Kabinet-Biesheuvel I en II (1971-1973)
Dit kabinet kwam tot stand na de Tweede Kamerverkiezingen van 1971. De partijen die het voorgaande kabinet-De Jong hadden gevormd (KVP, CHU, ARP en VVD) verloren bij deze verkiezingen hun meerderheid. Met nieuwkomer DS'70 als vijfde regeringspartij kon het beleid van het vorige kabinet echter voortgezet worden. Minister-president Barend Biesheuvel was afkomstig uit de ARP.
Financieel-economische problemen stonden centraal in het kabinetsbeleid, waarbij de toenemende inflatie het grootste probleem was. Na onenigheid over de begroting 1973 kwam het in juli 1972 tot een breuk in het kabinet. DS'70 maakte vanaf 21 juli 1972 geen deel meer uit van het kabinet. De overgebleven partijen vormden daarop een overgangskabinet.
De voornaamste taken van dit rompkabinet waren het uitschrijven van vervroegde Tweede Kamerverkiezingen en het opstellen van de begroting voor 1973. Hoewel het een minderheidskabinet was, beschouwde dit tweede kabinet zich als een volwaardig kabinet-Biesheuvel II. Het werd na de verkiezingen van 1972 opgevolgd door het kabinet-Den Uyl.
Inhoudsopgave van deze pagina:
- Formatie 1971, regeerakkoord en regeringsverklaring
- Data en zittingsduur
- Samenstelling kabinet-Biesheuvel I
- Kabinetscrisis en formatie 1972
- Samenstelling kabinet-Biesheuvel II
- Wijzigingen in de samenstelling van het kabinet
- Zetelverdeling in parlement en kabinet
- Financieel-economisch beleid
- Wetgeving
- Beleid per departement
- Troonredes
- Einde van het kabinet
Formatie 1971
Hoewel de verkiezingsuitslag van 1971 anders deed vermoeden (het zeteltal van de coalitie liep terug van 86 naar 74 zetels), stevende de kabinetsformatie van dat jaar direct af op de voortzetting van de zittende coalitie van KVP, VVD, ARP en CHU. Wel was DS'70 nodig was om aan een parlementaire meerderheid te komen. Deze formatie werd gekenmerkt door verschillende nieuwigheden, waaronder een (mislukte) poging over een voordracht van de formateur door de Tweede Kamer en een grotere openbaarheid in het formatieproces.
Regeerakkoord en regeringsverklaring
Onder leiding van informateur Piet Steenkamp kwamen de onderhandelende partijen al spoedig tot een regeerakkoord. Premier Biesheuvel legde op 3 augustus 1971 de regeringsverklaring af.
datum |
wat |
tot en met |
dagen |
---|---|---|---|
6 juli 1971 |
Beëdiging nieuwe bewindslieden, aantreden kabinet |
21 juli 1972 |
382 |
22 juli 1972 |
Kabinetscrisis, ontslag gevraagd, tussentijdse formatie |
8 augustus 1972 |
18 |
9 augustus 1972 |
Overgangskabinet / formeel 'missionair'minderheidskabinet 'Biesheuvel II' |
28 november 1972 |
112 |
29 november 1972 |
demissionair tijdens formatieperiode 1972-1973 |
11 mei 1973 |
162 |
Totale zittingsduur kabinet |
674 |
Mr. B.W. Biesheuvel (ARP) (6 juli 1971 - 9 augustus 1972)
Viceminister-president
Mr. W.J. Geertsema (VVD) (6 juli 1971 - 9 augustus 1972)
Mr. R.J. Nelissen (KVP) (6 juli 1971 - 9 augustus 1972)
Algemene Zaken
minister: Mr. B.W. Biesheuvel (ARP) (6 juli 1971 - 9 augustus 1972)
Buitenlandse Zaken
minister: Drs. W.K.N. Schmelzer (KVP) (6 juli 1971 - 9 augustus 1972)
staatssecretaris: Drs. Th.E. Westerterp (KVP) (17 augustus 1971 - 9 augustus 1972)
