig zijn met dossieronderzoek en niet-openbare interviews. Daarna zou het onderzoek pas te volgen zijn voor de buitenwereld.
In april 2024 verscheen de definitieve opzet voor het onderzoek.
De commissie onderzoekt de periode vanaf december 2019, toen de eerste signalen vanuit China over het nieuwe coronavirus kwamen, tot en met het afschalen van de maatregelen in het voorjaar van 2022. Er worden zes perioden onderscheiden: de aanloop, de eerste lockdown, de lockdown na versoepeling, de vaccinatie campagne, het coronatoegangsbewijs en de Omikron-lockdown.
Steeds staat de politieke besluitvorming over de kenmerkende onderwerpen voor die periode centraal.
De commissie richt zich verder op zes thema’s. Dit zijn:
-
-Doelen, strategie en crisisorganisatie;
-
-Afwegingen, dilemma’s en proportionaliteit;
-
-Rol van adviseurs en omgang met maatschappelijke groepen en critici;
-
-Communicatie van kabinet en crisisorganisatie;
-
-Rol van de Tweede Kamer;
-
-Lerend vermogen en lessen voor de toekomst.
In de eerste fase tot februari 2025 wordt informatie en documentatie verzameld en bestudeerd. In de tweede fase zijn er besloten voorgesprekken met deskundigen, bestuurders, beslissers en andere betrokkenen. Vervolgens vinden in het voorjaar van 2026 de openbare verhoren plaats.