Staatsregeling 1798
De Staatsregeling voor het Bataafsche Volk van 1 mei 1798 is te beschouwen als de eerste Grondwet van Nederland. Voor het eerst was er sprake van een eenheidsstaat, van burgerrechten en -plichten, en van een gekozen volksvertegenwoordiging. Uitgangspunt was de gelijkheid van alle burgers, ongeacht geboorte, bezitting of rang.
De Staatsregeling bevatte bepalingen over burgerrechten, staatsinstellingen en verdeling van de staatsmachten, het bestuur in provincies (departementen) en gemeenten, financiën, buitenlandse betrekkingen, rechterlijke macht en verandering van de Staatsregeling.
Met het ontwerpen van een Staatsregeling was in 1796 begonnen door de Nationale Vergadering, die daartoe een constitutiecommissie in het leven was geroepen. Na afwijzing in een referendum van een eerste ontwerp en een staatsgreep in januari 1798 werd de (Tweede) Nationale Vergadering omgevormd tot Constituerende Vergadering, die op 17 maart het ontwerp aanvaardde. Op 23 april stemden de burgers via een referendum eveneens in met de Staatsregeling.
In september 1801 werd na een staatsgreep de Staatsregeling afgeschaft en in oktober dat jaar vervangen door een nieuwe.
Meer over