minister voor Ontwikkelingssamenwerking
minister: Dr. C. Boertien (ARP) (6 juli 1971 - 9 augustus 1972)
Justitie
minister: Mr. A.A.M. van Agt (KVP) (6 juli 1971 - 9 augustus 1972)
staatssecretaris: Mr. J.H. Grosheide (ARP) (28 juli 1971 - 9 augustus 1972)
Binnenlandse Zaken
minister: Mr. W.J. Geertsema (VVD) (6 juli 1971 - 9 augustus 1972)
staatssecretaris: Drs. A. van Stuijvenberg (DS'70) (17 juli 1971 - 21 juli 1972)
Onderwijs en Wetenschappen
minister: Mr. Ch. van Veen (CHU) (6 juli 1971 - 9 augustus 1972)
staatssecretaris: Mr. C.E. Schelfhout (KVP) (28 juli 1971 - 9 augustus 1972)
minister voor Wetenschapsbeleid en Wetenschappelijk Onderwijs
minister: Jhr.Mr. M.L. de Brauw (DS'70) (6 juli 1971 - 21 juli 1972)
Financiën
minister: Mr. R.J. Nelissen (KVP) (6 juli 1971 - 9 augustus 1972)
staatssecretaris: Mr. W. Scholten (CHU) (14 juli 1971 - 9 augustus 1972)
staatssecretaris: Mr. A.P.J.M.M. van der Stee (KVP) (14 juli 1971 - 9 augustus 1972)
Defensie
minister: H.J. de Koster (VVD) (6 juli 1971 - 9 augustus 1972)
staatssecretaris: A. van Es (ARP) (14 juli 1971 - 9 augustus 1972)
Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening
minister: Drs. B.J. Udink (CHU) (6 juli 1971 - 9 augustus 1972)
staatssecretaris: Drs. K.W. Buck (KVP) (17 augustus 1971 - 9 augustus 1972)
Verkeer en Waterstaat
minister: Dr. W. Drees (DS'70) (6 juli 1971 - 21 juli 1972)
minister: Drs. B.J. Udink (CHU) (21 juli 1972 - 9 augustus 1972)
staatssecretaris: Dr. R.J.H. Kruisinga (CHU) (28 juli 1971 - 9 augustus 1972)
Economische Zaken
minister: Mr.Drs. H. Langman (VVD) (6 juli 1971 - 9 augustus 1972)
staatssecretaris: Drs. J.J.M. Oostenbrink (KVP) (17 juli 1971 - 9 augustus 1972)
Landbouw en Visserij
minister: Ir. P.J. Lardinois (KVP) (6 juli 1971 - 9 augustus 1972)
Sociale Zaken
minister: Drs. J. Boersma (ARP) (6 juli 1971 - 9 augustus 1972)
staatssecretaris: Mr. J.G. Rietkerk (VVD) (28 juli 1971 - 9 augustus 1972)
Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk
minister: P.J. Engels (KVP) (6 juli 1971 - 9 augustus 1972)
staatssecretaris: S. van Veenendaal-van Meggelen (DS'70) (28 juli 1971 - 21 juli 1972)
staatssecretaris: H.J.L. Vonhoff (VVD) (28 juli 1971 - 9 augustus 1972)
Volksgezondheid en Milieuhygiëne
minister: Dr. L.B.J. Stuijt (KVP) (6 juli 1971 - 9 augustus 1972)
'de West'
minister: Mr. R.J. Nelissen (KVP) (6 juli 1971 - 28 januari 1972)
minister: Ir. P.J. Lardinois (KVP) (28 januari 1972 - 9 augustus 1972)
Kabinetscrisis 1972
Op 20 juli 1972 viel nogal onverwacht - althans voor de buitenwereld - het een jaar eerder gevormde kabinet-Biesheuvel. De ministers van DS'70 (Drees jr. en De Brauw) konden zich niet verenigen met het voorgestelde financieel-economische beleid.
Kabinetsformatie 1972
Na de val van het kabinet-Biesheuvel werd gepoogd om de breuk met DS'70 alsnog te lijmen. Na een financiële meevaller riep premier Biesheuvel zelfs nog de hulp in van Ynso Scholten om DS'70 aan boord te houden. Toen dit niet bleek te lukken, ging het kabinet-Biesheuvel officieel door als demissionair kabinet, met als belangrijkste taak verkiezingen uit te schrijven. In de praktijk gedroeg het zich echter als missionair kabinet. Vandaar dat het soms kabinet-Biesheuvel II wordt genoemd.
Mr. B.W. Biesheuvel (ARP)
Viceminister-president
Mr. W.J. Geertsema (VVD)
Mr. R.J. Nelissen (KVP)
Algemene Zaken
minister: Mr. B.W. Biesheuvel (ARP)
Buitenlandse Zaken
minister: Drs. W.K.N. Schmelzer (KVP)
staatssecretaris: Drs. Th.E. Westerterp (KVP) (9 augustus 1972 - 7 maart 1973)
minister voor Ontwikkelingssamenwerking
minister: Dr. C. Boertien (ARP)
Justitie
minister: Mr. A.A.M. van Agt (KVP)
staatssecretaris: Mr. J.H. Grosheide (ARP)
Binnenlandse Zaken
minister: Mr. W.J. Geertsema (VVD)
Onderwijs en Wetenschappen
minister: Mr. Ch. van Veen (CHU)
staatssecretaris: Mr. C.E. Schelfhout (KVP)
Financiën
minister: Mr. R.J. Nelissen (KVP)
staatssecretaris: Mr. W. Scholten (CHU) (9 augustus 1972 - 19 maart 1973)
staatssecretaris: Mr. A.P.J.M.M. van der Stee (KVP) (9 augustus 1972 - 12 maart 1973)
Defensie
minister: H.J. de Koster (VVD)
staatssecretaris: A. van Es (ARP) (9 augustus 1972 - 16 september 1972)
Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening
minister: Drs. B.J. Udink (CHU)
staatssecretaris: Drs. K.W. Buck (KVP)
Verkeer en Waterstaat
minister: Drs. B.J. Udink (CHU)
staatssecretaris: Dr. R.J.H. Kruisinga (CHU) (9 augustus 1972 - 20 maart 1973)
Economische Zaken
minister: Mr.Drs. H. Langman (VVD)
staatssecretaris: Drs. J.J.M. Oostenbrink (KVP)
Landbouw en Visserij
minister: Ir. P.J. Lardinois (KVP) (9 augustus 1972 - 1 januari 1973)
minister: Drs. J. Boersma (ARP) (1 januari 1973 - 11 mei 1973)
Sociale Zaken
minister: Drs. J. Boersma (ARP)
staatssecretaris: Mr. J.G. Rietkerk (VVD) (9 augustus 1972 - 23 april 1973)
Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk
minister: P.J. Engels (KVP)
staatssecretaris: H.J.L. Vonhoff (VVD) (9 augustus 1972 - 23 april 1973)
Volksgezondheid en Milieuhygiëne
minister: Dr. L.B.J. Stuijt (KVP)
'de West'
minister: Ir. P.J. Lardinois (KVP) (9 augustus 1972 - 1 januari 1973)
minister: Mr. W.J. Geertsema (VVD) (1 januari 1973 - 11 mei 1973)
Buiten het vertrek van de DS'70-bewindslieden wijzigde de samenstelling van het kabinet slechts twee maal. Tijdens de demissionaire fase van het kabinet traden een staatssecretaris en een minister af.
-
-Portefeuilles DS'70 bewindslieden overgenomen
Na het ontslag van de DS'70-bewindslieden werden de ministers Udink en Van Veen belast met respectievelijk wetenschapsbeleid en wetenschappelijk onderwijs, en Verkeer en Waterstaat. Formeel werd er echter geen nieuw kabinet gevormd, omdat de formatie daarvan mislukte. Niettemin werd het kabinet na die mislukte formatie veelal als Biesheuvel II aangeduid.
-
-Staatssecretaris Van Es van Defensie trad af
In september 1972 trad staatssecretaris van Defensie Van Es (ARP) af, omdat hij met minister De Koster van mening verschilde over de wijze waarop het ministerie moest worden georganiseerd. Van Es wilde dat er afzonderlijke onderdelen bleven voor land- en luchtmacht en marine; De Koster wilde een allesomvattende organisatie. Er werd geen opvolger benoemd.
-
-Lardinois opgevolgd door Boersma als minister van Landbouw en Visserij
In januari 1973 werd minister Lardinois als opvolger van Mansholt Europees Commissaris. Zijn post werd overgenomen door minister Boersma.
De vijf regeringspartijen konden rekenen op een kleine meerderheid in de Eerste en de Tweede Kamer. In de jaren 1971 en 1972 vonden er geen verkiezingen voor de Eerste Kamer plaats. De verhoudingen in de senaat bleven dan ook ongewijzigd. DS'70 was niet vertegenwoordigd in de Eerste Kamer. Verder waren er bij geen van de regeringsfracties in de Tweede Kamer afsplitsingen.
Vanaf de val van het kabinet in 1972 en de tussentijdse formatie van het kabinet-Biesheuvel II, beschikte de coalitie niet langer over een meerderheid in de Tweede Kamer.
Kabinet Biesheuvel I |
KVP |
VVD |
ARP |
CHU |
DS'70 |
totaal |
---|---|---|---|---|---|---|
ministers / (staatsecretarissen) |
6/(5) |
3/(2) |
3/(2) |
2/(2) |
2/(2) |
16/(13) |
Tweede Kamer vanaf 28 apr 1971 |
35 |
16 |
13 |
10 |
8 |
82 (54,7%) |
Eerste Kamer |
22 |
8 |
7 |
7 |
- |
44 (58,7%) |
Kabinet Biesheuvel II |
KVP |
VVD |
ARP |
CHU |
totaal |
---|---|---|---|---|---|
ministers / (staatsecretarissen) |
6/(5) |
3/(2) |
3/(2) |
2/(2) |
14/(11) |
Tweede Kamer vanaf 28 apr 1971 |
35 |
16 |
13 |
10 |
74 (49,3%) |
Eerste Kamer |
22 |
8 |
7 |
7 |
44 (58,7%) |
De hoge inflatie ten tijde van het kabinet-Biesheuvel leidde in 1972 tot een kabinetscrisis. De DS'70-bewindslieden wilden de inflatie bestrijden en minder bezuinigen. Ze stapten daarom uit het kabinet. Verder ging het op het eerste gezicht goed met de economie, maar de stijging van de prijzen, lonen en collectieve lasten tastte de arbeidsmarkt aan. De economie vertoonde al tekenen van ontsporing voordat de oliecrisis van 1973, kort na de regeerperiode van het kabinet, een zware wereldwijde economische dreun uitdeelde.
-
-Erkenning DDR en Volksrepubliek China
Nederland ging over tot de volkenrechtelijke erkenning van de DDR en stemde in met de toelating van de Volksrepubliek China tot de Verenigde Naties ten koste van Taiwan.
-
-Abortuswetgeving
De ministers Van Agt (Justitie) en Stuijt (Volksgezondheid) dienden in juni 1972 een voorstel in over zwangerschapsonderbreking (abortus provocatus). Het beginsel daarbij was dat abortus strafbaar zou blijven, tenzij er gegronde redenen voor waren ('nee, tenzij'). Eerder (in 1970) hadden twee PvdA-leden, Lamberts en Roethof, al een voorstel ingediend om abortus uit het strafrecht te halen ('ja, mits'). Beide voorstellen bleven nog onafgedaan.
-
-Drie van Breda
Het kabinet kreeg te maken kreeg met een felle discussie over de mogelijke verlening van gratie van de Drie van Breda (drie tot levenslang veroordeelde Duitse oorlogsmisdadigers). Uiteindelijk zag het kabinet hier vanaf, nadat de Tweede Kamer zich via een motie-Voogd in meerderheid tegen had verklaard.
-
-Onderwijshervormingen
De plannen van minister Van Veen om onder meer de groepsgrootte in het beroepsonderwijs te verhogen en het lesgeld te verhogen, zorgden voor veel onrust en stuitten op weerstand in het onderwijsveld. De linkse oppositie stemde tegen de begroting van Onderwijs voor 1972.
-
-Stagflatie
Op financieel-economisch gebied kreeg het kabinet te maken met wat wel 'stagflatie' genoemd wordt: een combinatie van stagnerende economie en toenemende inflatie (prijsstijgingen). Het financieringstekort liep op naar f. 3,9 miljard in 1971 en de werkloosheid steeg naar 150.000. De inflatie bedroeg in 1971 zeven procent.
-
-Spreiding van rijksdiensten
Het kabinet kondigde plannen aan voor spreiding van rijksdiensten. Zo moest een deel van de directie van de PTT naar Groningen worden verplaatst.
Volksgezondheid en Milieuhygiëne
-
-Urgentienota milieuproblemen
Minister Stuijt, de eerste minister die speciaal met het milieu was belast, bracht een Urgentienota over de milieuproblemen uit. Tijdens deze kabinetsperiode verscheen het Rapport van de Club van Rome, waaruit bleek dat het in de hele wereld slecht ging met het milieu en dat hulpbronnen op den duur zouden opraken.
Nadat DS'70 uit het kabinet gestapt was schreef het overgebleven rompkabinet Biesheuvel II de vervroegde Tweede Kamerverkiezingen van 1972 uit. Het kabinet werd op de dag van de verkiezingen, 29 november 1972, demissionair. Door de lange duur van de formatie in 1972-1973 nam het kabinet verdergaande beslissingen dan gebruikelijk voor een demissionair kabinet. Op 11 mei 1973 trad het opvolgende kabinet-Den Uyl aan.
Meer over
Bent u als journalist of wetenschapper op zoek naar statistische gegevens over personen uit het biografisch archief, bijvoorbeeld gemiddelde leeftijd, ervaring, herkomst, beroep, m/v of zittingsduur? De redactie van PDC kan deze gegevens onder voorwaarden beschikbaar stellen voor wetenschappelijk onderzoek en journalistieke publicaties. Neem voor meer informatie contact op.
Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.